Archive for the ‘COLUMN VAN DE WEEK’ Category

Rafaël in het Teylers museum in Haarlem

vrijdag, november 9th, 2012

EEN ZEER EDUCATIEVE TENTOONSTELLING

Na Isaac Israëls in Den Haag en Friedensreich Hundertwasser in Emmerich bezochten we nu de tentoonstelling van Rafaël in het Teylers Museum in Haarlem. Ik houd wel van tegenstellingen. Is­raëls was een duidelijke expressionist. Hundert­wasser is voor mij moeilijk in te delen bij een stroming. Zijn stijl is daarvoor te persoonlijk. Ik merk, dat er veel belangstelling is voor zijn werk. En dan nu een Renaissance-kunstenaar uit Italië met een tentoonstelling van vooral heel veel tekeningen met maar een paar schilderijen en enkele grote reproducties van zijn fresco’s.

Rafaël (Raffaello Santi) werd in 1483 in Urbino (bij San Marino) geboren als zoon van Giovanni Santi en Magia di Battista Ciarla. Zijn vader was hofschilder van de hertog van Urbino. Rafaël kreeg de eerste schilderlessen van zijn vader. Als Rafaël elf jaar oud is, sterft zijn vader. Hij krijgt nu les van Pietro Vannuci in Perugia. In Florence leert hij het dynamische werk van Leonardo da Vinci en Michelangelo kennen en vijfentwintig jaar oud komt hij in Rome en krijgt belangrijke opdrachten van Paus Julius II. Hij moet enkele vertrekken van het toenmalige pauselijk paleis beschilderen, de Stanza della Segnatura, nu deel uitmakend van de Vaticaanse musea. Hij heeft dan veel leerlingen en medewerkers, die bij zo’n grote opdracht een deel van het werk doen. Dat maakt het soms moeilijk om uit te maken of een werk aan Rafaël zelf moet worden toegeschreven of aan een van de medewerkers, de School van Rafaël. Als hij op 7 april1520 op 37-jarige leeftijd sterft maken zijn leerlingen enkele lopende opdrachten af.

Wat maakt deze tentoonstelling zo informatief? Ten eerste leren we de bijzondere kenmerken van de tekeningen van Rafaël onderscheiden van het werk van zijn leerlingen. Er wordt zelfs een soort wedstrijd voor bezoekers van gemaakt. Zijn die drie vrouwenkoppen nu wel of niet van Rafaël zelf? Een kleine meerderheid stemde die dag niet van Rafaël. Daar kon ik het wel mee eens zijn. De tekeningen van Rafaël zijn zeer natuurgetrouw en het perspectief is volmaakt weergegeven. Dat komt bijvoorbeeld tot uiting in de verkorting van een onderarm, die naar je toe gericht is. Maar daarnaast is er een zekere spanning waar te nemen, waardoor je de indruk krijgt, dat er leven in zit. De drie vrouwenkoppen zijn wat vlakjes en saai getekend, vind ik. Heb ik gelijk? Wie moet dat uitmaken als de deskundigen het er niet over eens zijn?

Elk schilderij en elk fresco bereidde Rafaël zorgvuldig voor  Hij heeft meerdere Madonna’s met het Kindje Jezus geschilderd. De lezende Madonna met Kind in een landschap hangt op de tentoonstelling. Er zijn meerdere tekeningen van zo’n Madonna met Kind en elke keer is de manier, waarop Maria het Kind vasthoudt weer anders en ook de houding van het kind verandert telkenkere. Soms kijkt het Kind op naar Zijn moeder. Dan weer kijkt het Kind de bezoeker aan of kijkt het naar de granaatappel, die Maria in haar hand houdt. Ook grote fresco’s zijn met tekeningen van afzonderlijke figuren of groepen zorgvuldig voorbereid. Soms wordt een model naakt getekend om de verhoudingen goed te krijgen en op het fresco met kleding omhangen. Hij moet die tekeningen naar een model gemaakt hebben. Anders krijg je die spanning in de spieren nooit zo mooi weergegeven. Heel mooi zie je dat op de reproductie van een fresco “De brand in de Borgo”, waar een jongeman aan een muur hangt en nog niet goed weet of hij zich kan laten vallen. Bij dit fresco werd ik getroffen door de diepte in de voorstelling. De muur en de pilaren links zijn met duidelijk verdwijnperspectief geschilderd. Naar achteren worden de figuren steeds kleiner. Alleen de paus, die een kruisteken maakt, waarna het vuur dooft lijkt iets groter weergegeven, zodat de aandacht op hem wordt gevestigd.

Rafaël blijkt ook nog uit te blinken in het schilderen van lieve kleine mollige engeltjes. Daar is een aparte vitrine aan gewijd.

Het is een heel bijzondere tentoonstelling. Meestal doen tekeningen mij niet veel, maar deze zijn zo krachtig en laten ook heel mooi de emotie van het uitgebeelde verhaal zien, dat het blijft boeien. Ik vroeg mij wel af, of iemand met weinig kennis van de Bijbel en van de klassieke geschiedenis even sterk geboeid zal worden door deze Rafaëltentoonstelling. Maar wie weet, is het toch niet zo slecht gesteld met de algemene ontwikkeling van het Nederlandse en buitenlandse publiek. Een aanrader dus. Nog open tot en met 6 januari 2013.

Jaargang 5, Nr. 240.

De nieuwe coalitie VVD en PvdA

zaterdag, november 3rd, 2012

SPIJT VAN HET STRATEGISCH STEMMEN?

Strategische stemmerswaren er aan de linker- en de rechterzijde. Heel handig waren de verkiezingen een wedstrijdje geworden. Wie wordt de grootste? VVD of PvdA? Het werd bijzonder slim gespeeld door de PvdA: slijmen met de SP en ze vervolgens wegzetten als onverantwoordelijke politici wat betreft Europa. Tegen de Kunduz-missie en niet meedoen met het Lenteakkoord.

En nu? Het lenteakkoord beperkte de bezuinigingen op ontwikkelingssamenwerking en nu bezuinigt de PvdA-VVD-coalitie één miljard, maar eigenlijk het dubbele op ontwikkelingssamenwerking. Het Lenteakkoord draaide de bezuinigingen op landschap en natuur flink terug en opeens is de natuur niet belangrijk meer. De pensioenleeftijd mag van Samsom naar 67. De PvdA was altijd tegen de Kunduz-missie, maar die wordt nu gewoon afgemaakt en dat terwijl steeds duidelijker blijkt, dat men zich daar niet aan de afspraken houdt. Dat biedt de mogelijkheid eruit te stappen.

Maar positief is, dat er wel fors geïnvesteerd gaatworden in wind- en zonne-energie. Het is laat, maar het voordeel is, dat je geen last hebt van een remmende voorsprong. Windmolens zijn uit ontwikkeld en goedkoper geworden. Ook de zonnecollectoren zijn goedkoper en ze zijn efficiënter. Met hetzelfde oppervlak wordt meer elektriciteit geproduceerd. Het nadeel is wel, dat we een forse achterstand moeten inlopen en dat de betalende burger voor forse energielasten komt te staan. Maar een verstandige huiseigenaar had al eerder zijn huis goed geïsoleerd en een zonneboiler en zonnepanelen geïnstalleerd. Maar wat moet een huurder met te weinig geld? In ieder geval gaat dit werkgelegenheid geven. Daarbij is het jammer, dat het bedrijfsleven niet wordt gestimuleerd over te gaan op groene elektriciteit.

Dat de zorgkosten gebruikt gaan worden als nivelleringsinstrument is een heel merkwaardige. Steeds meer mogelijkheden om ziekten te genezen of te voorkomen veroorzaken een stijging van de kosten. De vergrijzing zorgt voor hogere kosten: de ouderdom komt met gebreken. De afgelopen welvaartsperiode zorgde voor soms royale vergoedingen, terwijl velen die rollator gemakkelijk zelf hadden kunnen betalen. Het vaak ook deden. De kosten van de zorg zijn dus explosief gestegen. Wie betaalt de rekening? Bij de laagste inkomens is niets te halen, bij de lagere middengroepen maar weinig. Dus worden de hogere middeninkomens en hogere inkomens aangepakt. Tegelijk zijn er ook belastingmaatregelen en dan vooral om de vermindering van de hypotheekrenteaftrek te compenseren. Dan blijkt, dat het lagere tarief voor de hoogste schijf voor de echt hoge inkomens zo voordelig uitvalt, dat de stijging van de zorgkosten meer dan gecompenseerd wordt. Vooral de SP is terecht boos.

Maar ja. Je zult maar VVD gestemd hebben om de hypotheekrenteaftrek geheel te behouden en geen lastenverhoging te krijgen en dan krijg je minder aftrek, hogere zorglasten, hogere kosten voor de kinderopvang en hogere energiekosten. Dat doet pijn aan de portemonnee. Voortaan maar twee keer op vakantie in plaats van drie of vier keer en niet onmiddellijk de nieuwste tablet en de nieuwste I-phone ook voor al je kinderen. Dat is me even slikken. Het valt bijna niet uit te leggen. Hadden we nu maar niet op de VVD gestemd. Maar waar dan wel op? De PVV misschien? Wilders beschuldigt Rutte van kiezersbedrog, maar daar kan hij zelf ook wat van. De VVD-kiezers hebben nog steeds niet begrepen dat rechts zijn meerderheid kwijt is. De druiven zijn zuur. Wordt dit een stabiel kabinet? Ik ben benieuwd.

Jaargang 5, Nr. 239.

De toekomst van groene politiek 4

vrijdag, oktober 26th, 2012

HET MILIEUPROBLEEM IS TEGELIJK EEN SOCIAAL-ECONOMISCH PROBLEEM

Wie hebben het meest last van milieuproblemen? Voor wie is het het moeilijkst de hogere prijzen te betalen voor energie en producten, waarin zeldzame grondstoffen zijn verwerkt of voor voedsel? Mensen met lagere inkomens hebben meer last van milieuproblemen. Daar ligt het verband tussen groen en links. Je kunt geen eerlijke politiek bedrijven als daarin groen en links niet samengaan.

Gemakkelijk winbare fossiele brandstoffen, aardolie, aardgas, steenkool en bruinkool raken steeds meer uitgeput. Alleen al doordat het winnen van fossiele brandstoffen duurder wordt stijgen de prijzen. En omdat de wereldvraag door de opkomende economieën stijgt en het aanbod die vraag niet of nauwelijks kan bijhouden gaan de prijzen nog meer omhoog. Als de hoeveelheden gewonnen fossiele brandstoffen echt over hun top heen zijn, wordt fossiele energie pas echt onbetaalbaar voor de lagere inkomens. Zo is het ook met grondstoffen. Koper is zo duur geworden, dat het aantrekkelijk wordt koperen kabels bij NS te jatten.

Zijn er oplossingen? Windenergie is concurrerend en zonnepanelen geven een hogere opbrengst en zijn veel goedkoper geworden. Het is in ons land nog maar een betrekkelijk kleine voorhoede, die er gebruik van maakt. Als je in een sociale huurwoning woont, is het al veel lastiger om zonnepanelen op je dak te leggen. Dan moet je ze met je minimumloon ook nog kunnen betalen. Windenergie zou kunnen door het systeem van winddelen, maar dan moet je wel spaarcentjes hebben. Veel ernstiger is het ontbreken van het gevoel van urgentie bij veel Nederlanders en dus ook bij Nederlandse politici. Heinrich Heine zei het al: In Nederland gebeurt alles vijfentwintig jaar later. Het mopje kent u vast al: Waar kun je het beste zijn bij het einde der aarde? Maar als wij in Nederland zo kortzichtig door gaan komt het einde van Nederland misschien wel eerder. Het zal mij benieuwen wat het regeerakkoord daarover zal zeggen.

Het tekort aan grondstoffen is lastiger. Soms kunnen andere materialen gebruikt worden. Koperen telefoonkabels worden vervangen door glasvezel. Maar hergebruik is beter. In het bedrijfsleven worden daarin steeds meer initiatieven ontplooid. Een afvalverwerkingsbedrijf heeft als leus: “Er bestaat geen afval”. Ook hier is het probleem een tekort aan inzicht bij het grote publiek en onvoldoende uitbouw van het systeem van afvalverwerking. Huis-, tuin- en keukenafval wordt soms verbrand in plaats van het winnen van biogas eruit en verdere verwerking tot compost. En wij maar braaf de biobak en de papiercontainer en de grofvuilcontainer vullen, het glas wegbrengen en het chemisch afval zoals batterijen en elke maandag om de twee weken de zak met plastic buiten zetten. Maar hoe gaat dat in flatwijken of straten met etagewoningen?

We zagen het al; kiezen voor een milieuvriendelijk alternatief is vaak duur. GroenLinks is een sterk voorstander van vergroening van de belastingen. Vaak komt dat neer op een hogere omzetbelasting. Water en energie worden zo alsmaar duurder. Er zijn manieren om daar iets aan te doen. Je kunt je huis beter isoleren. Daar zitten de lagere inkomens weer moeilijk en vooral als zij een sociale huurwoning hebben. Dus moet de politiek de woningcorporaties achter de broek zitten. Het staat allemaal prima in het programma van GroenLinks. Wat staat er straks in het Najaarsakkoord? Wat gaar het tweede kabinet Rutte eraan doen? Wat zeggen de andere partijen erover? Voor mij blijft het GroenLinkse geluid in Nederland broodnodig.

Jaargang 5, Nr. 238.

Vakantie in Israël

maandag, oktober 22nd, 2012

Een normaal land met veel toeristen

Eigenlijk heb ik het nooit goed gedurfd, Israël bezoeken. Het leek me vaak veel te gevaarlijk. Ook nu was er de vrees, dat het land Iran zou aanvallen en Iraanse raketten Israël zouden treffen. Een paar dagen voor ons vertrek werd gemeld, dat een Israëlische straaljager een drone had neergeschoten op dertig kilometer van de kerncentrale bij Dimona. Al met al toch spannend om naar het land te gaan. Tegelijk word je je ervan bewust, dat het land er alles aan doet om de veiligheid te garanderen. Dat merk je uitgebreid voor het vertrek en ook weer bij de aankomst. Daarna stap je met het reisgezelschap in de bus. Je rijdt naar het hotel in Jeruzalem en je maakt kennis met het drukke verkeer. Ook hier komen files voor. Je arriveert bij het hotel en het toedelen van de kamers is nog beter georganiseerd dan in allerlei landen in Europa, waar we de afgelopen jaren waren.

In dat hotel alleen al merk je hoe mondiaal het toerisme naar Israël is. Je ziet het aan de andere gasten en vooral ook aan het aanbod aan voedsel bij de buffetten. Er zijn meer mogelijkheden om te ontbijten dan twee sneetjes meergranen brood dan ik gewend ben. Als je de eerste dag al die voor christenen bijzondere plaatsen bezoekt, dan zie je het opnieuw. Mij vielen grote groepen uit Indonesië, China en de Filippijnen op, maar ook uit Afrikaanse landen als Ghana. Toerisme moet een belangrijke inkomstenbron voor het land zijn.

We hadden een uitstekende Israëlische gids, die zeer goed op de hoogte was van het verband tussen het Oude en Nieuwe Testament. Zo maakte hij duidelijk, dat de verhalen over Jezus vooral duidelijk maken, dat hij voldoet aan alles wat het Oude Testament zegt over de te verwachten Messias. En even goed kon hij uitleggen, waarom de kruisvaarders naar het Heilige Land kwamen en hoe de strijd verliep. Op veel plekken zijn de bouwwerken uit die tijd nog aanwezig. Ze zijn te herkennen aan een bouwstijl, die lijkt op de Gotiek.

Wat merk je van het Israëlisch-Palestijnse conflict? Je ziet op veel plaatsen de muur. Soms zijn er controleposten, zoals tussen Jeruzalem en Bethlehem. Je merkt, daar later in de middag, dat kennelijk veel inwoners in Jeruzalem werken. Aan de keurige kleding te zien niet alleen in nederige baantjes. Wij komen heel gemakkelijk door de controle. Hoe het de Palestijnen vergaat, zien we niet. Als we van Jeruzalem naar de Dode Zee afdalen komen we geen enkele controlepost tegen. Er is er eentje op de weg naar Masada, maar geeneens bij de eigenlijke grens. Jericho laat met een grenspost zien, dat het onder Palestijns bestuur valt. De stad ziet er opmerkelijk welvarend uit. Er zijn bronnen, die landbouw mogelijk maken, bijvoorbeeld de teelt van bananen. Een klooster hoog tegen een bergwand is per kabelbaan bereikbaar. Het is de plek van de bekoringen van Jezus na veertig dagen in de woestijn. Toerisme is zo een tweede welvaartsbron. Als we van Jericho naar het Noorden rijden zien we onderweg veel plantages. Ze blijken eigendom van Joodse kibboetsen en waren dat al voor de onafhankelijkheid. Na de zesdaagse oorlog hebben de vroeger eigenaren hun landerijen weer in bezit genomen. Daar moest ik wel naar vragen, want het leek een beetje kolonialisme. Toch kreeg je de indruk, dat het voor onze Israëlische gids een normale zaak is, dat de Israëli’s in de bezette Palestijnse gebieden blijven. De muur zorgt er toch maar voor, dat er geen zelfmoordaanslagen meer zijn. Jammer, dat zo’n muur nodig is, maar het werkt wel.

Onze jonge enthousiaste gids van Joods Jemenitische afkomst wist zijn verhaal goed te brengen. We mochten elkaar. Maar ik wist daarbij voortdurend, dat we de ene kant van het verhaal hoorden. De Israëlische voorlichtingsmachine werkt uitstekend. Wij wilden vooral kennis maken met het land en met de geschiedenis en de cultuur. We waren er niet op uit om politiek te bedrijven. We kwamen niet op de plekken waar het conflict weer elke keer oplaait. Voortaan ken ik het land beter. Ik weet hoe mooi het landschap is en ken de geordende steden met de gebouwen in dezelfde lichte natuursteen. Nu maar hopen, dat het allemaal zo mooi blijft en ook hopen, dat de Palestijnen gaan werken aan meer welvaart in hun eigen gebied. Misschien zal het ooit echte vrede zijn.

Jaargang 5, Nr. 237.

De toekomst van groene politiek 3

vrijdag, oktober 12th, 2012

WAAROM WILLEN WIJ EEN SCHOON LAND?

Wij willen het milieu beschermen tegen vervuiling. We doen aan milieudefensie. Waarom willen wij geen vervuiling van het water, de bodem en de lucht? Een eerste reden is, dat de vervuiling het leven van planten dieren en ook steeds meer het leven van de mens schaadt. Toch is milieuvervuiling en dan vooral met schadelijke stoffen veel minder een hot item. Dat was wel anders toen door verzuring de bossen dreigden te sterven. Wettelijke maatregelen hebben de verzuring sterk terug gedrongen. Over de ammoniakstank van de intensieve veehouderij staan de kranten niet meer vol. De rivieren zijn schoner geworden. Gifbelten zijn geruimd of ingekapseld en verandert in een Griftpark of een recreatiegebied als de Volgermeerpolder. Successen zijn goed om de moed er in te houden. Mensen moeten niet het gevoel krijgen, dat het vechten is tegen de bierkaai. Waarom zou je je nog milieuvriendelijk gedragen? Het helpt toch niet als ik de enige ben. Het zijn vooral strenge milieuwetten, die meestal goed gehandhaafd worden, die voor de successen hebben gezorgd.

Maar is er echt reden tevreden achterover te leunen? Laten we ons beperken tot Nederland. Kaartblad 66 van de (laatste) 54e druk van de Grote Bosatlas geeft een beeld. Je ziet vooruitgang, maar Nederland is nog allerminst schoon. Kaartje B laat de vermesting zien en wel de concentratie van stikstof in de neerslag. De Utrechts-Gelderse Vallei, Twente, de Rijnmond  en vooral Oost Brabant en Midden en Noord-Limburg zitten veelal ver boven de doelstelling voor 2010. Het betekent, dat in grote delen van Nederland de bodem en het water overbemest zijn. Bepaalde planten en dieren verdwijnen en andere komen er voor in de plaats. Ongeveer dezelfde gebieden hebben last van verzuring zo laat kaartje C zien. Van zwavel hebben ze alleen in de Rijnmond nog last. De nieuwste boosdoener is het fijnstof. De narigheid is, dat filters op motoren niet echt helpen. Ze laten het ultra fijne stof door en dat is nu juist het gevaarlijkst en dan met name voor mensen met longproblemen. Het dringt heel ver door in bijvoorbeeld de longen.

Maar we moeten de moed erin houden. Drie opeenvolgende kaartjes laten de hoeveelheid stikstofdioxide in de lucht zien voor 2005, 2010 en 2015. Het wordt weliswaar minder, maar blijft vooral in de grote steden te hoog. Voor al de genoemde stoffen zien we tussen 1990 en 2010 een regelmatige daling Er is vooruitgang. Anders is het met de broeikasgassen. Na een aanvankelijke toename is er een lichte daling, maar de uitstoot blijft boven het niveau van 1990. Interessant is een viertal staafgrafieken, dat voor vier broeikasgassen laat zien in welke mate ze afkomstig zijn van de landbouw, de industrie, de energie en het verkeer. Opmerkelijk is het grote aandeel van de landbouw in de methaanuitstoot.

Waarom is het nu belangrijk iets tegen die vervuiling te doen? We zagen al, dat zij schadelijk is voor mensen, planten en dieren. Mag je andere mensen zomaar schade berokkenen? Natuurlijk niet en toch gebeurt het in grote mate. We blijven gewoon auto rijden bijvoorbeeld. Kennelijk vindt men de schade aanvaardbaar. Veel mensen zijn zich ook niet of nauwelijks bewust van het feit, dat zij anderen en zich zelf leed aan doen. Of men wil het niet weten. Ik blijf toch binnen de wettelijke normen, denken ze. Eigenlijk is het niet zo zeer een juridische kwestie, maar een moreel probleem. Het is een zaak van je geweten of je je eigen milieuvervuiling wilt beperken en dus is het zaak je kinderen in hun opvoeding ervan bewust te maken. Maar dan moet je als ouder wel zelf het goede voorbeeld geven. Schoon produceren vergt investeringen in betere apparatuur of in technieken om schadelijke stoffen uit de rookgassen te filteren. Het is dus ook een technisch en economisch probleem. Milieu is al lang geen geitenwollensokkenzaak, maar een tak van de economie, waarin wat te verdienen valt.
We leven bepaald nog niet in een schoon land. Voor groene politici is nog erg veel werk.

Jaargang 5, Nr. 236.

De toekomst van GroenLinks 2

zaterdag, oktober 6th, 2012

TIJD VOOR PACIFICATIE

GroenLinks is maar een rare partij. Ondanks een krachtige pacifistische traditie wordt er voortdurend strijd geleverd. Helaas niet altijd met open vizier. Want kregen we antwoord op de vraag wie toch al die geraadpleegde gremia waren? Weten we wie lekte naar NRC Handelsblad? Wij gewone leden horen alleen maar dat Jolande Sap moest aftreden, toen via een publicatie in NRC Handelsblad bekend werd, dat het Partijbestuur of de partijleiding het vertrouwen in haar hadden verloren. Dat het Partijbestuur niet het geduld had te wachten op het onderzoek van de Commissie van Es is zeer betreurenswaardig. Het wordt het Partijbestuur terecht kwalijk genomen. Er was dus alle reden om af te treden. Maar zover had het niet mogen komen, want in een heel moeilijke situatie is de partij nu zonder bestuur.

Het is noodzakelijk, dat er binnen een week een interim bestuur is, dat zo snel mogelijk een congres voorbereidt om een nieuw bestuur te kiezen, een motie van vertrouwen in de nieuwe fractievoorzitter te behandelen en een motie, waarin een voorlopige koers wordt vastgesteld om uit de problemen te komen. Het zou goed zijn als het rapport van de Commissie van Es dan beschikbaar is, maar niet noodzakelijk.

Het belangrijkste is te gaan werken aan een andere cultuur. Geen achterbaks gedoe, loyaal aan de eenmaal uitgezette koers, prudent in de contacten met de pers, bewust zijn van de risico’s van een al te dogmatische opstelling ofwel een beetje soepel omgaan met je principes zonder ze prijs te geven. Zorgen voor een voortdurende dialoog tussen de leden onderling, tussen leden en bestuur en fractie. Naar mijn smaak zijn leden vaak naar buiten erg passief. Ze volgen alles wel, hebben er een standpunt over, ergeren zich of zijn juist erg tevreden, maar uiten het niet binnen de afdeling of de partij als geheel. Er is een periode geweest, dat ik regelmatig een opiniepeiling moest invullen. Dat zal best duur zijn, maar tegelijk ontzettend belangrijk om conflicten binnen de partij te voorkomen.

In de discussie over een duidelijke politieke visie van de partij noemde ik allerlei groeperingen binnen de partij, die elkaar vanuit heel verschillende levensvisies toch in het partijprogramma weten te vinden. Soms krijg je door al die verschillen problemen. Belangrijke principes botsen en partijleden maken dan verschillende keuzes. Sommigen zeggen, dat weigerambtenaren gewoon hun werk moeten doen. Anderen zeggen, dat je geen gewetensdwang moet uitoefenen. Die kan zich immers tegen je keren. De partij zal weer moeten leren, waarom in de Nederlandse samenleving tolerantie zo belangrijk is.

Het is moeilijk om er zicht op te krijgen, maar af en toe krijg ik de indruk, dat groeperingen streven naar een machtspositie binnen GroenLinks door belangrijke posten te bezetten. Het risico is, dat dan niet altijd de beste op zo’n post komt.

Ik had vandaag een soort rouwgevoel. Je raakt iemand kwijt, die jou dierbaar is. We zijn Jolande Sap verloren, een zeer deskundige econome, een dappere politica, een fijn mens en een vechtster tegen onrecht, dat andere mensen wordt aangedaan. De fractie zou het vertrouwen in haar hebben verloren. Terecht vroeg een partijraadslid of overwogen was juist die mensen weg te sturen, die het vertrouwen kwijt waren. In een team is iedereen verantwoordelijk voor de juist teamspirit, voor een goede samenwerking en voor het te behalen resultaat. Het is niet terecht, dat juist Jolande Sap nu tot zondebok is gemaakt. We gaan de fractie zeer kritisch volgen.

Jaargang 5, Nr. 235.

De toekomst van groene politiek

vrijdag, september 28th, 2012

WAAROM GROEN?

Wat zijn de achterliggende ideeën om de natuur te beschermen, het milieu schoon te houden en zuinig om te gaan met grondstoffen en energie? Is natuur en milieu een natuurwetenschappelijk onderwerp of is het politiek of juridisch of ethisch? Waarom vinden we het zo belangrijk? Omdat we houden van de natuur? Omdat we vinden, dat de aarde overbevolkt is en ons bestaan bedreigd wordt? Omdat we bang zijn, dat onze gezondheid geschaad wordt? Of willen we onze planeet netjes achter laten voor onze kinderen en kleinkinderen? We zien allerlei problemen en zijn vooral bezig oplossingen te zoeken. Waarom kennen wij geen leefstijl, die milieuproblemen voorkomt? Moeten we in navolging van Amy Groskamp-ten Have een “Hoe hoort het?” schrijven, maar dan toegespitst op natuur en milieu? Zou Amy daar woorden aan vuil gemaakt hebben? Wat brengt ons ertoe om een Vereniging Natuurmonumenten en een provinciaal landschap op te richten? Wat zijn de bestaansgronden van Natuur en Milieu, Milieudefensie of Greenpeace? Waarom zijn er groene partijen? Waarom stemmen burgers op zo’n partij?

Laten we eens beginnen met landschap en natuur. Ik noem ze beide, want vooral stadsbewoners noemen alle groen buiten de stad natuur. Echte natuur vinden we daar, waar geen menselijke invloed waarneembaar is. Zo beschouwd kennen we in Nederland geen echte natuur al komt het Waddengebied in de buurt. Maar in Nederland denken we bij natuur aan duinen, zandverstuivingen, heide, veenmoerassen, kwelders en slikken of een binnendelta als de Biesbos. Veel mensen vinden onze bossen ook natuur, maar de meeste bossen zijn productiebossen. Elk van die gebieden kent weer een eigen flora en fauna, mooi op elkaar afgestemd. Je vindt er een eigen ecosysteem. Daarbij hoort een reliëf, een bodem, een waterhuishouding, een microklimaat naast de flora en de fauna. Als je iets verandert, merk je dat in het hele systeem. Dat kan ook door luchtverontreiniging of de inlaat van voedselrijk water. We proberen die gebieden intact te laten, zodat we ervan kunnen genieten, er tot rust kunnen komen, ons kunnen ontspannen, gezonde lucht kunnen ademen, een goede conditie kunnen opbouwen en er ook nog iets van kunnen leren. De aanwezigheid van zulke gebieden zorgt voor dag- en vaak ook verblijfstoerisme en zo zijn ze ook van economische betekenis. Toen door ontginning van de “woeste gronden” die natuurgebieden zeer zeldzaam dreigden te worden, ontstonden de natuurbeschermingsorganisaties. Zo bleef een prettige leefomgeving gehandhaafd, een belangrijke vestigingsplaatsfactor voor hoogwaardige werkgelegenheid. Daarom moet het verlies aan natuur gecompenseerd worden. Er wordt nieuwe natuur geschapen. Voor mij een contradictio in terminis. Het wijst ook op een beperkte visie op de schoonheid van agrarische landschappen. Die hebben we in Nederland in tal van variaties met elk specifieke kenmerken, die vaak het ontstaan en de ontginningsgeschiedenis weerspiegelen. De waarde van zo’n landschap kunnen zien, oog hebben voor de schoonheid en de harmonie en de Hollandse luchten erboven, dat is een kwestie van opvoeding en van jarenlange ervaring. En van het willen zien. Bijna ex-staatssecretaris Bleker heeft er duidelijk geen oog voor. Voor hem gelden vooral bedrijfseconomische criteria, zoals voor zoveel boeren. Het rivierengebied kent een bijzonder microreliëf. Je kunt er oude rivierbeddingen herkennen en de oeverwallen ernaast. In die bedding kan het voor aardappelteelt te nat zijn en op de oeverwal te droog. Dan is het bedrijfseconomisch heel verstandig om de grond van de oeverwal in de vroegere bedding te schuiven. “Ik mag met mijn grond doen wat ik wil”, hoor je dan. Dat je iets dat in vele eeuwen ontstaan is in een paar dagen vernietigt, realiseert zo iemand zich niet.

Zo worden op veel grotere schaal tropische regenwouden ontgonnen. Wordt dan tegelijk ook die ene plant vernietigd, die een geneesmiddel bevat tegen een heel nare ziekte? We weten het niet. Verliezen dieren hun leefgebied en sterven ze uit? Het economisch belang gaat voor. Dat planten en dieren hun eigen waarde hebben telt niet mee. De mens staat boven de natuur en mag haar gebruiken. Dat je die gebruiksmogelijkheden aantast en zo toekomstige generaties benadeelt is geen argument. Pas achteraf, kunnen je kleinkinderen jou aanklagen, maar dan ben je er niet meer. Bescherming van de natuurlijke hulpbronnen is dus ook een ethische kwestie. Als kortzichtig eigenbelang bepalend is voor de moraal, dan verliest de natuur het. Dat is het risico van een te ver doorgeschoten liberalisering. Eerst in de opvoeding en later in de maatschappij. Ons ethisch bewustzijn lijkt steeds zwakker te worden. Opvoeders zouden zich daar veel meer van bewust moeten zijn. Als de opvoeding niet voldoende is, gewoon burgermansfatsoen tekort schiet, dan rest nog de wetgeving. Dan heb je de politiek nodig en met name het groene bewustzijn bij politieke partijen. Daarvoor zijn groene partijen hard nodig.

Jaargang 5, Nr. 234.

Een GroenLinksideologie?

vrijdag, september 21st, 2012

MEERDERE INSPIRATIEBRONNEN 

Anna Zeven schreef op de opiniepagina van de Volkskrant een stuk waarin ze stelde, dat GroenLinks een goed verhaal mist en een gemeenschappelijke ideologie. Dat maakt het moeilijk stante pede op vragen, uitdagingen of problemen te reageren. Je kunt je antwoord niet toetsen aan die gemeenschappelijke ideologie. Dick Pels en Pepijn Vloemans reageren daarop met een soort samenvatting van het GroenLinksprogramma en stellen, dat dit het goede verhaal is. Het probleem is meer, dat het moeilijk is dit gecompliceerde verhaal in simpele en tegelijk wervende bewoordingen aan het publiek duidelijk te maken. Daardoor vind je onze aanhang vooral onder het hoger opgeleide deel van de bevolking. Zoals ik al eerder constateerde is er een communicatieprobleem.

Ik denk, dat het bij een bijeenkomst van de Linker Wang was, dat Dick Pels ook al stelde, dat een gemeenschappelijke ideologie nodig was. Ik stelde toen, dat de leden van GroenLinks een grote verscheidenheid aan inspiratiebronnen kennen, maar dat we tot onze verwondering elkaar elke keer weer in tal van programmapunten weten te vinden. Al die subculturen binnen GroenLinks hebben kennelijk zoveel gemeenschappelijke waarden, dat we in de politiek samen kunnen optrekken. Het zou interessant zijn op zoek te gaan naar die gemeenschappelijke waarden, maar ook heel moeilijk, want elke subcultuur kent haar eigen “taal”. Dezelfde woorden en uitdrukkingen kunnen een geheel verschillende betekenis en gevoelsinhoud hebben.

Maar er is nog een ander probleem. Het verwondert mij niet, dat juist een jongere hierom vraagt. Veel jongeren hebben van huis uit en vanuit hun onderwijs geen duidelijk en expliciet waardensysteem meegekregen. Ik kan goed merken, dat veel jongvolwassenen een prima waardenopvoeding hebben gehad. Ze spelen hun maatschappelijk rol met verve. Tegelijk merk ik bij veel fijne mensen, hoe moeilijk het voor hen is inspirerend voor hun kinderen te zijn en hen een goede waardenopvoeding te geven. Ik hoor ze vaak zeggen, dat ze hun kinderen vrij willen laten en dat ze later hun eigen keus mogen maken. Ik vrees, dat dit vaak de keus wordt tussen niets en niets.

Welke persoonlijke inspiratiebronnen brengen al die GroenLinksers dan mee? Ik noem er enkele: het Calvinisme, Het Lutheranisme, de Remonstrantse Broederschap, de Doopsgezinden, de Rooms-katholieken, de Joden, de verschillende vormen van de Islam, het Hindoeïsme, het Boeddhisme, het Socialisme of Marxisme, het Pacifisme, het Secularisme, het Feminisme, de ideologie van homo’s en lesbiennes, de liefde voor de natuur, planten en dieren, het vegetarisme en veganisme. Ook al zou je uit al die verschillende waardenstelsels een gemeenschappelijke ideologie kunnen afleiden, dan zullen individuele GroenLinksers in concrete situaties toch weer aan hun eigen persoonlijke waardenstelsel toetsen. Ik vrees, dat het streven naar een gemeenschappelijk ideologie geen echte oplossing biedt.

Het is merkwaardig, dat Dick Pels en Pepijn Vloemans in hun stuk nergens het pacifisme als belangrijk element van het GroenLinkse denken noemen. Maar het is ook begrijpelijk, want het is al sinds 1989 een belangrijk discussiepunt geweest. Voor sommige houdt het absolute geweldloosheid in. De oplossing voor conflicten moet altijd door onderhandelen gevonden worden. Vredesbemiddelaars zijn daarbij wenselijk. Maar wat doe je als slechteriken niet willen onderhandelen? Ik vermoed, dat de afwijzing van kernwapens unaniem is. De rol van GroenLinks bij de uitzending van de politietrainingsmissie naar Kunduz heeft veel leden en kiezers van GroenLinks vervreemd. Alhoewel iedereen de kans op blijvend succes heel klein acht, kun je dat ook weer niet voor 100% uitsluiten.

Wat de kiezers niet begrepen hebben is, dat zowel die trainingsmissie als het Lenteakkoord even vele signalen waren, dat GroenLinks bereid was regeringsverantwoordelijkheid te dragen. De partij stemde in met zaken, waar men als oppositiepartij normaal fel tegen zou zijn. Dus zullen onze vier Kamerleden goed moeten nadenken of ze de komende jaren nog eens zo vriendelijk naar de nieuwe regering zullen zijn.

In volgende columns zal ik nader ingaan op de diepere achtergronden van het GroenLinksprogramma. Waarom is duurzaamheid zo belangrijk? Waarom een rechtvaardige verdeling van de welvaart? Wat is het belang van solidariteit?

Jaargang 5, Nr. 233,.

Mark Rutte lijdt een overwinningsnederlaag

donderdag, september 13th, 2012

Wat maakt de PvdA van het herfstakkoord?

Tegenover de winst van de VVD staan de dramatische verliezen van de PVV en het CDA. De kiezers hebben duidelijk gemaakt, dat ze het asociale beleid van Rutte I niet meer lusten. Wat een overwinning lijkt, de VVD de grootste partij, is feitelijk een nederlaag. Ondanks de vlucht van strategische stemmers van GroenLinks naar de PvdA is door de grotere winst van de PvdA en het zich handhaven van de SP links sterker geworden. Het is niet de eerste keer, dat door het strategisch stemmen GroenLinks bijna wordt leeg gezogen. We zijn niet beloond voor de moed van Jolande Sap, die het nationale belang voorop stelde, een Lenteakkoord sloot en het mogelijk maakte, dat er een ontwerp begroting naar Brussel kon worden gestuurd. Diederik Samsom bleef ondanks herhaald aandringen weg. Ironisch genoeg kan hij nu niet wegblijven en moet hij maar zien met de VVD tot overeenstemming te komen. Of dat voor links tot een aanvaardbaar resultaat leidt is nog maar de vraag. Maar vrijwel zeker zal de PvdA van de kant van SP en GroenLinks af en toe stevige kritiek krijgen. Dan gaan we weer omhoog in de peilingen. Laten we hopen, dat het meevalt. Er moet weer gepolderd worden om tot allerlei hoogst noodzakelijke structurele vernieuwingen te komen. Misschien, dat de heren daarbij af en toe inspiratie vinden in het programma van GroenLinks.

Is het strategisch stemmen nu de enige oorzaak van de teruggang van GroenLinks? Al voordat Diederik Samsom aan zijn opmars begon waren we al laag in de peilingen. Meerdere keren waren er incidenten, dan zakten we en daarna ebde het effect weer weg. Nu waren er al in verkiezingstijd minstens drie naar mijn smaak onnodige narigheden. De affaire Tofik Dibi, een duidelijk gebrek aan zelfkennis, het best aardige interview van Ineke van Gent met een onjuiste tendentieuze kop en het zich niet geheel geruisloos terugtrekken van Bruno Braakhuis. Alles werd enorm uitvergroot door de media, zodat ik er af en toe een onbehaaglijk gevoel bij kreeg. Wat was hier gaande? Voor de buitenwereld ontstond een beeld van een partij, waar ze elkaar de tent uit vechten. Zo’n partij is niet aantrekkelijk voor de kiezers. Maar van je fouten kun je leren. Ken je verantwoordelijkheid als je contact hebt met de media. Misschien is het beter, dat alle contacten via een perschef lopen.

De partij heeft door een aantal standpunten kiezers van zich vervreemd. Het duidelijkst was dit bij de politietrainingsmissie naar Kunduz. Dat bleef ook steeds door etteren, terwijl al snel duidelijk was, dat twee derde van het congres instemde. De voorstellen over het ontslagrecht zorgden evenzeer voor minder steun. Het kwam weer terug in het Lenteakkoord. Veel goed opgeleide jonge mensen, die van de ene naar de andere baan hoppen, beseffen niet hoe bedreigend het voor ouderen is hun ontslagbescherming kwijt te raken. Die mensen weten immers, dat ze na ontslag nergens meer aan de bak komen. Dat was het beeld, dat ontstond. Veel vroegere PPR- en EVP-stemmers raakten vervreemd door de toenemende intolerantie naar religie, bijna even erg als bij de PVV. Ik heb er veel over geschreven.

Eigenlijk gaat het vooral om beeldvorming. Die hebben we niet helemaal in eigen hand, zeker niet waar het onwelwillende media betreft. De voorlichting naar de media en het publiek, moet dus flink meer aandacht krijgen en goed gecontroleerd worden. Professionalisering is noodzakelijk. Een open debatpartij is een mooi ideaal, maar zorg dan wel, dat je de partij niet te kwetsbaar maakt.

GroenLinks is een partij met idealen, maar steunt niet echt op een bepaalde inkomensgroep. GroenLinks verdedigt niet een eigen groepsbelang. De partij komt op voor de zwakken in onze samenleving, maar ook elders in de EU en in de Derde Wereld. De partij komt op voor het milieu. Slechts weinig mensen beseffen, dat dit in hun belang is. Ze hebben met de economische onzekerheden wel andere dingen aan hun hoofd dan het behoud van de biodiversiteit. In economisch zware tijden scoort milieu nooit hoog. We hebben de Green New Deal veel te slecht verkocht. We moeten leren onze idealen beter te verkopen.

Tot slot een anekdote. Ik zat in de studeerkamer en keek naar de spreuk van de Bond zonder Naam. “Winnaars zijn verliezers, die niet opgeven “ Op hetzelfde moment riep mijn vrouw, dat Epke Zonderland met zijn oefening bezig was. Hij won goud. Vier jaar eerder was hij gevallen en eindigde hij in de achterhoede. Wat was die spreuk ontzettend van toepassing. Epke gaf niet op. GroenLinks geeft niet op. Tot over vier jaar!

Jaargang 5, Nr. 232.

Daarom stem ik op GroenLinks

vrijdag, september 7th, 2012

OM DUURZAAMHEID EN SOLIDARITEIT

Om deze centrale waarden van GroenLinks stem ik al jaren op deze partij en dat ga ik op 12 september weer doen. Eigenlijk zie ik in onze partij als enige in Nederland een visie, die echt op de toekomst gericht is. Dat wil niet zeggen, dat het hier en nu niet belangrijk is. De duizenden banen in 2040 zetten nu geen zoden aan de dijk. We zitten in een economische crisis. Mensen zijn onzeker en durven niet te kopen. Je leven lang wonen op de pof zorgt voor een gezamenlijke schuldenberg en de hypotheekrenteaftrek trekt de inkomsten van onze overheid steeds meer om laag. Jonge mensen moeten langer sparen om met meer eigen geld een huis te kunnen kopen. Gelukkig voor die jonge mensen dalen de huizenprijzen. Er worden veel minder huizen gebouwd. Bouwondernemingen gaan failliet. Bouwvakkers verliezen hun baan. Als enkele honderdduizenden sociale huurwoningen goed geïsoleerd worden, geeft dat werk aan duizenden bouwvakkers. Alle materiaal moet worden geproduceerd. Geeft ook weer werk.

Die woningisolatie is een bijdrage aan de oplossing van een energieprobleem. Vorige week schreef ik over de energie afhankelijkheid van de landbouw. Ik dacht aan waterstofgas als energiebron voor tractoren. Zulke tractoren zijn er al en ook lopen er op ammoniak (NH4), dat uit mest gewonnen wordt. Je moet dan wel wat doen aan NOx, dat dan ook ontstaat. Verzuring van het milieu willen we niet. Elektriciteit uit coöperatieve windmolens is veel goedkoper dan die welke ons nu wordt geleverd. Het wordt tijd, dat we ons financiële belang zien en zelf initiatief gaan ontplooien.

Europa gaat strenge eisen stellen aan het terugwinnen van grondstoffen uit afval. Er is een groot huisvuilverwerkingsbedrijf, dat daar al heel ver in is en door de verkoop van terug gewonnen grondstoffen ook veel goedkoper is voor gemeenten. Aanstaande zaterdag begint de jaarlijkse Vredesweek. We willen aandacht schenken aan de strijd om zeldzame metalen als oorzaak van allerlei conflicten. Een kringloopeconomie is een bijdrage aan een vreedzamer wereld. Oorlogen voorkomen is slimmer dan te proberen bestaande conflicten te beëindigen.

Voor een bewuste GroenLinkskiezer is dit alles gesneden koek. Hij verwondert zich alleen maar over het gebrekkige inzicht bij veel medeburgers. Of sluit men bewust de ogen? Vreest men het luxe leventje niet te kunnen voortzetten. Na ons de zondvloed. Zo lang het kan gaan we door met verspillen.

Toen ik nog werkte en de geografie van de VS moest behandelen schonk ik vaak aandacht aan status. Ik vertelde, dat we in Europa status ontlenen aan de manier waarop we ons werk doen. Een goede vakman of een groot geleerde of een kundige arts of een inspirerende docent heeft status. In de VS ontleent men zijn status vooral aan de mate waarin men consumeert. Hoe groter het huis, hoe dikker de auto, hoe mooier de kleding en hoe uitbundiger de feesten, hoe hoger de status. Het lijkt erop, dat de Amerikaanse statuszoekerij ook Nederland teistert. Als je niet heel veel verdient, dan tel je niet mee. Soberheid is geen deugd. Soberheid is belachelijk. Hoeveel PVV en VVD-stemmers zouden door dit virus zijn aangetast? Hoeveel oog heeft een jonge goed verdienende Nederlander nog voor mensen in een verzorgingshuis? En dan niet dat dure luxe seniorentehuis, waar Oma woont. Heeft men zicht op de leefwijze van uitkeringstrekkers? Waar komt toch die ikke ikke mentaliteit vandaan?

Als er minder solidariteit is in de samenleving dan werkt dat natuurlijk ook door in de houding naar Europa en de schuldenproblematiek van de zuidelijk landen. En het werkt door in de houding tegenover ontwikkelingssamenwerking. Ze horen nooit meer de missiepater vertellen over hoe het in Afrika of Zuid Azië of Latijns Amerika is.

GroenLinks is een partij, die oog heeft voor al deze thema’s. Daarom stem ik woensdag, 12 september 2012 op GroenLinks en dan met overtuiging op onze dappere voorvrouw Jolande. Houd vol!

Jaargang 5, Nr. 231.