Archive for the ‘COLUMN VAN DE WEEK’ Category

PvdA en GL in Eerste Kamer samen?

zondag, mei 29th, 2022

KAN IN DE EERSTE KAMER WAT IN DE GEMEENTERAAD KAN?

 

Volgend jaar vieren we in de gemeente Bunnik het vijfentwintigjarig bestaan van Perspectief 21, nu kortweg P21. Leden van GroenLinks en van de Partij van de Arbeid zijn daar automatisch lid van. P21 heeft ook leden, die geen lid zijn van een landelijke partij. Als GroenLinkser of PvdA-er kun je te kennen geven, dat je geen lid van P21 wilt zijn. Dat komt niet veel, zeg maar nooit voor. P21 is een zelfstandige partij met een eigen onafhankelijk bestuur en een eigen APV. Tijdens hun APV kunnen GroenLinks of de PvdA  discussiëren over de vraag of men verder wil met P21. Gezien het succes van P21 is stoppen zeer onwaarschijnlijk.

Hoe is het zo gekomen? In 1994 voerde GroenLinks een zeer succesvolle campagne. Op de ochtend van de verkiezingen werden huis aan huis zakjes Derde Wereldthee bezorgd met op een kaartje een vriendelijk goede morgen van GroenLinks en de vraag niet het stemmen te vergeten en daarbij ook aan GroenLinks te denken. We haalden zeer ruim twee van de vijftien zetels, maar de PvdA kwam ongeveer zes stemmen tekort voor een restzetel naast de ene zetel, die ze wel binnenhaalden.  Dat riep luidkeels om samen te werken. In het najaar van 1997 werd Perspectief 21 officieel opgericht met goedkeuring van de APV van GroenLinks en de APV van de Partij van de Arbeid. In 1998 haalden  we vier zetels, in 2002 werden het vijf zetels in 2006 zes zetels. Het mooiste succes was in 2018 toen we van de inmiddels 17 raadszetels er acht binnen haalden. Vaak waren de successen mede te danken aan actuele kwesties, die de gemoederen stevig bezighielden. Men dacht vooral op P21 te kunnen rekenen. Helaas splitsten drie  wat behoudende fractieleden zich af. In 2022 haalden we ruim zes van de zeventien zetels, maar VVD en D66 waren niet meer samen en haalden beiden drie zetels  Het CDA al jaren in de oppositie kwam op vijf zetels. P21 en D66 vormen de twee collegepartijen. P21 heeft twee wethouders en D66 één, alle drie vrouwen. CDA en VVD vormen de oppositie.

Kunnen de twee partijen het resultaat door samen te werken in de Eerste Kamer ook zo succesvol als uitslag krijgen? Als aparte partij was GroenLinks in Bunnik vanaf 1989 toen Groenlinks werd opgericht tot 1998 toen Perspectief 21 in de raad kwam steeds in de oppositie. Sinds 2002 is Perspectief 21 collegepartij. Dan krijg je veel meer voor elkaar. Je bent ook verantwoordelijk voor besluiten over lastige kwesties, waaraan de mensen zich ergeren. Soms kost je dat stemmen .Steeds gaat het erom de verkiezingen te winnen en zo veel mogelijk punten van jouw programma te realiseren. Er zijn tussen een gemeenteraad en de Eerste Kamer nogal wat verschillen. De vorm met een zelfstandige politieke partij als P21 kan bijvoorbeeld in de Eerste Kamer niet. De leden van de Eerste Kamer worden door de Statenleden van de twaalf provincies gekozen. Dat zijn leden van de PvdA en van GL. Het mooiste zou dan zijn, dat ook de kandidatenlijst voor de Eerste Kamer een gezamenlijke lijst is van PvdA en van GL. Maar hoe stel je die samen en mag dat volgens de Kieswet? Voor die ene kandidatenlijst moet er uiteraard ook één programma zijn. Hoe komt dat ene programma tot stand? Dat ene programma is noodzakelijk wil je echt en eerlijk samenwerken in één fractie. En welk bestuur is verantwoordelijk voor de ene fractie? Of zijn de besturen van PvdA en van GL samen verantwoordelijk voor de ene fractie?

Waarom willen we eigenlijk samen één fractie? Ik hoop, dat we zo aantrekkelijker worden voor de kiezers en samen meer zetels boeken. Zo valt te hopen, dat we meer van ons gezamenlijk programma weten te realiseren en dus nog aantrekkelijker worden voor de kiezers.  We lopen overigens een fors risico. Op zich is het een goed idee, maar als het deerlijk mislukt, dan is de kans op goede samenwerking en op den duur fusie voor jaren verkeken. Al die Eerste Kamerleden dragen straks in hun gezamenlijke fractie een enorme verantwoordelijkheid. Dat risico lopen we, maar we moeten durven. Dat versnipperde links is een schande en slecht voor ons land.

15e Jaargang, Nr. 713

De Krachtverhouding Rusland-Oekraïne

maandag, mei 23rd, 2022

WIE GAAT ER WINNEN?

Toen de Nazi’s de Sowjet Unie binnen vielen en tot dichtbij Moskou oprukten was het voor velen moeilijk te geloven, dat deze strijd een keer zou gaan nemen en de Duitsers zouden worden verslagen. Toch gebeurde dit en de Duitse nederlaag was uiteindelijk vooral te wijten aan hun verliezen aan het Oostfront. Rusland gold sindsdien als onoverwinnelijk. We moesten ons wapenen tegen het communistische gevaar. We lazen verhalen over de vervolging van mensen met een godsdienst. Over de geheime politie en over dwangarbeiderskampen in Siberïe. Er was een enorme angst voor het Warschaupakt. Op economisch gebied werkten de Sowjet Unie en de satelieten samen in de Comecon. Zo stonden in de wereld twee blokken tegenover elkaar. Het communistische blok en het kapitalistische, de communistische dictatuur en het vrije Westen. Velen probeerden die communistische wereld te ontvluchten. Om die vlucht te verhinderen kwam er tussen die twee werelden het IJzeren Gordijn. Daar gingen we met onze kinderen kijken en we zagen de monumenten voor de mensen, die bij hun vlucht op een landmijn waren gelopen of door de Volkspolizei waren neergeschoten.

Aan alles komt een einde. In enkele Warschaupaktlanden kwam meer vrijheid en kon men gemakkelijker naar het vrije Westen reizen. De Russische president Gorbatsjov week af van communistische doctrines. De staatseconomie werd vervangen door particuliere bedrijven en de Berlijnse Muur viel. Oost en West-Duitsland werden verenigd tot de Bondsrepubliek Duitsland. Het IJzeren Gordijn verviel. Eindelijk vrede tussen Oost en West. De onderlinge betrekkingen werden genormaliseerd. Westerse bedrijven investeerden in Rusland. Russische oligarchen investeerden in het Westen. Voetbalclubs Chelsea en Vitesse hebben een Russische eigenaar. Waarom moet je je nog druk maken over dat enge Rusland?

Maar de krachtsverhoudingen waren wel sterk veranderd. Bijna alle Warschaupaktlanden hadden zich op het Westen gericht en waren lid van de NAVO geworden. Sommige Russen voelden zich bedreigd. Ze zien in de NAVO een vijandige agressieve organisatie. Ze vrezen een aanval van de NAVO. Het verlangen van Oekraïne om lid te worden van de NAVO zien zij als een bedreiging. Zo is de situatie van vredelievend samenleven in Europa plotseling weer omgeslagen. Rusland is een “oorlog” begonnen tegen Oekraïne.  Wij zien oude tijden herleven. Er is weer een “Russisch gevaar”. We gaan ons weer bewapenen. We sturen troepen naar landen, die grenzen aan Rusland of Wit-Rusland. Maar we gaan niet daadwerkelijk mee doen in dit conflict. Oekraïne moet het zelf oplossen door te vechten of door onderhandelingen. Het valt op, dat de weerstand van Oekraïne veel groter is, dan wij hadden verwacht, maar ook dan Rusland had verwacht. Het lijkt ook, dat een groot deel van het Russische leger niet zo veel lust heeft in een oorlog. Ik vraag mij af of niet juist de troepen, die al jaren betrokken zijn bij de strijd in de Donbass strijdlustig zijn

Wat maakte het Rode Leger tijdens de Tweede Wereldoorlog zo sterk? De Duitsers vielen het eigen Russische vaderland aan. De Duitsers waren een echte vijand. Hitler verkeek zich op de enorme uitgestrektheid van de Sowjet Unie. Dat maakte het moeilijk de Duitse troepen steeds te bevoorraden. Weliswaar hadden de Duitsers belangrijke industriegebieden veroverd, maar in de Oeral en in Siberïe was nog enorm veel zware industrie. Het belangrijkste verschil tussen toen en nu is echter, dat de Russen toen enorm veel wapensteun uit de USA kregen. Dat maakte de Russen toen zo sterk en dat maakt nu de Oekraïners zo sterk. Ook uit Europa krijgt Oekraïne veel hulp .Wij geven wapens en geld, maar we proberen een escalatie te voorkomen. Als het Russische volk  zich meer gaat verzetten tegen deze oorlog, die zij niet gewild hebben, dan is er hoop voor Oekraïne en de wereld.

Jaargang 15, Nr. 711.

Titus Brandsma heilig

maandag, mei 16th, 2022

EEN QAARSCHUWEND TEKEN

Samen met negen anderen verklaarde Paus Franciscus, dat de ziel van Pater Titus Brandsma bij God in de Hemel vertoeft, want alleen dan is hij in staat, dat er een wonder op zijn voorspraak  gebeurt. Een Amerikaanse medebroeder Karmeliet vroeg om de voorspraak van Titus voor de genezing van huidkanker en zie zonder enige wetenschappelijke verklaring genas hij. Dat was genoeg om het heiligverklaringsproces voort te zetten. Vandaag was het zover. Voor mij was er geen twijfel en voor veel Nederlanders evenmin. Scholen, Parochies en Geloofsgemeenschappen worden door de besturen naar hem genoemd. De mensen zijn er trots op. Maar waarom is het zo belangrijk, dat de hele wereld weet, dat Titus Brandsma heilig is?

Titus Brandsma leefde in een heel andere periode dan nu. Er was nog volop verzuiling. Iedereen behoorde bij een zuil, een deel van de bevolking.  Je had een protestante zuil, een katholieke, een Joodse, een communistische of een socialistische.  Mijn ouders waren Rooms-Katholiek en daarom behoorde ik ook tot de katholieke zuil. Ik ging naar een katholieke school. Na de oorlog naar de Katholieke Verkenners. We lazen een katholieke krant, Mijn vader was lid van de Katholieke Staatspartij en na de oorlog van de Katholieke Volks Partij, later opgegaan in het CDA. De bisschoppen vonden die verzuiling fantastisch: Je hield zo alle zieltjes bij elkaar.  Al die katholieke organisaties hadden een priester als “Geestelijk adviseur”.  Titus Brandsma, hoogleraar en rector magnificus van de Radboud Universiteit schreef ook veel in de katholieke pers en toonde zich een felle tegenstander van het Nationaal-Socialisme. De Nazis wilden in alle kranten reclame maken. De bisschoppen gaven Prof. Brandsma de opdracht alle katholieke kranten te bezoeken en ze te verbieden Nazi-advertenties in hun blad op te nemen. Het bleek voor de Duitse propaganda-machine heel moeilijk om greep te krijgen  op de verzuilde pers in Nederland. Brandsma werd gearresteerd en moest het uiteindelijk met de marteldood bekopen.

Ook nu zijn er weer politieke bewegingen, die greep op de pers trachten te krijgen en ook nu moeten we hun boodschappen maar al te vaak afwijzen. Er is het racisme, de vreemdelingenhaat, de onverschilligheid tegenover armoede of woningnood. Er is de hebzucht van rijke landgenoten en het schandaal rond de uitkeringen

Wat is de belangrijkste taak van journalisten?  Journalisten behoren de waarheid boven tafel te krijgen en die algemeen bekend te maken. Dat is vaak erg moeilijk .Sommige dagbladen hebben gespecialiseerde journalisten in hun team, die zich juist richten op het onthullen van leugens. Minister Hoekstra van Buitenlandse Zaken vertegenwoordigde de Nederlandse regering bij de heiligverklaring en sprak na afloop met journalisten. Zo zei  hij, dat het onderwerp weer zeer actueel is. Ook nu worden door regeringen weer leugens verspreid en hebben journalisten de taak de waarheid boven tafel te krijgen.. Maar ook een Nederlandse politieke partij als Forum voor Democratie heeft er een handje van de meest gevaarlijke  nonsens te verkondigen. Tijdens een journaal gebeurt het herhaaldelijk. Een bericht van de Russische regering wordt voorgelezen en onmiddellijk daarna de ontkenning door bijvoorbeeld een Oekraïense generaal, die het kan weten. In ons land zijn steeds meer mensen, die dat in de gaten hebben, maar ook die zich laten beetnemen door hun eigen regering.

Een groep Rooms-Katholieke Nederlandse journalisten heeft de paus verzocht De Heilige Titus Brandsma te benoemen tot patroon van de journalistiek. In Nederland is zijn heiligverklaring bij journalisten wel bekend, maar in veel landen alleen bij enkele specialisten. Een benoeming door de paus zou het onderwerp wereldwijd actueel maken. Het gezegde “De krant brengt de leugens in het land.” moet de wereld uit.

15e Jaargang, Nr. 711.

The Passion

maandag, april 18th, 2022

ONTROEREND

 

The Passion is een bewerking van de laatste levensdagen van Jezus van Nazareth, zijn lijden en sterven. De rollen van Jezus, Maria, Petrus, Pilatus, Judas Iskariot, Maria Magdalena en anderen worden gespeeld door acteurs of actrices, zangers of zangeressen. Zij zingen liederen uit hun repertoire, die meestal niet echt met het lijden van Jezus te maken hebben. Het verhaal wordt verteld door een verteller, Ruud de Wild. Er is ook een verslaggeefster, die gesprekjes heeft met publiek of ontvangen reacties meldt.

Deze aflevering was bijzonder omdat de rol van Maria, de moeder van Jezus veel nadruk kreeg. Noortje Herlaar als Maria trad vaak op en zij wist in haar rol het intense verdriet van een moeder, die haar kind ziet lijden met veel realiteit te brengen. Zo droeg zij vooral bij aan het ontroerend karakter van deze Passion.  In de live uitvoering wordt een groot wit verlicht kruis mee gedragen naar de plek van het sterven van Jezus, Golgotha. Daar bleef het kruis stil liggen. En daar zong Noortje haar slotlied. Het ontroerde mij zeer.

Jezus bij de Romeinse landvoogd Pilatus was bewerkt tot een beoordeling van de situatie door een gespreksgroep onder leiding van Jeroen Pauw. Die moest dus de objectieve gespreksleider spelen, terwijl hij bij zijn eerdere  optredens als gespreksleider vaak blijk gaf van een zekere aversie tegenover religieuze zaken. Het optreden van Pilatus kreeg zo een veel realistischer karakter. Het gebeuren van ongeveer 2000 jaar geleden zou ook nu kunnen geschieden. En hoe sta jij er zelf dan vandaag tegenover?

Deze twaalfde editie van The Passion vond plaats in de Gelderse stad Doetinchem en trok ruim 2, 2 miljoen kijkers. Dat is zeker geen record. Dat staat op de editie van 2015 in Enschede met 3,5 miljoen kijkers. Er liep ook geen publiek mee. Dat kon niet meer georganiseerd worden op zo’n korte termijn nu er geen coronamaatregelen meer gelden. De verslaggeefster kon dus ook geen reacties van het publiek vragen. Maar desondanks was dit een boeiende en ontroerende aflevering. Je kwam niet op de gedachte dat het allemaal maar erg aanstellerig gedoe was en niet erg passend als een verhaal van Jezus lijden. Goed werk van KRO-NCRV.

15e Jaargang, Nr.708.

Communisten en Nazi’s

zondag, april 10th, 2022

SCHELDEN OP OEKRAÏNERS

Waarom roept Poetin steeds over Nazi’s als hij het over Oekraïners heeft? Om dat te begrijpen moet je terug in de geschiedenis. Het Rusland uit de tijd van de Tsaren kende een enorme ongelijkheid. Op de grote landgoederen van de landadel leefden zelfs nog lijfeigenen, naast vaklieden en huishoudelijk personeel en administratie. In de steden was een elite van bestuur, advocaten, notarissen en intellectuelen in het onderwijs en dan natuurlijk de detailhandel. In de negentiende eeuw begon industrie en mijnbouw op te komen. Er waren veel mensen met een laag inkomen. Het land was rijp voor een revolutie, een opstand tegen de tsaren en de rijken. De dictatuur onder de tsaren werd vervangen door een partijdictatuur. Er was nog steeds geheime politie. Mensen werden nog steeds verbannen naar Siberië.

Het verdwijnen van de adel leidde tot het opkomen van een zelfstandige boerenstand, maar dat strookte in het geheel niet met de communistische idealen. Die wilden geen rijke boeren, die de landarbeiders uitbuiten. De Sovjet-dictator Jozef Stalin kwam met het plan de landbouw te collectiviseren. De boeren moesten het land gezamenlijk bewerken en hun bedrijven collectief besturen onder leiding van een voorzitter. Die collectieve bedrijven heetten kolchosen. Sovchosen waren grote staatsbedrijven, vaak in ontginningsgebieden. Er was hevig verzet onder de boeren. Velen werden terecht gesteld of naar Siberië verbannen. Dat was het werk van de geheime politie. Daar werkte Poetin voordat hij president werd.

Hitler en Stalin sloten een niet-aanvalsverdrag, het Molotov-von Ribbentrop Pakt Ze verdeelden Polen en daarom verklaarden de Geallieerden Nazi-Duitsland de oorlog. Hitler viel de Sowjet Unie toch aan. Vooral in de Oekraïne zagen de mensen hun kans schoon. Samen met de Duitsers gingen velen in dienst van de Duitsers jacht maken op hun moordenaars, de leden van de geheime politie. Zelfs toen de Nazi’s en Duitsland al lang verslagen waren hielden in de wouden van Oekraïne de strijders hun strijd tegen de geheime politie van de Russen nog jaren vol.

Dan is het niet verwonderlijk, dat een lid van die geheime politie, nu president van Rusland het over Nazi’s heeft als hij over Oekraïners spreekt. Niet dat hij gelijk heeft. Het is maar een kleine groep, die nog fel anti-communistisch is en het communisme als economisch systeem, is uit Rusland verdwenen. Bij mij zelf merk ik het en ook bij anderen: anti-Russische gevoelens en wantrouwen tegen de Russen laaien ook in Nederland weer heel gemakkelijk op. Die Poetin is niet te vertrouwen. Ik heb moeite zulke gevoelens jegens de gewone Russen te onderdrukken. Dergelijke complicaties maken het conflict wel weer moeilijk oplosbaar. Zo’n conflict aanjagen is buitengewoon onverstandige politiek van President Poetin.

15e Jaargang, Nr. 707.

Bidden om Vrede

zondag, april 3rd, 2022

OOK VOOR DE AGRESSOR?

Toen ik nog voor de klas stond – inmiddels ruim 27 jaar geleden – kwam het af en toe voor, dat een jongen mij aansprak over  een wereldprobleem en me om raad vroeg.  Ik moest er weer aan denken toen een pastor mij aansprak. Ik heb tijdens de viering gebeden voor de mensen in Oekraïne. Iemand sprak mij na de viering daarop aan. Je had ook voor de Russen moeten bidden. Die lijden ook onder de oorlog. Het was niet zo maar iets. Er werd een serieus antwoord verwacht. Ik vrees, dat ik er niet in geslaagd ben zo snel tot een bevredigend antwoord te komen. Ik heb er nog veel over nagedacht.Het is zo gemakkelijker om systematisch en puntsgewijs het probleem te behandelen.

Kun je het Russische volk verantwoordelijk stellen voor deze aanvalsoorlog?  Het besluit tot de aanval is genomen door President Poetin van Rusland. Hij wil het geen oorlog noemen, maar een militaire operatie. Het is in Rusland zelfs strafbaar de term oorlog in de mond te nemen. Wij in het Westen zien, dat deze militaire operatie alle kenmerken van een oorlog heeft. Demonstranten tegen de oorlog worden zeer snel opgepakt en hen wacht een jarenlange gevangenisstraf. De echte verantwoordelijkheid ligt duidelijk bij President Poetin. Daarbij is het niet erg duidelijk wat zijn motief is om een zo wrede oorlog te beginnen Heeft Oekraïne aanleiding gegeven? In Poetins ogen wel degelijk. In Oekraïne is een sterke neiging om zich te richten op de Europese Unie en ter bescherming tegen de grote buur de Russische Federatie lid te worden van de NAVO. Voor Poetin en zijn landgenoten is dat een grote dreiging. We zouden wel gek zijn om na de nederlagen van Napoleon en Hitler opnieuw Rusland aan te vallen. Intussen zijn Estland, Letland, Litouwen lid van de NAVO en de EU, terwijl ze deel uitmaakten van de Sovjet Unie en zijn Polen, Oost-Duitsland, Tsjechïe, Slowakije, Hongarije, Bulgarije en Roemenïe niet langer aangesloten bij het Warschaupakt, maar ook lid van de NAVO en de EU. De positie van Rusland is na het uiteenvallen van de Sovjetunie aanzienlijk verzwakt en dat zit Poetin uiteraard erg dwars. Aansluiting van Oekraïne bij het Westen is dus onverteerbaar. Kun je de gewone Russen nu verantwoordelijk stellen voor deze oorlog? Er zijn Russen, die deze oorlog afwijzen, maar de massa is niet bestand tegen de propaganda en gelooft alles.  Ze willen een krachtige president en hebben hem met grote meerderheid herkozen.. Als je voor de Russen wilt bidden, dan gaat het veel meer om een fatsoenlijk regime. Hebben de Oekraïners gelijk met hun verlangen tot aansluiting bij het Westen? In de dertiger jaren zuchtten ze onder de Stalinterreur waarmee de collectivisering van de landbouw gepaard ging. Duizenden doden. Verbanning naar de kampen in Oost-Siberïe. Een president afkomstig van de geheime politie vertrouwen ze uiteraard niet. Daarom zijn ze ook zo gemotiveerd om te vechten voor hun vrijheid. Maar de gewone Russen ; hebben zij ook te lijden onder deze oorlog? Hebben ze te lijden onder dit Poetin-Regime?  Ik zou denken van wel. Hun zonen sneuvelen. Zij krijgen de lasten van de sancties te verduren. Minder welvaart. Zij kennen geen echte vrijheid zoals wij die kennen. Er is alle reden om ook voor het Russische volk te bidden.

15e Jaargang, Nr. 706.

Verkiezingsuitslag

zondag, maart 20th, 2022

EEN VOORLOPIG COMMENTAAR

 

We waren op de uitslagenavond en tijdens het wachten op de uitslagen liep ik wat rond en maakte met deze en gene een praatje. Er waren groepjes van de diverse partijen, mensen van het gemeentebestuur zoals de burgemeester, belangstellenden en mensen van de media. We werden ruimschoots van drank en hapjes voorzien. Het was dus best gezellig

Waar iedereen voor kwam was uiteraard de voorlopige uitslag met aantal geldige stemmen per partij en de daarmee verkregen raadszetels. Er was maar één restzetel en die ging naar het CDA. Ik kwam voor lijst 1 van P21. Die P staat voor Perspectief, namelijk op de 21ste eeuw, want we kwamen in 1998 als partij in de Raad. Inmiddels zitten we er dus 24 jaar in en deze partij biedt de gehele 21ste eeuw Perspectief. We wilden eens een ander woord dan bijvoorbeeld progressief, want zelfs de afbraak van het Sociaal Stelsel wordt door de VVD progressief genoemd. Het is een inhoudloos woord geworden. Ik meld het maar even, want deze avond moest ik het weer aan een betrokken iemand uitleggen. P21 behaalde 2923 geldige stemmen ofwel 36,46%. Dat leverde de partij zes zetels op, een winst van één zetel, maar vergeleken met de vorige uitslag van 8 zetels een verlies van 2. Van de 3 die ons ontstolen zijn hebben we er in ieder geval al vast één weer terug.

Het CDA verkreeg 2023 geldige stemmen, 25,6% en daarmee vier zetels plus de restzetel en komt dus met vijf mensen in de Bunnikse Raad. Ik ontmoette drie stevige CDA-mannen en vroeg ze wie van hen wel eens gehoord had van de encycliek Laudate si  van paus Franciscus. Ik merkte opnieuw hoe onbekend die encycliek over het Behoud van de Schepping en de bestrijding van de Armoede in de wereld bij CDA-leden is. Helaas kun je dat bij hun programma en hun politiek handelen ook merken. Wat opviel was dat het CDA het erg goed deed in Werkhoven en vooral bij de uitslagen van de maandag en dinsdag met een oververtegenwoordiging van oudere kiezers.

Lijst 3 van D66 liet dit keer bepaald geen Kaag-effect zien. Met 1494 stemmen of 18,6% eindigden ze als vierde, maar nog wel met drie zetels. Misschien konden de kiezers het niet zo waarderen, dat een R. Hallo op de lijst stond, die P21 in de steek had gelaten. Als Alie Dekker weer wethouder wordt, komt hij alsnog in de raad.

Dan blijven er van de zeventien Bunnikse raadszetels nog drie over voor de VVD me 1547 geldige stemmen , 17,3%. Het blijkt nu, dat D66 en VVD apart het beter doen dan hun gezamenlijk optreden als de Liberalen. Dat is waarschijnlijk ook het Kaag-effect bij D66.

Met deze voorlopige zetelverdeling is coalitievorming waarschijnlijk niet moeilijk. Als D66 en VVD net uit elkaar zijn is een coalitie met die beide partijen niet zo waarschijnlijk. Dus zal er niet gemakkelijk een coalitie komen van CDA, VVD en D66. Maar P21 kan met elke partij tot een meerderheid komen. Als we voor 2030 energiezelfvoorzienend willen zijn moeten er voor 2030 windmolens geplaatst zijn. VVD en CDA willen dat nu nog niet. Zonder windmolens lukt het niet. Met alleen zon-energie komen we er niet.Minstens vier wintermaanden levert de zon te weinig elektriciteit. Voor 2030 is een andere energiebron niet te realiseren Een kerncentrale bouwen duurt tien tot vijftien jaar. Geen enkele commerciële partij begint er aan, want kernenergie kan niet concurreren met de wind. Weliswaar zijn de kerncentrales veel veiliger geworden, maar als er iets mis gaat krijg je toch een vreselijke ramp. Niet voor niets wil Duitsland ervan af. Ik heb al eerder uitgelegd, waarom we van gas- of kolen gestookte centrales af moeten. Die geven een zodanige opwarming van het wereldklimaat en dus een te sterke zeespiegelstijging, dat het risico voor ons lage landje te groot wordt. Wie CDA of VVD stemt snapt dat kennelijk niet.

Mijn conclusie op grond van deze voorlopige uitslag is, dat een voortzetting van de coalitie van P21 met D66 het meest voor de hand ligt. Morgen komt de definitieve uitslag. Dan wordt ook het aantal stemmen per kandidaat bekend. Ik ben heel benieuwd hoeveel voorkeurstemmen mijn vrouw voor P21 heeft binnengehaald. De kiesdeler 472 zal ze niet gehaald hebben.

15e Jaargang, Nr. 705.

 

Koen van Gulik in een schriftelijk interview

vrijdag, maart 11th, 2022

EEN TERECHTE NUMMER 1

 

Ik werd geboren in 1957, midden in de tijd van de wederopbouw, in katholiek Eindhoven. Mijn vader werkte als journalist voor het Eindhovens Dagblad en mijn moeder was directiesecretaresse bij Philips tot ze na haar trouwen haar baan moest opgeven. Beider leven was getekend door de oorlog. Hun toekomstverwachtingen werden er door gefnuikt, want in en na de oorlog kon er weinig. Dus geen studie, geen conservatorium. Het heeft ze wel gemaakt tot hartstochtelijke democraten: nooit meer dictatuur. Mijn vader PvdA-er, mijn moeder VVD-er. Het huwelijk heeft ook geen stand gehouden. Ons moeder is begin jaren zeventig de gemeentelijke politiek ingegaan, werd raadslid en later wethouder van cultuur in Eindhoven. Zij heeft mij keer op keer gezegd dat er geen belangrijkere en mooiere uiting van politiek is dan de lokale: die gaat over de mensen die je op straat, in de winkel, op het sportveld, in het koor, tegenkomt, jouw medeburgers. En ze heeft me doordrenkt van de gedachte dat je verantwoordelijkheid moet nemen voor de samenleving, door actief te worden in het verenigingsleven, of de politiek.

De generatie van mijn ouders wist een ding. Hun kinderen moesten het beter krijgen dan zij, en daar was een duidelijke weg voor: leren, leren en leren, liefst aan de universiteit, en daarna een vaste baan, bij voorkeur in het onderwijs of elders bij de overheid. Onze ouders waren getekend door de crisisjaren van de jaren dertig, waarin bedrijven massaal werknemers loosden, de werkloosheid en armoede enorm waren, en een betrekking bij de overheid de enige garantie op een veilig bestaan bood.

Ik ging naar het Augustinianum, het gymnasium waar ook Dries van Agt en Hans Gruyters hun middelbare school doorliepen. In hun tijd werd het Augustinianum nog uitsluitend door jongens bezocht, toen ik er in 1969 binnenstapte was het net een gemengde school geworden. De taakopvatting van onderwijs – ik ben een Mammoetkind – was anders dan nu. Op school werd cognitieve kennis bijgebracht, aan maatschappelijke vorming werd nauwelijks gedaan, evenmin aan godsdienst, wat voor een katholieke augustijner school toch apart was. Die geestelijke en humane vorming werd overgelaten aan het leven buiten de school, in de eerste plaats aan de ouders.

Na de middelbare school heb ik in Utrecht, Amsterdam en Lecce (in Italië) oude geschiedenis en archeologie gestudeerd. Na het doctoraal bevonden Nederland en ik ons midden in de crisis van de jaren tachtig. Ik heb in mijn levensonderhoud voorzien als vertaler, daarna tekstschrijver, en uiteindelijk als communicatieadviseur, met een eigen bedrijf. In 1998 ben ik overgestapt naar de boekenuitgeverij, en daarin werk ik nog steeds, als uitgever van Wereldbibliotheek, de uitgeverij die Leo Simons in 1905 oprichtte om het volk te verheffen.

Mijn vrouw Myrthe en ik kwamen in 2008 in Bunnik wonen. Onze dochter Feline was toen 4. Ze ging naar de Anne Frankschool, waarvan ik MR-voorzitter ben geweest. Myrthe stierf in 2018, Feline is nu 17.

Op de laatste verjaardag van Myrthe in september 2017 gaf ik weer eens af op de Bunniks politiek, waarop Alex Kaat, toen bestuurslid van P21, zei: “Als je het zo goed weet, waarom doe je het dan niet zelf?”. Dat trof doel, want ons moeder had hetzelfde gezegd, veertig jaar eerder, toen ik me weer eens kwaad maakte op wat er politiek in Eindhoven mis was. Dus heb ik me kandidaat gesteld voor de verkiezingen van 2018 en kwam ik in november 2019 in de Raad. Ik moest wel lid worden van P21. Mijn derde politieke partij, na D66 waarvan ik lid was in de jaren ‘70, de PvdA, waarvan ik ergens in het eerste decennium van deze eeuw lid was.

Politiek is heel anders dan wat ik eerder deed, een bedrijf besturen, een opgraving leiden, een koor en een MR voorzitten. Er zijn geen gezagsverhouding, er is geen hiërarchie. Mijn mening voor een andere. Dat vond en vind ik ongemeen spannend, je moet anders omgaan met mensen, met meningsverschillen, het vereist een totale herbezinning op je eigen gedrag. En dat moet je leren.

Wat me in de ruime twee jaar die ik nu Raadslid ben, heel duidelijk is geworden, is dat al het persoonlijke politiek is, en al het politieke persoonlijk. Als de menselijke verhoudingen goed zijn, krijg je iets voor elkaar, in de fractie, in de Raad, met het College, met de buurtverenigingen, met actiegroepen, met burgerinitiatieven. En hoe je dat doet? De ander respecteren, luisteren, vragen, samen aan iets werken, en heel veel lol maken. Dan krijg je ook iets terug voor de vele, vele uren die je erin steekt.

Een mooi voorbeeld van waartoe zo’n houding kan leiden, was de kennismakingsbijeenkomst die Samen Werken aan een Veilig, Leefbaar en Bewust Werkhoven op 1 maart had georganiseerd. Daar presenteerden vier zeer gemotiveerde, goed voorbereide en enthousiaste vertegenwoordigers van dit burgerinitiatief hun ideeën en plannen voor wat zij als toekomst van Werkhoven zien. Ik zag daar meteen een gouden kans in om een andere vorm van burgerparticipatie uit te proberen, een waarbij de burger het initiatief neemt, en de gemeente helpt om dat initiatief tot werkelijkheid te maken. Dat is ook in het belang van de gemeente, want die is structureel onderbemenst door alle taken die de landelijke overheid in het tuintje van de lokale overheid heeft gekieperd, zonder er adequate financiering bij te leveren. Het is ons vaste voornemen deze pilot gestalte te geven in de komende Raadsperiode.

Wat daarin nog op ons afkomt, ik weet het niet. In ieder geval de energietransitie, en dat betekent keuzes maken voor duurzame energieopwekking. Wij hopen dat de andere fracties in de komende Raad realistisch worden, en willen meewerken aan een beredeneerde klimaatstrategie, die geen enkele vorm van opwekking bij voorbaat uitsluit. Ook hoop ik dat de nieuwe Raad op beredeneerde wijze wil omgaan met de woningbouwopgave. Want huizen bouwen zonder oplossingen te vinden voor mobiliteit, leefbaarheid, groen, dat is een heilloze weg. Dit dossier gaat me na aan het hart, ik heb me er de voorbije twee-en-een-half jaar in vastgebeten. En dat zal ik de komende vier jaar blijven doen.

 

Koen van Gulik

15e jaargang, Nr. 704, Gastschrijver

 

Nummer 2 van lijst 1: Jenny Houtgraaf

zondag, maart 6th, 2022

EEN LEVEN ALS VOORBEREIDING OP HET RAADSLIDMAATSCHAO

 

Ik ben in Engeland geboren en groeide op in een klein plattelandsdorp in het noorden van Engeland, op ongeveer 10 km afstand van de stad Leeds. Mijn basisschool was een kleine dorpsschool met ongeveer 60 leerlingen en voor de middelbare school ging ik met de bus naar een groter dorp een paar kilometer verderop. Met uitzondering van het feit dat er nauwelijks werd gefietst, zie ik veel overeenkomsten met kinderen die in Werkhoven, een dorp ongeveer net zo groot als mijn geboortedorp, opgroeien!

Na mijn schooltijd verhuisde ik naar het zuiden van Engeland om te gaan studeren. Ik heb vier jaar lang ‘Civil Engineering’ (Civiele Techniek) gestudeerd. Hiermee studeer je niet alleen technische vakken maar ga je ook in op de maatschappelijke kanten van infrastructuurprojecten. Je bouwt namelijk niet ‘om te bouwen’ maar om aan een maatschappelijke behoefte te voldoen. Een grote meerderheid van projecten op het gebied van civiele techniek (weg- en waterbouwkunde) zijn betaald met gemeenschapsgeld en als ingenieur ben je niet alleen verantwoordelijk voor de technische uitvoering maar dien je ook het publieke belang.

Ik heb daarna 20 jaar lang bij een ingenieursbureau gewerkt. Een boeiende en afwisselende tijd waarin ik niet alleen in Engeland heb gewoond en gewerkt maar ook in Turkije, enkele landen in Azië en vanaf het jaar 2000 in Nederland. Op grote infrastructuurprojecten ben je altijd onderdeel van een team met veel verschillende mensen die allemaal een eigen rol spelen, maar met een gezamenlijk doel. En je doel is er voor de lange termijn, om verbeteringen aan te brengen.

Ik ben getrouwd met een Nederlander, en ben zelf Nederlander geworden. Na de geboorte van onze zoon ben ik minder gaan werken, en heb daarna gekozen mijn betaalde baan in te ruilen voor vrijwilligerswerk.

In Bunnik heb ik veel gedaan voor de speel-o-theek en de tweedehands kinderkledingbeurzen. Ik zat in het bestuur van een sportvereniging en ook in het bestuur van de Vrienden van Fort bij Rijnauwen, waar ik me heb ingezet voor meer schoolbezoeken aan het fort. Ik ben één van de initiatiefnemers voor het ‘50-dingenboek’: een boek afgestemd op onze eigen gemeente met daarin 50 eenvoudige activiteiten die kinderen kunnen doen om ze meer in contact te brengen met de natuur in hun eigen omgeving. Het project loopt nu 8 jaar en het boek delen wij nog steeds ieder jaar gratis uit aan alle kinderen in groep 3 van de basisscholen in de gemeente. Ik heb twaalf andere gemeenten ook ondersteund in het maken van een eigen ‘50-dingenboek’ gebaseerd op dat van Bunnik. Verder werk ik twee dagen in de week als vrijwilliger bij de afdeling mensenrechteneducatie van Amnesty International in Amsterdam.

Wij zijn thuis al jaren bezig met het inrichten van onze levens op een duurzame manier. Wij eten geen vlees, wij gaan met de trein op vakantie, wij hebben geen eigen auto, wij hebben zonnepanelen op het dak enz. Voor ons is het vanzelfsprekend om dit te doen: wij hebben één aarde en wij moeten het hier samen doen, ook op sociaal domein. Maar ik heb er alle begrip voor dat dit voor sommige anderen minder vanzelfsprekend, of gewoon niet mogelijk, is. Het is beperkt wat je van individuen kunt verwachten. En daarom vind ik dat de overheid meer verantwoordelijkheid moet nemen. Nadrukkelijk niet om individuen te dwingen om te veranderen, maar om een duidelijke koers uit te stippelen en ervoor te zorgen dat de veranderingen op een rechtvaardige manier gebeuren. Zo ben ik de (lokale) politiek ingerold: omdat dit in mijn ogen onvoldoende is gebeurd de afgelopen jaren.

Door me de afgelopen maanden verder te verdiepen in de lokale politiek in de gemeente Bunnik is mijn interesse nu veel breder dan ‘alleen’ de duurzaamheidskwesties. Alles wat speelt op lokaal niveau heeft impact op de levens van de inwoners van de gemeente. Ik hou me helemaal niet bezig met de man/vrouw verhouding in de raad: als P21-kandidaat ben ik onderdeel van een team van mensen met diverse interesses, die allemaal een eigen inbreng hebben (en gaan hebben) en die sterk gemotiveerd zijn de gemeente een stuk groener en een stuk socialer te maken! Ik voel me bevoorrecht om daar onderdeel van uit te gaan maken. 

15e Jaargang, Nr.703.

 

ROB VAN MOURIK

zaterdag, februari 26th, 2022

 DE JONGSTE KANDIDAAT VOOR DE P21-FRACTIE

Ik ben Rob van Mourik,  geboren op 5 juli 2001 in Utrecht. Ik heb mijn hele jeugd met veel plezier in de gemeente Bunnik gewoond met mijn ouders; Bert en Suzanne en mijn zus. Mijn ouders hebben mij altijd goed geholpen met mijn schoolwerk en opleiding door mij te helpen bij het leren van woordjes frans of het maken van wiskunde. Mijn basisschooltijd heb ik doorgebracht op de Barbaraschool in Bunnik, waarna ik op De Breul in Zeist mijn middelbare schoolopleiding op het VWO volgde. Politiek is niet vaak een onderwerp geweest in ons huis. De interesse in politieke ontwikkelingen was bij mijn ouders niet groot.

Ik heb mijn politieke interesse ontwikkeld door zelf met mijn vrienden over het dagelijks nieuws te praten en hier over te ‘debatteren’. Dit debatteren vond ik zo leuk dat ik zelf ook naar feiten over bepaalde politieke besluiten ging zoeken. Soms ging dit misschien iets te ver aangezien mijn ouders wel eens zeiden dat ik van ieder gesprek een debat wilde maken.

 Ik heb tijdens mijn schooltijd een aantal sporten geprobeerd zoals voetbal en tennis. Deze heb ik tot mijn middelbare schooltijd gedaan waarna ik ben begonnen met wielrennen. Dit wielrennen doe ik nog steeds met veel plezier. Ik vind dit fietsen een geweldige activiteit om je hoofd even leeg te maken.

Nu studeer ik Economie en Bedrijfseconomie aan de Radboud universiteit in Nijmegen. Het lijkt misschien wat onpraktisch om te studeren in Nijmegen en te wonen in Bunnik, echter kan ik deze twee zaken goed combineren. Het reizen is voor mij de laatste tijd sowieso niet echt een probleem geweest wegens de uitbraak van Covid-19.

Ik wil later graag mijn interesse in politiek en economie combineren door bij een internationale organisatie te werken. Ik wil in mijn werk een verschil maken door de wereld een klein stukje te verbeteren, banen bij een vakbond of bij de overheid die mij helpen om dit doel te bereiken door bijvoorbeeld werksituaties te verbeteren zie ik om deze reden ook zeker zitten. Ik probeer mij te specialiseren op het beleid economisch vlak, hierdoor volg ik minder bedrijfseconomische vakken en meer politiek georiënteerde vakken, de kans op een baan als economisch adviseur bij een bedrijf wordt hierdoor wel iets kleiner.

Tijdens mijn studie worden veel onderwerpen besproken die op dit moment relevant zijn. Bij veel van deze onderwerpen worden ook politieke en morele discussies gevoerd. Als wij de oorzaken en gevolgen van de economische crisis van 2007-2008 bespreken wordt ook de moraliteit en juistheid van bepaalde handelingen besproken. In het eerste jaar volgen wij zelfs een vak genaamd Bedrijfsethiek waarin ethische dilemma’s voor bedrijven en economen centraal staan. Echter worden ethische discussies meestal vermeden door professoren aangezien economen geen experts zijn op het ethisch vlak. Ik vind het goed dat politieke en ethische discussies zo veel mogelijk vermeden worden op mijn studie, dit geeft de studenten ook een kans onafhankelijk een mening te vormen over deze onderwerpen zonder invloed van buitenaf.

Nadat ik een tijdje bij fractiegesprekken en bijeenkomsten heb mogen meepraten is mij eind vorig jaar het fractieassistentschap aangeboden. Omdat ik graag meer wilde betekenen voor de partij heb ik dit voorstel aangenomen. Sinds oktober ben ik fractie assistent van P21 waardoor ik nu ook in mag spreken in open huizen. Ik heb ontzettend genoten van het werk als fractie assistent. De ervaring die ik heb opgedaan door verdere samenwerking met de raadsleden van P21 en de inspreekmogelijkheden in het open huis kan mij goed van pas komen in de volgende raadsperiode.

Ik ben lid van de landelijke PvdA. Echter vind ik het mooi dat wij als de PvdA kunnen coöpereren met GroenLinks en onafhankelijken om meer gedaan te krijgen in Bunnik. Ik ben echter niet actief op evenementen en bijeenkomsten aangezien ik echt via de gemeentelijke politiek mijn stem wil laten horen en daarna pas over vervolgstappen na wil denken.

Als laatste is het toch belangrijk om iets te melden over de huidige situatie in Oekraïne. Natuurlijk vind ik de acties van  Poetin en zijn regime verschrikkelijk en totalitair. Zelfs in de VN veiligheidsraad was Rusland de enige stem tegen de algemene afkeuring van deze inval. De democratie in Oekraïne mag niet op deze manier omver geworpen worden. Indien er een landelijk protest komt tegen de acties van Poetin overweeg ik zeker om hier aan mee te doen. Echter denk ik dat reëel gezien een protest in Nederland geen verschil gaat maken in dit conflict en begrijp ik dat directe militaire interventie een moeilijke stap is voor de NAVO vanwege de kans op escalatie op wereldwijde schaal.

15e Jaargang, Nr. 702, gastschrijver.