AL WEER EEN GESNEUVELDE WETHOUDER
De gemeente Bunnik herbergt nogal wat hoogopgeleide inwoners. Dat krijg je met een universiteit naast de deur op loopafstand. Onze inwoners laten zich niet de kaas van het brood eten. Dat is lastig als je beleid moet ontwikkelen. Dat heeft de provincie gemerkt bij de aanleg van de Limesbaan, de weg tussen de Rondweg van Houten en de A12 bij Bunnik. De weg wordt veel minder gebruikt dan de provincie zei te verwachten. Maar ook het College van B & W heeft er last van. Om de kritiek voor te zijn schakelden ze enkele van de vele deskundige burgers in. Zo’n groep bedacht allerlei methoden om in tijden van Haagse bezuinigingen toch voldoende inkomsten te hebben of minder geld uit te geven.
Een van de oplossingen was het snippergroen. Verkoop stukken gemeentelijk groen aan de burgers, Dat zijn de inkomsten. Op het groenonderhoud kan zo worden bezuinigd. B & W ging energiek aan het werk en daar kreeg je het gedonder. Ouders met kinderen vonden het te verkopen groen speelgroen en dat werd zo hun kinderen ontnomen. Bleek dat idee van de burgers bij andere burgers helemaal verkeerd te vallen. Maar de verantwoordelijke wethouder kreeg het op zijn brood, want die onnozele protesteerders wisten helemaal niet dat het snippergroenbeleid een burgeridee was.
Dezelfde wethouder weet maar al te goed, dat veel Bunnikers naar hun werk in Utrecht fietsen. Ze maken gebruik van een parallelweg, maar halverwege bij de buurtschap Vechten moeten ze oversteken. Ondanks de verkeerslichten gebeuren er vaak ongelukken. Bij Werkhoven en Cothen ligt een tunneltje onder die drukke provinciale weg, dus waarom niet bij Vechten, waar het nog drukker is. Voor de provincie Utrecht is een enkel mensenleven per jaar het geld niet waard. Maar de wethouder kreeg het op zijn brood.
Bunnik ligt net als Vechten, Odijk en Werkhoven aan de Kromme Rijn. Daar vind je ook veel landgoederen en er is veel fruitteelt. Alles bij elkaar geeft dat een bijzonder fraai landschap. Dat willen we natuurlijk graag zo houden, maar tegelijk willen mensen er graag wonen en dus proberen we plekken voor huizen te vinden. Er zijn in het verleden kantoren gebouwd, maar die zijn intussen verouderd en de vraag neemt door het nieuwe werken af. Projectontwikkelaars ruiken hun kans. We slopen de kantoren en bouwen er leuke huizen. Dat is kassa. Blije nieuwe inwoners, blije bouwers, blije aandeelhouders, maar minder blije mensen uit de lagere inkomensgroepen. De wethouder houdt zijn poot stijf: 30% sociale huur, want we hebben ook nog een taak om vluchtelingen te herbergen. Wat vervelend nu voor de geldwolven. Kunnen we die lastige wethouder niet beentje lichten? De oppositie is altijd bereid en beschikt over een hele serie smerige trucjes. Nu maar wachten op een geschikte gelegenheid. En die komt.
De provincie Utrecht krijgt uiteraard vaak te horen, dat ze wat meer aan de lange termijn moeten denken. Onze kleine, maar zeer aantrekkelijke provincie heeft een prima vestigingsklimaat. Zo komt er bij de Universiteit Utrecht een fors Science Park. Dat geeft veel goed betaald werk. Maar waar moeten al die mensen wonen? En hoe komen ze dan bij hun werk? Utrecht is al het verkeersplein van Nederland en nog meer verkeer gaat het vestigingsklimaat toch wat aantasten. Dus denk eens aan Openbaar Vervoer. Nu zitten instellingen voor ruimtelijk onderzoek vaak verlegen om werk. In dit geval wordt Arcadis, de vroegere Heide Mij ingeschakeld. Gaan jullie eens brainstormen over mogelijk nieuwe spoor- of tramlijnen in de buurt van de Uithof. Weten die verkeersplanologen veel. De Uithof is omgeven door de prachtigste landgoederen. Wat je ook doet, je maakt altijd iets moois kapot. Maar er moet geld verdiend worden, dus trekken ze toch maar een paar lijnen. Iemand schrijft erover op zijn Facebookpagina en heel toevallig ziet de o zo actieve wethouder dat. Maakt hij van landschapsbescherming zijn dagelijks werk en gaat de provincie, die anders altijd zo streng is narigheid veroorzaken. Arcadis tekent een spoorlijn van Station Bunnik naar de Uithof dwars door een prachtig gebied van landgoed Rhijnauwen en het grootste waterliniefort, het Fort bij Rhijnauwen. Rijkswaterstaat had daar al eens een weg neer willen leggen naar de A28 bij Zeist. Dat gaf ook al enorme protesten en nu Arcadis weer. En de wethouder weet nergens van. Hij dus op wat volkse wijze zich afvragen hoe de provincie zo iets doms kan bedenken.
“Gevonden” riepen de rechtse partijen. Ze uitten scherpe kritiek op de wethouder wegens zijn ordinaire taalgebruik. Dat zou de relatie met de provincie verstoren. Ze stelden ook vragen aan de wethouder, maar die waren opzettelijk zo geformuleerd, dat een zinnig antwoord onmogelijk was. Een CDA-raadslid schepte erover op in de wandelgangen, maar merkte niet, dat een journalist mee luisterde. Nu is zijn partij opnieuw kampioen smerige politieke spelletjes.
De wethouder kreeg geen steun van de eigen fractie. Het is moeilijk ordinair taalgebruik niet af te keuren. Misschien vonden ze de wethouder wat eigengereid en zagen ze niet, dat er eindelijk weer eens iemand energiek aan de slag ging. We moeten het nog allemaal horen. Het College gaf hem evenmin steun. Ook al geen teken van collegialiteit. Dus restte de wethouder niets anders dan zijn aftreden bekend te maken. En zo zit de raad, het college, de fractie, de partij en de gehele bevolking met de brokken. Geldwolven deinzen nergens voor terug. Ethiek is bij het CDA een vergeten woord.
Ik krijg de indruk, dat raadsleden het College steeds meer als een tegenstander gaan zien. De raad moet weerwerk leveren, moet het college in toom houden. Het is een van de zeer negatieve gevolgen van de invoering van het duale stelsel, waarbij wethouders niet langer deel uitmaken van een fractie en van de raad. De afstemming van beleid tussen fractie en eigen wethouder of tussen de raad en het college lijkt er nauwelijks meer te zijn. Ze zijn zich onvoldoende bewust van het feit, dat er samengewerkt hoort te worden. Ik vind, dat wij als partij mogen verwachten, dat er opening van zaken wordt gegeven en dat in het vervolg onze wethouders en onze fractie weten hoe ze moeten samenwerken.
Jaargang 9, Nr. 438.
NASCHRIFT
De fractie van Perspectief 21 verzekert ons, dat de relatie met de betreffende wethouder steeds uitstekend was, dat er goed werd samengewerkt, maar dat de fractie niet schroomde stevige kritiek op voorstellen te leveren als daar reden voor was.