Archive for the ‘COLUMN VAN DE WEEK’ Category

Gesprekken aan de campagnekraam 4

vrijdag, maart 6th, 2009

Kraampraat 4: De Polen 

Dit is al weer de vierde in een serie van mijn Columns van de Week, die gewijd zijn aan gesprekken, die wij tijdens de komende verkiezingscampagne gaan voeren bij onze kramen op markten en bij winkelcentra. Het leukste is, dat er altijd weer mensen komen, die van die vastgeroeste meningen hebben. Je begint met belangstellend te luisteren. Je bent immers geïnteresseerd in de mening van de kiezer.
De Europawerkgroep biedt afdelingen aan hen te adviseren bij de verkiezingscampagne. Dat kan inhouden het leren voeren van dergelijke gesprekken. 

Mevrouw, weet u dat er binnenkort Europese verkiezingen zijn? Ik heb een mooi foldertje voor u. Nou, dat zal ik toch maar niet meenemen, want als mijn man het ziet….! Wordt ie helemaal laaiend. Hoe dat zo mevrouw? Nou, hij is al een jaar werkloos en hij zegt, dat zijn baas hem er uit gegooid heeft om goedkope Polen aan te nemen. Dat is niet zo mooi mevrouw. En volgens mij mag dat ook helemaal niet. Wat heeft uw man gedaan. Ja wat moet ie; de bazen zijn de baas en als knechie heb je niks te vertellen. Is uw man lid van een vakbond, mevrouw? Da’s veuls te duur meneer. Dat mag zo zijn, maar nu is hij nog veel meer geld kwijt met alleen een uitkering. Zo ver had ik nog niet gedacht. Ziet u mevrouw, uw man zal wel onder een CAO vallen. Dat geldt voor alle mensen, die de baas in dienst heeft. Hij moet die Polen gewoon het CAO-loon betalen. Maar mevrouw, ik heb een vriendje en die werkt bij de vakbond. Als u mij nou even de naam van die baas geeft, dan vraag ik aan mijn vriend, wat we kunnen doen. Mijn partij wil ook gelijke lonen voor iedereen. Hier hebt u een foldertje. Kunt u uw man laten zien. Als u volgende week weer langs komt, dan weet ik meer. 

En mijnheer, kan ik u ergens mee helpen? Ik heb het wel gehoord, wat u tegen mevrouw zei, maar ondertussen; we worden overspoeld door buitenlanders. Dat zou niet mogen. Ja meneer, er zijn er heel wat, maar als er hier geen werk was, zouden ze niet komen. Een paar straten verderop zag ik een Poolse auto staan. Daar waren ze bezig met de verbouwing van een huis. Ik informeer eens in de buurt en ik hoor, dat het voor die Polen aangenomen werk is. De eigenaar is een stuk goedkoper uit. En een Nederlandse aannemer was er niet te vinden, zoveel werk had hij. Dat zal nu wel anders worden met die crisis.  

Interessante verhalen vertelt u mijnheer, maar ik vind het maar niks, al dat vreemde volk. Ik kan mij dat voorstellen, maar vroeger zeiden ze dat ook van de Friezen, die naar Amsterdam kwamen om in de havens te werken en in Rotterdam zeiden ze het van de Brabanders. Heeft mijn opa me nog verteld en die is al jaren geleden overleden. Mensen zoeken altijd de plekken op, waar werk is. Hoeveel Nederlanders werken er niet in Londen bij het bankwezen? Hoeveel boeren zijn er niet naar Oost Duitsland en Denemarken en Frankrijk getrokken. Hier is geen ruimte meer om je bedrijf uit te breiden. Ja, dat weet ik, ze zijn ook naar Canada en Australië en Nieuw Zeeland verhuisd. Soms leren de boeren daar heel wat van de Nederlanders, want het zijn vaklui, die boeren van ons.  

Gaat u wel eens kamperen in Frankrijk? Hoe vindt u een leuke camping? Tegenwoordig kijk ik op Internet. Dat is mooi, hoor, kan ik meteen zien of ze Nederlands praten. Precies meneer, er zijn heel wat Nederlanders een camping in een ander land begonnen of een pensionnetje. Zo zwermen Nederlanders uit over de hele wereld en dan is het niet gek, dat er ook mensen naar Nederland komen. Als ik bij mijn tante in het verzorgingshuis kom, dan wordt ze bij het wassen en aankleden geholpen door een Poolse verzorgster, een Surinaamse komt koffie of thee brengen en een leuke Marokkaanse maakt de kamer schoon en een andere is activiteiten- begeleidster. Het kost in die huizen de grootste moeite om voldoende personeel te vinden. 

Mag ik mij er ook even mee bemoeien? Blijven die mensen hier niet hangen? Dat kan, maar velen werken hier een paar jaar tot ze het geld bij elkaar gespaard hebben om in hun eigen land een huis te bouwen. Dan gaan ze weer terug. Het mooie is, dat ze hier ook veel leren en wij ook wel van hen. Als ze dan terug zijn in hun eigen land, dan kunnen ze daar van die ervaring profiteren. Dat is nou precies, wat mijn partij graag wil. Kijk maar in dit foldertje meneer. Dank u wel. Ik ga het thuis lezen. Maar of ik ook op GroenLinks stem, dat weet ik niet. Ik stem mijn hele leven al op dezelfde partij. Als u maar stemt mevrouw. Daar gaat het vooral om. Prettig weekend.

Jaargang 2, nr. 2

Gesprekken aan de campagnekraam 3

vrijdag, februari 27th, 2009

Kraampraat 3: Top down 

De komende weken zal mijn Column van de Week gewijd zijn aan gesprekken, die wij tijdens de komende verkiezingscampagne gaan voeren bij onze kramen op markten en bij winkelcentra. Het leukste is, dat er altijd weer mensen komen, die van die vastgeroeste meningen hebben. Je begint met belangstellend te luisteren. Je bent immers geïnteresseerd in de mening van de kiezer.

De Europawerkgroep biedt afdelingen aan hen te adviseren bij de verkiezingscampagne. Dat kan inhouden het leren voeren van dergelijke gesprekken. 

Goede morgen mijnheer, bent u geïnteresseerd in onze folder. Waar gaat het over? Over de verkiezingen voor het Europees Parlement. Och mijnheer, waarom zou ik gaan stemmen? Van mij trekken die hoge heren zich toch niets aan. Ze spelen de baas. In ons eigen land hebben we toch niets meer te vertellen. Daar zit wat in, in wat u zegt. Een heel groot deel van de wetten en regels, waaraan wij ons moeten houden komen uit Brussel. Daar zit het bestuur van de Europese Unie, maar dat weet u natuurlijk wel. Maar weet u ook wie die Europese wetten moeten goedkeuren? Nou eigenlijk niet zo goed. Vertel eens. Nou, de meest wetten moeten goedgekeurd worden door een Raad met van elk land een minister. Maar ook het Europees Parlement moet die wetten goedkeuren. En wie zitten in het Europees Parlement? Juist, mensen, die door u en door mij gekozen zijn.  

Ja, maar als ik het er nou niet mee eens ben??? Tsja, als heel veel Nederlanders het er niet mee eens zijn, dan zouden ze via de Tweede Kamer kunnen zeggen, dat de minister in de Raad moet tegen stemmen. En er is nog een mogelijkheid. Als flink wat parlementen van lidstaten zeggen, dat Europa zich niet met dat onderwerp moet bemoeien, dan kunnen we het per land gaan regelen. Met een moeilijk woord heet dat subsidiariteit. Je moet de dingen regelen zo dicht mogelijk bij de mensen. Dus het gras maaien in het plantsoen regelt onze gemeente zelf. En Europa bemoeit zich evenmin met het Nederlandse onderwijs. 

Maar, meneer, dat hele Europa gaat mij vaak boven m’n pet. Het zijn altijd weer de hoge heren, die alles bedisselen. Dat is de gemeente zo en in Den Haag en bij Europa is het net zo. U hebt gelijk en u hebt niet gelijk. Er zijn mensen, die maken van de politiek of van besturen hun vak. Een burgemeester bijvoorbeeld. Stel nu, dat u in de buurt veiliger verkeer wilt. Wat gaat u doen? Misschien een brief schrijven naar de burgemeester? Heel goed meneer. Maar als ze u met een kluitje in het riet sturen, wat dan? Effe denken! Wacht, ik weet het: Ik gaat naar de buurtvereniging. Heel goed meneer.

Zo gaat het in Europa ook. Willen we veiliger voedsel, dan trekt de Consumentenbond aan de bel. Willen de boeren betere prijzen voor de melk? Dan vragen de boerenbonden de melkproductie te beperken en dan krijg je hogere prijzen. Leuk voor de boeren en eerlijker ook. Zo heb je fabrikanten en die krijgen in elk land weer met andere kwaliteitseisen te maken. Ze hebben in Brussel een mannetje zitten en die gaat met een lijstje eisen, dat een paar fabrikanten samen hebben opgesteld, naar ambtenaren en parlementsleden en na flink wat lobbyen komt het zo ver. Er komt een Europese richtlijn met voor heel Europa dezelfde kwaliteitseisen. Nu hoeven de fabrieken niet voor elk land een net iets ander product te maken. Daar zit wat in meneer.  

Europa is toch wel handig. En het komt niet allemaal van boven. Mag ik een foldertje van u. Heb ik nog wat te lezen ook en kan ik m’n zwager tenminste van repliek dienen, als die weer ligt te zaniken over Europa.

Jaargang 2. Nr. 1.

Gesprekken bij de campagnekraam 2

vrijdag, februari 20th, 2009

Kraampraat 2: Welvaart 

De komende weken zal mijn Column van de Week gewijd zijn aan gesprekken, die wij tijdens de komende verkiezingscampagne gaan voeren bij onze kramen op markten en bij winkelcentra. Het leukste is, dat er altijd weer mensen komen, die van de vastgeroeste meningen hebben. Je begint met belangstellend te luisteren. Je bent immers geïnteresseerd in de mening van de kiezer.

De Europawerkgroep biedt afdelingen aan hen te adviseren bij de verkiezingscampagne. Dat kan inhouden het leren voeren van dergelijke gesprekken. 

Mijnheer, mag ik u deze folder aanbieden? Waar gaat het over? Over Europa. Op 4 juni zijn er weer verkiezingen. Praat mij niet over Europa. Het kost ons alleen maar geld. En onze Zalm had dat door en hij heeft het voor elkaar gekregen, dat we effe een miljardje minder te betalen hadden. Kun je nagaan….Ik zeg: Nou meneer, u hebt er verstand van. Ja, als ze aan mijn centen komen, dan pas ik wel op. Gelijk hebt u, meneer. Maar weet u ook, dat we eerder enorm geprofiteerd hebben. Onze boeren haalden bergen Europees subsidiegeld binnen en zo bleef ons eten ook nog redelijk goedkoop. Dus we profiteerden er allemaal van. Nou dat zal dan wel voor mijn tijd zijn geweest. Ja, dat denk ik ook. Kijk meneer, het zat zo. We produceerden in Europa eigenlijk te weinig voedsel. Toen nog de EEG zorgde er voor, dat de productiviteit in de landbouw flink toenam. Al snel was er overproductie. De pakhuizen met melkpoeder, boter, kaas en vlees waren overvol. Toch kregen de boeren een gegarandeerde prijs. Wat niet zo leuk was, dat de overschotten vervolgens tegen erg lage prijzen werden uitgevoerd en vooral de boeren in de Derde Wereld hadden daar last van. Die konden hun eigen spullen niet meer kwijt. Toen kwam de Nederlandse Eurocommissaris Mansholt met een plan. De overproductie werd tegengegaan. Kleine boeren kregen de kans iets anders te gaan doen en zo kregen we grotere bedrijven en de boeren een redelijk inkomen en het voedsel bleef betaalbaar. 

Allemaal mooi meneer, maar ik ben geen boer. Ik werk op een fabriek. Zo, dat is interessant. En waar verkopen jullie je spullen? Onze machines vind je overal in Nederland, maar we exporteren ook heel veel, eigenlijk naar heel Europa. De laatste tijd nog meer, want we verkopen nu ook in Tsjechië en Hongarije en Polen en straks komen er nog meer landen bij. Ja, zeg ik, dat is toch wel mooi, dat de Europese Unie zo groot geworden is. Jullie verdienen er goed aan. Had u het ook al eens op die manier bekeken? Nou u het zegt…., eigenlijk niet. Ja en Nederland heeft die export hard nodig. Hoe zo meneer? Nou kijk, wij hebben geen ijzererts voor de hoogovens, we hebben maar het weinig aardolie. We produceren geen sinaasappelen, citroenen, bananen, dadels, geen koffie, thee en cacao en nauwelijks computers of mobieltjes. Dus we moeten om dat allemaal te betalen ook veel exporteren. Tsja, u hebt gelijk meneer. Ja en weet u nou wat het mooie is? We kunnen door Europa veel gemakkelijker exporteren, want er zijn geen grenzen meer in Europa. We hoeven nergens meer invoerrechten te betalen en een ander land kan de grens niet meer sluiten voor onze kaas of de machines van uw fabriek. Ja, daar verdienen we goed aan.  

We zijn echt een stuk welvarender geworden door de Europese Unie. Nou bedankt meneer! Ik heb weer wat geleerd. Hebt u ook nog andere folders? Ik neem er eentje extra mee voor mijn dochter. Kan ze gebruiken voor de’r werkstukken op school. Prettig weekend meneer en tot volgende week. Ga ik weer een bloemetje kopen voor mijn vrouw.

Gesprekken bij de campagnekraam 1

vrijdag, februari 13th, 2009

Kraampraat 1: De Euro 

De komende weken zal mijn Column van de Week gewijd zijn aan gesprekken, die wij tijdens de komende verkiezingscampagne gaan voeren bij onze kramen op markten en bij winkelcentra. Het leukste is, dat er altijd weer mensen komen, die van de vastgeroeste meningen hebben. Je begint met belangstellend te luisteren. Je bent immers geïnteresseerd in de mening van de kiezer. 

Meneer, praat me niet van Europa. Ik heb er zo de schurft aan. We zijn niet meer baas in eigen land en alles wordt maar duurder. Hoe zo, vraag je onschuldig? Nou, dat zal jij niet weten. Dat komt door de euro natuurlijk! Oh ja natuurlijk, maar die is er toch al een hele tijd. Ja, wat je vroeger voor een gulden kocht, kost tegenwoordig een Euro. Maar ik verdien niet evenveel euro’s als guldens vroeger. Ik ben er zwaar op achteruit gegaan. Ja, dat moet dan wel. Maar hoe zou dat nou gekomen zijn? Allemaal stiekemigheid. Ze dachten, dat wij niet kunnen rekenen. Maar wat werd er dan allemaal duurder? Nou bijvoorbeeld een biertje in de kroeg. Ja, dat weet ik, want tegelijk met de Euro begonnen de nieuwe hogere CAO-lonen en dat merk je dan. Maar er werden veel meer dingen duurder. Klopt, zeg ik, de BTW of een milieubelasting ging omhoog. Is uw loon de afgelopen jaren omhoog gegaan? Nou ja, dat was nodig ook. Precies, het was nodig, maar vaak merk je dat in de prijzen. 

Weet je nog dat de benzine afgelopen zomer zo vreselijk duur was? Of ik dat weet. Ik zal je vertellen hoe dat kwam. India en China werden welvarender. Daar kwamen ook steeds meer auto’s. Dus was er al vlug een tekort aan benzine en dan gaan de prijzen omhoog. Snapt u? Maar het had nog veel erger kunnen zijn. Want de prijzen voor ruwe olie zijn in dollars. Voor ons was de dollar goedkoop en de olie dus ook. Dat kwam omdat de Euro een harde munt is. Dat is een munt, die zijn waarde houdt. Als we nog guldens gehad hadden, was de benzine waarschijnlijk nog duurder geworden. Nu de economie steeds meer krimpt, wordt er minder olie gebruikt en zie; de benzine is weer goedkoop. 

Gut, meneer, u weet er veel van. Als ik eerlijk ben; de euro heeft ook voordelen. Als ik nu naar mijn Spaanse strandje trek, hoef ik geen peseta’s meer te kopen en merk ik meteen, als ze daar in Spanje de pils te duur verkopen, want, tja, het is daar zo heet, dat je veel moet drinken. Nou, zeg ik, wij maakten een reis rond de Oostzee. We kwamen door tien landen en zeven ervan hebben de Euro nog niet. Dus elke keer weer pinnen of wisselen en maar zorgen, dat je niet te veel van dat geld over hield, want daar krijg je weinig voor. Het was een mooie reis, maar ik hoop, dat ze daar toch vlug met de Euro mogen beginnen. Maar mag ik u deze folder meegeven? En vergeet niet te gaan stemmen op 4 juni.

Religieuze rellen

vrijdag, februari 6th, 2009

De overeenkomst tussen atheïst Max Pam en aartsbisschop Willem Eijk van Utrecht 

Volkskrant columnist Max Pam getuigt regelmatig van zijn ongeloof in het bestaan van een God. Willem Eijk getuigt juist van zijn geloof in een God. Wat is dan de overeenkomst? Zij gaan beiden uit van eenzelfde beeld van God. God is voor hen een alwetende, almachtige, alziende God, een strenge en straffende God. Een God, die verbeeld werd door een driehoek met middenin het alziende oog. Het tragische is, dat dit Godsbeeld bij de meeste Rooms-katholieken in zijn bisdom nauwelijks meer bestaat. Voor hen is God een goede vriend, die temidden van hen woont, een zorgzame vader, die er voor hen is en die ze kunnen vertrouwen. Jammer voor Max en zijn kornuiten, maar zij vechten tegen windmolens en jammer voor Willem Eijk, want hij is als de leraar, die voor de klas staat uit te leggen, van alles op het bord schrijft en niet merkt, dat de klas al leeg is. Vijf minuten geleden is immers de bel gegaan. 

Afgelopen weken besteedden de kranten opmerkelijk veel aandacht aan kerkelijk nieuws  Dat moest dus wel negatief nieuws zijn. De Rooms-katholieke Kerk weerspiegelt de samenleving. Er zijn progressieve mensen, die geloven in een geleidelijke evolutie van de kerk en conservatieve mensen, die geloven, dat de kerk alles bij het oude moet houden en die nogal dogmatisch zijn ingesteld. De grote groep zal het allemaal een zorg wezen. Intussen proberen de paus en de andere bisschoppen de kudde bijeen te houden. Dat valt niet mee, want een schaap wil graag naar dat aantrekkelijke groene hapje iets verderop. En andere schapen willen maar het liefst weer snel naar de veilige schaapskooi, waar ze veel voer verwachten. 

Binnen de leiding van de Rooms-katholieke Kerk hebben conservatieven veel invloed. Zij hebben ervoor gezorgd, dat er vooral conservatieve bisschoppen zijn benoemd. Zo staat een mogelijke oppositie buiten spel en dat ondergraaft uiteraard stevig het dogma van de onfeilbaarheid van de paus samen met de bisschoppen inzake geloofszaken. Tijdens het Tweede Vaticaanse Concilie kregen een aantal conservatieve bisschoppen niet hun zin en zij vormden een aparte groep onder leiding van bisschop Levebvre. Die heeft toen vier priesters tot bisschop gewijd. Na de benoeming van Paus Benedictus XVI zocht deze groep, de Pius X broederschap, weer toenadering. Hun generaal-overste had meerdere gesprekken met de paus en dat liep uit op het besluit de excommunicatie van deze bisschoppen op te heffen. ’s Morgens was het besluit ondertekend en ’s avonds zond de Zweedse TV een interview met een van de vier, bisschop Williamson uit, waarin hij de Holocaust ontkende. De broederschap is fel tegen de toenadering tussen de katholieke kerk en het jodendom. Dat zorgde voor wereldwijde verontwaardiging. De paus had vanzelfsprekend moeten weten, dat de broederschap antisemitische ideeën heeft, maar de verantwoordelijke mensen uit de Curie hadden de paus moeten waarschuwen. Die verantwoordelijke curieleden moeten maar missionaris in Congo of Alaska worden. De bezem moet door de Curie, het kerkelijk ambtenarenapparaat  En de broederschap Pius X zal, ook volgens de kerkleiding echt alle besluiten van her tweede Vaticaanse Concilie moeten onderschrijven. Zo zou alle opschudding ervoor kunnen zorgen, dat de conservatieven in de Rooms-katholieke Kerk hun toon matigen. Of het zal gebeuren? Soms gebeuren wonderen, zelfs in de kerk. 

Aan het overgrote deel van de katholieken gaan dit soort rellen voorbij. Maar gelukkig ook. Zij gaan gewoon door met hun vrijwilligerswerk in hun parochie. Zij zijn er voor hun gemeenschap en voor de wereld en volgen het voorbeeld na van Jezus van Nazareth. Zij moeten zich niet laten ontmoedigen door allerlei negatieve berichtgeving. Ze kunnen een positieve kracht zijn in de samenleving als ze opkomen voor de hulpbehoevenden, de zieken, de eenzamen,  de uitkeringsgerechtigden en de werklozen, het milieu en de vrede, de verslaafden, de gevangenen en vervolgden en de asielzoekers. Alleen, je moet niet verwachten, dat je daarmee in de krant komt. Gelukkig maar.

Ingewikkeld Europa

vrijdag, januari 30th, 2009

Europa, voer voor specialisten 

Afgelopen week was ik te gast bij een groepje dames. Zij vormen een studieclub van de YWCA, een wereldorganisatie van christelijke vrouwen. Zij hadden zich voorgenomen het boek “Paleis Europa” met elkaar te bespreken. Het geeft een zestal deskundige inleidingen over Europese geschiedenis, Europese identiteit en over de begrenzing van Europa. Het zijn pittige stukken en de dames realiseerden zich dat ze over weinig voorkennis beschikten. Ze kenden mij en zo mocht ik bij hen iets over de Europese Unie komen vertellen. 

Aan de hand van een twaalftal voorbeelden liet ik zien, dat wij Europeanen meerdere fasen in onze geschiedenis gezamenlijk beleefd hebben, niet altijd tegelijk en steeds ook met regionale verschillen. Zo behoorde in de eerste eeuwen van onze jaartelling een groot deel van Europa tot het Romeinse Rijk. Sommige Nederlandse woorden als zolder en kelder zijn van Romeinse oorsprong. Ons recht gaat in zekere mate terug op het Romeinse recht. En een van de inleiders van Paleis Europa beweert, dat ten Zuiden van de grens van het Romeinse Rijk (de Limes) de Reformatie nooit echt voet aan de grond heeft gekregen. Zo noemde ik ook de kerstening, de Verlichting en de twee wereldoorlogen Je ziet bij de economische bestaanswijze eenzelfde evolutie, al zijn er volken, die pas zeer recent het Stenen Tijdperk verlaten hebben. 

Voor een goede discussie is het belangrijk alle termen eenzelfde betekenis te geven. Dus kregen ze alles op papier een lijstje definities. Een reeks jaartallen liet beknopt de geschiedenis van de Europese Unie zien en een fors schema de structuur van het bestuur van de Unie. Het aardige van het schema is, dat de burgers in de top staan en zo hoort het in een democratie. Deze structuur toetste ik aan een aantal politicologische principes: democratie, scheiding van machten, evenwicht, transparantie, doelmatigheid en legitimiteit. 

De aard van het integratieproces zie ik als een proces van schaalvergroting op velerlei terrein. Het duidelijkst is dat bij de economie. Al voor de Tweede Wereldoorlog ontstonden er bedrijven, die in meerdere staten actief waren. Unilever, Shell en Philips zijn voorbeelden van zulke multinationals. Maar ook bij de wetenschap, het verkeer, het toerisme, de arbeidsmarkt, de criminaliteit en het terrorisme zie je, dat zij zich op Europese schaal afspelen. Wil dat alles goed verlopen, dan moet je regelend optreden en dat is nu precies de reden waarom wij de Europese Unie hebben. En natuurlijk komen er nu initiatieven vanuit Brussel, maar in principe is de integratie een proces van onderop. Het probleem is alleen, dat de meeste mensen zich daarvan nauwelijks of niet bewust zijn. 

Zo kun je in een paar uur heel wat vertellen en tegelijk wordt duidelijk, dat er over Europa ontzettend veel te weten valt. Dat merkte ik, toen ik deze week de amendementen van de Europawerkgroep bekeek en de commentaren, die er vanuit de programmacommissie en het Partijbestuur van GroenLinks waren gekomen. Europa wordt steeds meer een onderwerp voor specialisten. Dat is inherent aan een moderne samenleving. Er wordt niet voor niets geklaagd over de vele regeltjes. Dat zie je bij het bedrijfsleven of bij de zorg of bij de ruimtelijke ordening. Maar het maakt het wel moeilijk om mensen nog te interesseren voor de politiek en vooral voor de Europese politiek. Het gaat de mensen boven de pet. En daarom was het zo belangrijk dat groepje dames een beetje wegwijs te maken in Europa. Gebeurde dat maar meer. Waren er maar meer mensen zo nieuwsgierig, dat zij zich afvroegen hoe Europa in elkaar steekt. En waren er maar meer mensen in staat daarover een begrijpelijke inleiding te houden.

De kernwapens de wereld uit

vrijdag, januari 23rd, 2009

Klacht tegen de Hoge Raad der Nederlanden 

Op maandag 16 februari 2009 worden voor de Rechtbank te Den Haag de pleidooien gehouden in de unieke rechtszaak van ruim 2000 eisers tegen de Hoge Raad der Nederlanden. De Hoge Raad heeft de uitspraak gedaan dat zelfs een eerste gebruik van strategische kernwapens tegen steden mogelijk rechtmatig zou zijn. In dit proces wordt deze uitspraak van de Hoge Raad als strijdig met het internationaal recht, dus als misdadig aan de kaak gesteld. Het is een publieke zitting, dus u, lezer bent daar in het Paleis van Justitie aan het Prins Clausplein 60 dichtbij Den Haag Centraal welkom. 

Begin jaren tachtig ontstond er in West-Europa een krachtig verzet tegen de plaatsing van kruisraketten met kernwapens. Men vreesde een nieuwe wapenwedloop. De Sovjet Unie voelde zich zeer bedreigd en wilde soortgelijke wapens gaan plaatsen, de SS20-raketten. In Amsterdam en Den Haag werden massale demonstraties gehouden, waaraan honderdduizenden meededen. Uiteindelijk werden de kruisraketten met atoomkoppen niet geplaatst. Erna begonnen de onderhandelingen om het aantal kernwapens te beperken en de proeven met kernwapens stop te zetten. 

In die tijd besloot een groep mensen om het gebruik of het dreigen met het gebruik te toetsen aan het recht. Eerst werden de processen in Nederland gevoerd. Elke keer ging men in hoger beroep. En elke keer verklaarden de rechters zich onbevoegd of weigerden kernwapens te verbieden. Maar de procesvoerders hielden vol, nu al decennia lang. Want zeggen ze, het humanitair oorlogsrecht verbiedt het gebruik van massavernietigingswapens tegen ongewapende burgers en Nederland heeft de internationale verdragen met deze verboden ondertekend. Nederland moet zich houden aan dat internationale recht. Neen zeiden de rechters. Het gebruik van kernwapens is een beslissing, die door de NAVO wordt genomen. De NAVO is een betrouwbare organisatie van democratische staten, die zeker niet in strijd met het recht zal handelen. En zo hadden ze een inhoudelijk oordeel opnieuw vermeden. 

Toen begon het Tribunaal voor de Vrede een proces bij het Internationaal Gerechtshof in Den Haag en dat kwam met de uitspraak, dat het gebruik van kernwapens tegen grote steden met een burgerbevolking in strijd was met het internationale humanitaire oorlogsrecht. Slechts in zeer bijzondere omstandigheden zou het gebruik wellicht toegestaan zijn. Met deze uitspraak kwam men terug bij de Nederlandse rechters. Zo heeft de Hoge Raad nu uitgesproken, dat zelfs een eventueel eerste gebruik van zware strategische kernwapens rechtstreeks tegen steden, en daarmee rechtstreeks tegen de burgerbevolking als potentieel geoorloofd zou moeten worden beschouwd. Zo’n aanval zou honderdduizenden, zelfs miljoenen doden tot gevolg kunnen hebben. Tegen deze uitspraak richt zich het nieuwe proces. 

Al die jaren heb ik elke keer weer financieel bijgedragen en elke keer weer aangegeven, dat ik medeprocesvoerder wilde zijn. Als je ziet hoe veel verontwaardiging de ruim dertienhonderd doden in Gaza wekken en met hoeveel afschuw men spreekt over de slachtoffers van de genocide in Ruanda of over het vermoorden van honderden mannen uit Srebenica dan moet men wel beseffen, dat die keurige ministers in Den Haag het doden van honderdduizenden als geoorloofd beschouwen. Dat is nog eens “beschaving” 

Dus maandag, 16 februari 2009 om 10.00 uur in het Paleis van Justitie, Prins Clausplein 60, vijf minuten lopen van Den Haag Centraal.

Vijf kandidaat-lijsttrekkers zijn het zelden oneens

zaterdag, januari 17th, 2009

Lijstrekkersdebat in Houten 

 Als je de verschillen wilt ontdekken tussen de vijf kandidaat-lijsttrekkers moet je stellingen bedenken over onderwerpen, waarover GroenLinks nog geen standpunt heeft. Dan moeten de kandidaten met een eigen verhaal komen in plaats van de bekende standpunten naar voren te brengen. Nu kon je constateren, dat ze alle vijf een behoorlijke kennis van zaken hebben en dat er in hun standpunten nauwelijks verschillen zijn te ontdekken. Dus gaan factoren als inzet, bevlogenheid, overtuigingskracht, leiderschapskwaliteiten een rol spelen. Die zijn ook belangrijk, maar ik wil ook kunnen achterhalen door welke persoonlijke waarden een kandidaat zich laat leiden. Ze moeten het achterste van hun tong laten zien. 

Verplichten is in de EU effectiever dan verleiden. Zo luidde de eerste stelling. Door de alliteratie klinkt de stelling leuk, maar wat bedoel je met verleiden? Is subsidie geven een vorm van verleiden, zoals Niels opmerkte? Of gaat het meer om overtuigen? Je kunt andere landen immers niet verplichten ons homohuwelijk te erkennen. Daarin voorzien de verdragen niet. Vaak is verplichten nodig. Zelf had ik willen zeggen, dat je zo een sociaal dilemma doorbreekt. Waarom zou ik mijn milieugedrag wijzigen als anderen doorgaan met vervuilen? Als velen overtuigd zijn van de noodzaak, worden milieuwetten ook gemakkelijker aanvaard. Het omgekeerde is ook waar. Denk aan het rookverbod in de horeca. 

Subsidiëren van biologische landbouw is een betere methode dan het verhogen van BTW op vlees en zuivel. Bas kreeg hier de kans zijn kennis en inzicht tonen. Biologische landbouw is een startende activiteit. In zo’n geval is subsidiëren verstandig. Maar de huidige vorm van veehouderij veroorzaakt zoveel milieuschade, die niet in rekening wordt gebracht, dat een hoog BTW-tarief terecht is. Als de boeren maar een eerlijke prijs krijgen, hoorde ik Niels zeggen en dat sprak mij aan. Als de EU de BTW-tarieven harmoniseert kan zo’n hoog tarief ook in elke lidstaat gelden, aldus Tineke en Alexander. 

Meer arbeidsmigratie is een effectieve aanpak van de vergrijzing. Mij valt op, dat niet alleen de vergrijzing maar ook de ontgroening als probleem kunnen worden gezien. Judith wil die mensen tijdelijk laten komen, want de herkomstlanden moeten van hun ervaringen hier kunnen profiteren, zodat de economische situatie daar verbetert. Daarnaast signaleerde zij de angst voor de komst van veel Afrikanen. En de dubbelheid bij veel mensen, want ze profiteren wel van Filippijnse kindermeisjes, die hier vaak illegaal verblijven. Bas vindt, dat je deze zaken niet moet koppelen. Zo erg is die vergrijzing niet. Alexander vindt, dat elk land een eigen beleid moet ontwikkelen, want de situatie is niet overal hetzelfde. Inderdaad, dacht ik. Niels vindt, dat arbeidsmigranten na een bepaalde tijd recht krijgen op gezinshereniging. Dat vind ik ook wel, dacht ik, maar dan is het geen arbeidsmigratie meer, maar gewoon immigratie. Ik miste twee dingen. Ten eerste schept de verdubbeling van het percentage hulpbehoevende ouderen specifieke tekorten op de arbeidsmarkt en die kun je veel moeilijker oplossen met arbeidsmigratie. Ten tweede droogt de stroom arbeidsmigranten uit andere lidstaten op als daar de welvaart toeneemt. Dat zag je in de zestiger jaren bij de
Spanjaarden, Italianen en Grieken en nu bij de Polen.
 

Er moet een Europese interventiemacht naar Palestina/Israël. Niels verbleef kort geleden enige tijd in een Palestijns vluchtelingenkamp en zag met eigen ogen de voortdurende schending van de mensenrechten, het Israëlisch recht en het oorlogsrecht. Van hem mag die interventiemacht. Toch wat jeugdige overmoed, denk ik, want Israël zal daar nooit mee instemmen. Tineke heeft als waarneemster gezien, dat Hamas door eerlijke verkiezingen een meerderheid heeft verworven en meent dat het isoleren van Hamas fout is. Zonder Hamas is geen oplossing mogelijk. En Judith hoewel pacifistisch en antimilitaristisch van huis uit wil best een VN-interventiemacht. En dat terwijl ze als voornaam de naam van een bijbelse Joodse heldin draagt. Maar Bas komt met een heel verstandige opmerking. Als de EU de rol van mediator wil spelen, dan moet ze nu geen partij kiezen. 

Het Europees Parlement is het machtigste parlement ter wereld met de meeste politici. Europarlementariërs moeten elk kans aangrijpen op een tv-optreden in Nederland aangrijpen en het draagvlak van het EU-beleid  vergroten. Over het belang van veel meer publiciteit was iedereen het snel eens. De Eerste en Tweede Kamer zouden veel meer aandacht aan Europa moeten besteden en de ministers meer op hun huid moeten zitten, want de Raad trekt zich vaak weinig aan van het Europees Parlement.  

Na de pauze viel het wat tegen. Sloeg de vermoeidheid toe? Er bleek wel enige oppositie uit de zaal over het programmapunt, dat Europese subsidies niet naar welvarende landen moeten. In het Krommerijngebied zijn in het kader van het Europese Leader+project een aantal leuke projecten ondersteund. Mensen zien zo, dat je iets hebt aan de EU. Nu werd niet duidelijk of Leader+ een vorm van revitalisering van het platteland is of een onderdeel van de structuurgelden. Dat zoeken we op, hadden de kandidaten moeten zeggen! 

Weet ik nu beter wie mijn gedroomde kandidaat lijsttrekker is? Eigenlijk niet door deze avond. Twee mensen springen er voor mij het duidelijkst uit: Tineke Strik door haar wijsheid en vriendelijkheid. Ze is erg contactgevoelig, weet mensen te binden en is van alle markten thuis. Bas Eickhout is de jonge hond, die onmiddellijk op het goede spoor zit. Hij beschikt over zeer veel kennis en inzicht op zeer veel terreinen. Hij is heel vriendelijk, maar ik mis nog wat menselijke warmte bij hem. Zo iets komt met de jaren en misschien is dat het verschil tussen mannen en vrouwen? Of hoor je dat niet te zeggen? Er zijn immers ook heel veel warme mannen en kille vrouwen bestaan ook. Wat is kiezen toch moeilijk. Maar intussen is mijn stembiljet al op de post gedaan en op weg naar Lelystad. Wat spannend allemaal.

Reactie op Forumartikel in de Volkskrant

zaterdag, januari 10th, 2009

Het Europees Parlement heeft steeds meer macht gekregen 

De Redactie van de Forumpagina van de Volkskrant heeft de uitnodiging aangenomen, die ik in mijn reactie op “Europese integratie lukt alleen als ze van de burgers zelf komt” als volgt formuleerde: “Europese integratie is een veelzijdig proces, dat er nu eenmaal is. Europese leiders doen wat van het verwacht mag worden, namelijk regelend optreden waar dat nodig is. Daarbij moeten onze volksvertegenwoordigers in het Europees Parlement en in de nationale parlementen wel meer macht krijgen om dat alles te controleren. Ook daarin voorzag het Grondwettelijk Verdrag en voorziet nu het Verdrag van Lissabon. Of het voldoende is? Daarover zou het debat moeten gaan.” (Zie mijn weblog onder de rubriek Europa) Twee Clingendaelmedewerkers, Adriaan Schout en Jeroen van Dijken schrijven vandaag, 10 januari 2009 een stuk “EU kan goed zonder Europees Parlement”. 

Eerst gaan ze in op de te verwachten lage opkomst en suggereren, dat die wel eens terecht zou kunnen zijn. Jarenlang was er alle reden om niet op te komen, want het EP had zeer weinig macht. Het hield zich bezig met het opstellen van rapporten en adviezen. In mijn aardrijkskundelessen sprak ik van een praatparlement. Intussen heeft het EP over veel meer onderwerpen veel grotere zeggenschap gekregen. Het Lissabonverdrag vergroot de macht van het EP. Dat is wellicht velen ontgaan. Evenmin komt de fractievorming en de Europese partijvorming aan de orde. Die vijfentwintig Nederlanders op de 785 maken dan misschien niet veel uit, door hun inbreng in de fracties of hun functies als rapporteur of commissievoorzitter kunnen zij toch veel invloed uitoefenen. Sommigen achten de invloed van het neoliberalisme in de EU zo groot, dat zij als een vorm van protest niet opkomen bij de verkiezingen. Vervolgens zit de SP afgevaardigde daar in zijn eentje. 

Een wet krijgt niet alleen legitimiteit door de goedkeuring door het parlement, maar ook door brede steun vanuit de samenleving, door positieve adviezen van de Raad van State en een prima rapport van de Rekenkamer. Dat is in de EU niet anders. Deze passage, de tweede t/m vierde alinea zijn zeer informatief. 

De uiteindelijke besluitvorming vindt toch plaats in de Raad en in het Europees Parlement. Een oud probleem is, dat er vrijwel altijd sprake is van een compromis. Elke minister heeft wat moeten toegeven, maar legt in zijn nationaal parlement de nadruk op het feit, dat hij zijn collega’s op een aantal punten heeft weten te overtuigen. Zo staat het nationaal parlement vaak buitenspel en dat wordt nog sterker als de Raad straks bij veel onderwerpen bij meerderheid gaat beslissen. 

De oplossing wordt nu gezocht in de subsidiariteittoets. Een aantal parlementen kan besluiten, dat een onderwerp beter op nationaal niveau geregeld kan worden omdat het nauwelijks of niet grensoverschrijdend is bijvoorbeeld of omdat de juridische verschillen tussen de lidstaten te groot zijn. Maar eigenlijk is deze subsidiariteittoets niet voldoende. Een onderwerp kan weliswaar beter op EU niveau geregeld worden, maar dan nog moet een nationaal parlement nagaan of de nationale belangen daarbij niet te veel geschaad worden. Daarop moet vanzelfsprekend ook de minister letten. Het EP moet allereerst het belang van de EU als geheel in het oog houden. Daarbij is het te vaak verwaarlozen van een regionaal of nationaal belang niet in het belang van de EU omdat het dan gaat ontbreken aan legitimiteit. De structuur van de EU moet zorgen voor een evenwicht tussen nationale of regionale belangen enerzijds en het belang van de gemeenschap als geheel anderzijds. Daarbij is het EP onmisbaar. 

De beide auteurs worden uitgenodigd een niet Frans EP lid te noemen, dat vóór de dwaze maandelijkse verhuizing naar Straatsburg is. Dat symbool van de Frans-Duitse verzoening kan nu toch echt wel verdwijnen. Maar ja, die Fransen! 

De beide auteurs denken, dat de nationale parlementen in staat zijn de rol van het EP over te nemen. Dat geloof ik niet. Ten eerste zijn de 27 nationale parlementen er niet voor toegerust. Elke fractie zou moeten worden uitgebreid met tientallen Europese medewerkers. Waar haal je anders de deskundigheid vandaan? Nu heeft elke EP-fractie medewerkers voor de verschillende beleidsterreinen. Een tweede reden is, dat leden van het nationaal parlement worden gekozen via nationale partijen met een nationaal programma. Daarin zit misschien een hoofdstuk over Europa. Het principe van de subsidiariteit leert, dat je nationale zaken moet regelen op nationaal niveau en Europese zaken op Europees niveau. Eigenlijk is het bestaan van de Raad strijdig met dit principe. Persoonlijk ben ik van mening, dat de Raad op den duur vervangen moet worden door een Europese Senaat, waarin de regionale belangen verdedigd worden. 

Zo wordt de noodzaak van Europese politieke programma’s opgesteld door Europese politieke partijen duidelijk. Ik ben er trots op lid te zijn van een politieke partij, waarin die partijvorming en de ontwikkeling van een gemeenschappelijk Europees politiek programma snel vordert. Voor ons is Europa een levende realiteit. We leven in de toekomst. 

Virtueel lijsttrekkersdebat

zaterdag, januari 3rd, 2009

De antwoorden van Judith en Bas 

Een week geleden daagde ik Tineke, Judith en Bas uit op Planeetgroenlinks een lijsttrekkersdebat te beginnen. Van Tineke kwam (nog) geen antwoord.

Toen de gemeenschappelijke markt tot stand kwam betekende dat een veel groter afzetgebied, maar ook veel meer concurrentie. Gebieden met gunstige productie-omstandigheden zouden er bij kunnen winnen, maar andere gebieden zouden er op achteruit kunnen gaan. Voor die regionale problematiek heb ik altijd veel aandacht gehad. Zo kwam ik tot de volgende vragen aan de kandidaatlijsttrekkers: 

1. Zijn zij het mij eens, dat het ontwerpprogramma te weinig aandacht schenkt aan deze economisch zwakke gebieden? Hoe zien zij de toekomst voor deze gebieden? Wat kan de EU doen om de economie van deze gebieden te versterken? 

In heel Europa is sprake van vergrijzing, niet overal even sterk. Dat geeft gemakkelijk specifieke tekorten op de arbeidsmarkt. Als in Nederland het percentage hulpbehoevende senioren de komende tientallen jaren gaat verdubbelen, betekent het ook een sterke stijging van de vraag naar artsen, verpleegkundigen en verzorgenden. Waar haal je die vandaan? Is immigratie een oplossing? Vandaar de volgende vraag: 

2. Wordt het geen tijd, dat GroenLinks een beleid ontwikkelt ter oplossing van de te verwachte problemen. Juist de zwakke sectoren krijgen immers te maken met moeilijk vervulbare vacatures. 

De antwoorden van Bas Eickhout 

Als medeauteur van het verkiezingsprogramma geef ik natuurlijk graag antwoord op je vraag. Leuk, om ook zo via de blogs te 'discussiëren'. Overigens gaat er binnenkort ook nog een mogelijkheid komen om met de kandidaten te chatten.

Of het conceptverkiezingsprogramma te weinig aandacht besteedt aan de economisch zwakke gebieden in de EU, is een kwestie van smaak. Ik vind van niet.
In het hoofdstuk over Migratie hebben we er bewust voor gekozen om de wensen van 'de migrant' centraal te zetten: een belangrijke waarde van onze EU is vrijheid van verkeer voor de mensen. Dat betekent dat mensen zich volledig vrij moeten kunnen bewegen binnen de EU (het andere deel van het hoofdstuk gaat over migratie naar de EU).
Dat betekent ook dat in het hoofdstuk over migratie, inderdaad, de problemen van de regio minder nadruk krijgen.
Maar juist in het hoofdstuk erna ('Niemand aan de zijlijn') zetten we meer de sociaal-economische verhoudingen binnen de EU centraal. Een zeer belangrijke keuze daarin is dat we stellen dat het EU-structuurfonds (eenvoudig 'Europese ontwikkelingssteun' genoemd) alleen naar de 'echt' arme regio's van de EU moet gaan (en dus niet meer naar bijv. Flevoland). Oftewel: stoppen met rondpompen van EU-geld. Deze keuze zal een forse impuls zijn voor veel EU-regio's in Centraal-Europa.
Overigens kiezen we in het Landbouw-hoofdstuk (numero 5) ook nog voor een duidelijke verschuiving van de landbouwsteun naar meer regionale landschapssteun. Binnen de EU zijn beide budgetlijnen (landbouw en structuurfonds) ook steeds meer naar elkaar toe aan het schuiven. Al met al is dat toch zeker een forse verschuiving naar die regio's, waar je het over hebt, John.

Tot slot, je oproep om meer beleid te ontwikkelen voor toekomstige problemen rondom de vergrijzing, kan ik alleen maar ondersteunen. Maar dit vraagt natuurlijk ook meer dan alleen Europees beleid; Europa gaat hier slechts ten dele over. En GroenLinks heeft juist erg veel aandacht besteed aan het vergroten van de participatie van iedereen; niet uit verplichting dat iedereen moet werken, maar uit de noodzakelijkheid dat iedereen die wil ook kan werken.

Hier valt natuurlijk nog veel meer over te zeggen, maar voor nu laat ik het hier even bij. Aan Judith en Tineke om ook hierop te reageren. Overigens zijn Alexander en Niels ook kandidaten voor het lijsttrekkerschap, dus je uitnodiging geldt natuurlijk ook voor hen!

Groet, Bas

  

Bulgaarse nagelstudio's in Amsterdam: over vergrijzing, migratie en de Europese economie

Door Judith Sargentini

De Nederlandse economie heeft baat gehad bij de goedkope arbeidskrachten uit Polen. Toen de tewerkstellingsvergunning voor hen werd afgeschaft zagen we een toeloop van Poolse werknemers, maar nu de economie in eigen land aantrekt , vertrekken zij weer. We zijn niet onder de voet gelopen door Polen. En dat wisten we ook eigenlijk wel. Mensen zijn honkvast. De pushfactor om ergens te vertrekken is altijd sterker dan de pullfactor om je ergens te vestigen.

De werkloosheid in Bulgarije en Roemenië is schrikbarend. Cijfers van het Amsterdamse Bureau voor Onderzoek en Statistiek tonen aan dat er relatief veel vrouwen uit Bulgarije en Roemenië bij de Kamer van Koophandel staan ingeschreven als zelfstandig ondernemer  in de persoonlijke dienstverlening. Dat kunnen nagelstudio's zijn, maar evenzogoed sekswerkers.  Dat dat laatste beroep is vrijwel niemands ultieme keuze.  De armoede in Bulgarije en Roemenië is de pushfactor. Hun economie zal niet zo snel aantrekken als die in Polen, maar juist arbeidsmigranten kunnen daar bij helpen. Migranten sturen geld naar huis, of dat huis nu in Oost-Europa staat of in West-Afrika. Noord-Marokko bestaat zelfs van het geld dat 'gastarbeiders'  naar hun geboortegrond sturen.

John Jorna stelde in zijn weblog – waarin hij GroenLinkse kandidaten voor het Europees Parlement vroeg te reageren – dat migratie nooit de definitieve oplossing is. Ik weet niet voor welk probleem John een definitieve oplossing zoekt. Zoekt hij naar de manier om economisch achtergebleven gebieden in Europa op te krikken? Wil hij de vergrijzing tegengaan? Of wil hij mensen behoeden voor migratie?

GroenLinks heeft een integraal antwoord op armoede in Europa en de wereld en de daar mee samenhangende migratie. In het kort is dat de herverdeling van de rijkdom in de wereld of 'de sterkste schouders dragen de zwaarste lasten'  en de lange versie staat in het verkiezingsprogramma. In mijn opinie is Nederland met recht een nettobetaler in de Europese Unie, hoort handel echt eerlijk te zijn, moeten we vooral meer aan geboortebeperking doen en is migratie is een recht van vrije burgers.

Ja, er zijn gebieden in Europa die vergrijzen en ja dat ligt aan de economische kansen daar – niet voor niets trekken Noorse dorpen aan blakende Nederlandse gezinnen om zich aan hun fjorden te vestigen – maar ondertussen is de wereld overbevolkt. Jeffrey Sachs wist het bij Wintergasten weer eloquent uit te leggen: als we kindersterfte tegen gaan, kunnen we geboortebeperking realiseren. Kinderen zijn de verzekering van het gezin. Als de kans groot is dat ze voor hun vijfde zullen sterven nemen ouders er meer.

Europa vergrijst. Dat bedreigt onze economische groei. De Afrikaanse bevolking is piepjong en arm. Een en een is twee. Logisch zou zijn als Europa een ruimhartiger toegangsbeleid zou voeren, maar dat stuit nog steeds op weerstand.
De noodzaak om te migreren naar landen met een betere economie kunnen we wellicht wegnemen, als we bereidt zijn tot herverdeling, maar de vrijheid om te migreren houd ik graag in stand.

Judith Sargentini

De reactie van Tineke Strik vindt u als Comment!