Archive for the ‘COLUMN VAN DE WEEK’ Category

Gesprek met Wethouder Jan van Geest

vrijdag, augustus 1st, 2008

Nieuwtjes over A12 SALTO 

Na de publicaties in het Bunniks Nieuws, met name over het Mereveldseweg tracé, schreef ik een persoonlijke brief aan wethouder Jan van Geest. Ik vond het onaangenaam, dat het leek, dat aan mijn ideeën geen enkele aandacht werd geschonken door het gemeentebestuur. Ik kreeg immers geen enkele reactie, ook niet op de door mij ingezonden zienswijzen. Daarop nodigde de wethouder mij uit voor een gesprek.

De wethouder begon mij uit te leggen wat de strategie is van het college. Men wil een tracé, dat zo weinig mogelijk het landschap aantast en men wil er voor de eigen gemeente zoveel mogelijk uitslepen. Daarbij gaat het om de Bunnikse verkeersproblemen. Het vele doorgaande verkeer op de Julianalaan in Bunnik en het vele sluipverkeer in het buitengebied en de drukte op de N410 tussen Houten en Odijk. De wethouder meent, dat het Rijsbruggerweg tracé onafwendbaar is. Hij heeft de stellige indruk, dat de partners serieus bereid zijn mee te werken aan de oplossing van de Bunnikse problemen en zeker ook de voorzitter van de Stuurgroep, de Utrechtse wethouder de Weger.Op beide problemen wordt nu gestudeerd. Hij laat dat liever over aan deskundigen van buiten al kent hij de ideeën, die in Bunnik leven.

Ik informeerde naar de kruising met de Achterdijk. In de officiële stukken is een viaduct getekend in de Achterdijk over de nieuwe weg en alle berekeningen over de te verwachten verkeersstromen gaan uit van zo’n viaduct. Het college vindt, dat een dergelijk viaduct met opritten te veel zou detoneren en kiest voor een fietstunnel en een kruising voor landbouwverkeer. Het college wil niet dat Fort Vechten wordt ontsloten vanaf de nieuwe weg via de Achterdijk noch via een nieuwe weg parallel aan de A12. Zo zou een nieuwe sluiproute worden geschapen. De Achterdijk wordt dus voor automobilisten geknipt. Werkhovenaren kunnen straks niet meer via de Achterdijk naar Utrecht.

Ik legde de wethouder uit, dat het geplande tracé zeer onnatuurlijk ligt, namelijk op de bodem van de vroegere rivier in plaats van op de hogere oeverwal. De schade aan de aardkundige waarden is dus maximaal en ik overhandigde hem het manifest ter bescherming van aardkundige waarden, dat enkele jaren geleden door een groot aantal wetenschappelijke, landschapsbeschermende en toeristisch organisaties is uitgebracht. Ik wijs hem er op, dat dit ook gebruikt kan worden bij de besprekingen rond het bestemmingsplan buitengebied. Aardkundige waarden verdienen daarin bescherming en dat is nodig, zo is meerdere malen gebleken.

Samen bekijken we de Mereveldoplossing op de kaart. Ik merk, dat de wethouder het model nog niet echt bekeken heeft. Uiteindelijk geeft hij toe, dat het verkeerskundig kan en waarschijnlijk minder problemen op de A12 zal veroorzaken. De lus om de A12 op te draaien vraagt veel ruimte. Die is er, maar is er dan genoeg vervangende ruimte? Ik denk van wel, maar het moet worden nagegaan. Is het niet veel duurder? Ik denk van niet, want bij Bunnik komt een zeer gecompliceerd viaduct en hier zijn twee kleine viaductjes nodig. Het viaduct over het spoor zal toch verbreed moeten worden om de capaciteit van knooppunt Lunetten te verhogen. Maar de tunnel onder het spoor in de Noordelijke rondweg zou verdubbeld moeten worden. Dat werd in het zeer onbetrouwbare Grontmij rapport gezegd. Ik acht dat onwaarschijnlijk omdat een keuze voor de Utrechtseweg voor het verkeer uit Westelijk Houten waarschijnlijker is.

Maar ik houd er rekening mee, dat er bij Bunnik een dubbele aansluiting komt. Dan is bij Mereveld ook mogelijk. Dat geeft dan zoveel meer verkeer op de Noordelijke rondweg, dat deze tunnel wel degelijk verdubbeld moet worden. Eigenlijk zijn er geen zwaarwegende bezwaren tegen het Mereveldseweg tracé. Als het doorgerekend wordt en het levert minder filevorming op de A12 vormt het een ijzersterk argument het Rijsbruggerweg tracé af te wijzen als de Bunnikse problemen niet worden opgelost.

We spraken ook over her Raaphofse Bos, een Rijksnatuurmonument. Er zou een bewoonde dassenburcht zijn en in het Milieu Effect Rapport wordt dat aangenomen, terwijl de MERcommissie zelfs nadrukkelijk zegt, dat daarom een oplossing dichterbij het Raaphofse bos niet kan. Maar er zijn geen dassen! Toch is het bos zeer waardevol, want op de essenstobben komen 65 verschillende schimmels voor. De wethouder is verbaasd, dat dit bos en het Raaphofse pad niet opgenomen zijn in het Nationaal Landschap Rivierengebied.

Dat was een interessant gesprek op die woensdagochtend. Ik ben er zeker wijzer van geworden en ik hoop, de wethouder ook.

Schandaal rond bisschop Wim Eijk

vrijdag, juli 25th, 2008

Bisschop Eijk weet het weer beter dan Jezus van Nazareth 

Jezus van Nazareth is voor mij een echte voorbeeldfiguur. Hij inspireert mij zelfs als zijn volgelingen er vaak een potje van maken. De boeiendste passage uit het evangelie is voor mij de Bergrede en dan vooral het begin van hoofdstuk 5 van het Matteus-evangelie, waarin Jezus de mensen uitlegt, dat hun zorg en aandacht vooral moet uitgaan naar de niet zo goed ontwikkelde mensen, naar de mensen, die verdriet hebben, naar de mensen, die wat minder bij de pinken zijn, naar mensen, die onrecht ondervinden, naar mensen, die barmhartigheid nodig hebben, die vrede gebracht moet worden en naar mensen, die vervolgd worden. Zo leefde Jezus ook. Hij genas de zieken, wekte doden tot leven, hielp de bezetenen, deelde het brood met een grote mensenmenigte, bestreed het onrecht en bekeerde de zondaars. Steeds waren Hij en Zijn leerlingen bezig met de werken van barmhartigheid.

Vooral de laatste jaren heeft de Kerk mensen zalig of heilig verklaard, die dat voorbeeld van Jezus volgden. Moeder Teresa, Pater Damiaan, Peerke Donders. Zij dienden de armsten en de mensen met die vreselijke ziekte van de melaatsheid. Zij volgden het voorbeeld van Jezus van Nazareth. Zij dienden de medemens en zorgden er zo voor, dat de kerk ergens voor diende. Immers, een kerk die niet dient, dient tot niets. Zo verklaarde eens een Franse bisschop.

In de stad Utrecht werken inmiddels veertien jaar twee pastores in arme buurten van de stad. Titus Schlatman brengt in de Rivierenwijk de mensen bijeen en zorgt dat ze gaan samenwerken. Zo leren ze elkaar kennen en waarderen en de wijk wordt er vreedzamer door, terwijl de mensen groeien in daadkracht en zelfbewustzijn. Titus is een vredebrenger. Monique de Bree werkt in de Daalse buurt. Ze ontmoet daar de kinderen en dan vooral bij de speeltuin. Via de kinderen leert ze de ouders kennen. Ze stuit op vreselijke problemen. Armoede, onwetendheid, ziekte, psychische problemen, werkloosheid, huiselijk geweld, huurachterstanden en andere schulden. Steeds is ze bezig de mensen te helpen, vooral door hen de weg te wijzen naar de bevoegde instanties en door de formulierenwildernis. Ze bemiddelt bij burenruzies of onenigheid in de speeltuinvereniging. Als je haar verhalen leest, houd je je ogen nauwelijks droog. Monique en Titus vervullen dagelijks de opdracht, die Jezus van Nazareth ons gaf in de Bergrede.

Deze twee buurtpastores worden intensief begeleid door deskundigen. Zo is al werkende een nieuwe vorm van pastoraat ontstaan, het pastoraat van nabijheid. Daar is al een dik boek over geschreven en er zijn herhaaldelijk conferenties, waar buurtpastores uit het gehele land hun ervaringen uitwisselen. Hun werk is een vorm van modern pastoraat, waar de Nederlandse Kerkprovincie trots op mag zijn. Als je je afvraagt wat de kerk in deze tijd nog voor zin heeft is het buurtpastoraat in de oude stadswijken van Nederland het mooiste voorbeeld van zinvol kerk zijn. 

Bisschop Eijk denkt er anders over. Hij vindt het prachtig werk, maar het heeft volgens hem niets met kerk zijn te maken. Het is meer maatschappelijk werk en hij wil er niet een kerkelijke zending aan geven. Jezus van Nazareth verleende zijn leerlingen wel een dergelijke zending. Ze werden erop uit gestuurd om de blijde boodschap te verkondigen en dan ook metterdaad door de zieken te genezen, de zondaars te vergeven en de armsten bij te staan.Het zou kunnen, dat de bisschop geleid wordt door de noodzaak te bezuinigen, maar het buurtpastoraat wordt niet door het bisdom of het dekenaat bekostigd. Het verwerft uit andere fondsen voldoende inkomsten. Het is dan ook een volkomen raadsel hoe de bisschop tot deze beslissing is gekomen. Je kunt je afvragen of hij vindt, dat Islamieten niet geholpen moeten worden. Je kunt denken, dat hij de twee pastoraal werkers liever aan de slag ziet gaan in parochies met brave, liefst welvarende katholieken. Je kunt vermoeden, dat hij het maar niets vindt, dat de twee pastoraal werkers omgaan met allerlei tuig uit achterbuurten. Of is de bisschop het type van een rechtse CDA- of VVD-figuur of nog erger, die vindt, dat mensen hard moeten worden aangepakt en hun eigen boontjes moeten leren doppen. zelf verantwoordelijk moeten zijn voor hun leven? Het zijn allemaal veronderstellingen, die je niet kunt onderbouwen.

Voor mij is het een volslagen raadsel wat de bisschop tot deze beslissing heeft gebracht. Ik schaam mij voor deze bisschop. Ik vind het een grof schandaal. Deze bisschop moet flink op de vingers getikt worden. Hij kan niet langer een echte volgeling van Jezus van Nazareth genoemd worden

Mijmeringen

vrijdag, juli 18th, 2008

Vakantie! 

Het is veertien jaar geleden, dat ik het onderwijs verliet en begon aan de VUT en daarna pensioen. En weer is de vakantie aangebroken. Kleinkinderen komen met hun rapporten thuis en ze hebben goede resultaten. Ze hebben tijd om met de logeerhond te wandelen en vinden het leuk bij Oma en Opa langs te komen. Als gepensioneerde heb je altijd vakantie of nooit. Er valt nog heel wat te doen, voordat we de vakantiereis langs Hanzesteden rond de Oostzee gaan maken. Ik moet nog kopij inleveren voor het septembernummer van Parochiekontakt, terwijl ik deze week nog een enthousiast verslag van de Parochievergadering heb gemaakt. Ik vond een mooie kop: “Optimistisch verder gaan, geeft de meeste kans op voortbestaan”. Dan moet ik een 55plusfietstocht voorbereiden en de fietstocht rijden langs plekken van historisch belang in de gemeente Houten. Ze hebben er ook nog kunstwerken geplaatst. Er moet nog in de tuin gewerkt worden, die inmiddels behoorlijk bloemrijk is. We moeten nog op kraamvisite. En binnenkort heb ik een gesprek met een wethouder. Gepensioneerden zitten niet stil! 

Vakantie is een tijd om je geest en je lichaam als het ware te restaureren. Even los komen van al dat gedoe, nieuwe mensen leren kennen. Onbekende steden bezoeken. Inspiratie opdoen. Altijd hoop ik, dat we ook in contact komen met de plaatselijke bevolking, maar bij georganiseerde reizen wordt daar weinig aandacht aan besteed. Maar het zou zo goed zijn de mensen elders in Europa te leren kennen en te leren waarderen en zo het gevoel van Europese verbondenheid te versterken. Ik ben heel benieuwd, wat we daar meemaken. 

Toch was er een gebeurtenis, die voor mij in deze week veel meer bepalend was. Ik kreeg een telefoontje van een neef, dat mijn oom het Sacrament van de zieken had gekregen. Nu was er al eerder een crisis geweest en toch was hij elke keer weer opgekrabbeld. Maar niet nu, woensdagmorgen stierf hij.Ook Sjef was belangrijk voor ons gezin. Mijn vader stierf plotseling op 45-jarige leeftijd en mijn moeder bleef alleen achter met vijf kinderen, waarvan ik als oudste negentien was en nog op de kweekschool zat. Een andere broer zat op het seminarie. Dat viel allemaal niet mee, ook financieel niet. Toen werd Oom Sjef toeziend voogd van de kinderen en hij kwam heel vaak langs en wij waren allemaal ook welkom op de Raapopseweg, waar hij woonde. Mijn moeder, mijn broers en zus hadden veel steun aan deze oom. Voor mij was hij ook een voorbeeld. Want toen mijn zwager jong stierf en drie jonge kinderen achterliet, werd ik zijn voorbeeld volgend toeziend voogd van hen en probeerde onze schoonzus zo goed mogelijk tot steun te zijn.

Oom Sjef was een harde werker. Dat moest ook wel met een vrouw en zeven kinderen. Hij was boekhouder en belastingadviseur. Eigenlijk hield hij met 65 jaar niet op, maar bouwde het werk langzaam af. Maar daarbuiten was hij ook actief, bijvoorbeeld in de landelijke diabetesvereniging.

Toen ik verkering kreeg, was Oom Sjef een van de eersten, die de nieuwe aanwinst voor de familie moest bewonderen en toen we eenmaal getrouwd waren kwam hij nog vaak langs en wat daarbij opviel was, dat hij zo van snoepen hield. Dus voor zijn verjaardag brachten we vaak snoep mee, maar dan wel suikervrije bonbons. De laatste jaren kwam ik steeds op zijn verjaardagen en merkte, dat hij achteruit ging. Vorig jaar vierden we op 8 december zijn negentigste verjaardag. Van ons gezin waren we er met z’n drieën. Ik ben er trots op zo’n oom te hebben gehad.

Restauratieve tendenzen in de rkkerk in Nederland

zaterdag, juli 12th, 2008

Antwoord aan Edith M. Raats te Amersfoort 

Iemand hoeft helemaal niet veel van de geschiedenis van de Rooms-katholieke Kerk te weten om te beseffen, dat de huidige kerk als organisatie met alle regels en dogma’s en gewoonten het resultaat is van vele eeuwen veranderingen. Daarbij was het knappe altijd, dat de kerk zich wist aan te passen aan andere culturen en nieuwe ontwikkelingen. Het gewijde priesterschap, zoals wij dat kennen kwam pas na drie eeuwen tot stand onder invloed van de Romeinse en Griekse cultuur met een priesterkaste. De positie van de bisschop van Rome als Paus was vele eeuwen lang veel minder overheersend en werd ook betwist door andere patriarchen in het Oosten. De sterke centralisatie, die na het Eerste Vaticaanse Concilie groeide werd pas verregaand doorgevoerd toen betere communicatiemiddelen dat mogelijk maaktenen omdat enkele prelaten in het Vaticaan minder gelukkig waren met sommige resultaten van het Tweede Vaticaans Concilie. Terwijl bisschoppen in vele landen werden gekozen door hoge geestelijken van het bisdom werd de benoeming nu gecentraliseerd. 

De kerk heeft zich altijd aangepast. Het feest van de geboorte van Jezus, Kerstmis werd ingevoerd las alternatief voor het Zonnewendefeest van de Germanen. De liturgie in Afrika is aangepast aan de  inheemse culturen. De priester komt bijvoorbeeld dansend de kerk in en draagt een traditioneel teken van een opperhoofd. De gelovigen beamen luidkeels wat er in de preek gezegd wordt. Soms heb je hier zin bij een goede preek te applaudisseren, maar dat is dan liturgisch niet verantwoord. Tenslotte heeft modern bijbelonderzoek ons geleerd, dat de auteurs soms iets heel anders bedoeld hebben dan wij dachten. 

Heeft de kerk ons onjuiste dingen als waarheid voorgehouden? Er zijn vele voorbeelden. Slavernij was eeuwen lang geoorloofd. Wapens werden gezegend en een aanvalsoorlog, zoals tijdens de Kruistochten werd aangemoedigd. De zon zou rond de aarde draaien en iemand die dat ontkende werd als ketter aangeklaagd. De manier waarop de aanwezigheid van Christus in de heilige hostie werd beschreven tijdens het Concilie van Trente spoort niet met de huidige wetenschappelijke inzichten in het wezen van een stof, een substantie. De leer van de Transsubstantiatie is dringend aan een passende herformulering toe. De kerk kan ook nooit beschikken over de volledige en enige waarheid. Dan zou zij aan God gelijk zijn. Anderzijds wat de kerk leert, dien je wel serieus te nemen, zeker als je daarbij niet vergeet te blijven nadenken. 

Welke vreselijke misstanden worden gesignaleerd? Zie de M@ilbox in KRO-magazine van week 27. Leken zouden in een viering met een priester het evangelie voorlezen en de preek verzorgen. Soms worden hoogbejaarde priesters ingeschakeld om maar de Eucharistie te kunnen vieren. Zo iemand ook nog belasten met een preek is te veel gevraagd, zeker als een goed geschoolde leek of pastoraal werker m/v beschikbaar is. En soms is een onderwerp aan de orde, waarover een bepaalde leek veel deskundiger is dan de priester die voorgaat. Zo kan een ontwikkelingswerker prima vertellen over de betekenis van het werk van Memisa of Miva of een sociaal werker over het nut van Caritas.
Leken reiken hier al sedert 1968 de communie uit. Daarin komt tot uiting, dat de maaltijd van de Heer een maaltijd is van de gehele geloofsgemeenschap. Alles gebeurt met grote eerbied, maar niet me de bijna afgodische angst, waarmee men vroeger de H. Hostie benaderde. Het Godsbeeld is veranderd: We zien niet meer een angstwekkende alwetende en alziende God, die onze zonden wreekt. Wij geloven in een God, die in ons midden leeft. Een God, die er voor ons is. Een God, die ons leidt en beschermt en bijstaat, een vriend, waarbij wij veiligheid zoeken.
Een sacrament is een teken, dat ons genade verschaft. De ziekenzalving geeft ons de kracht de ziekte te dragen en brengt ons genezing als God dat wil en de medische stand aan de genade meewerkt..Waarom dat teken onthouden aan een zieke als een priester maar moeilijk beschikbaar is?
Zeker is de oecumene een kernpunt voor de Kerk, maar de klacht van de aanwezigen tijdens een cursus over oecumene was nu juist, dat een modern opgeleide priester er niets meer aan deed. Hij had andere prioriteiten. Ik voel mij dankbaar als ik te gast mag zijn bij een avondmaalsviering en voel mij warm worden door het gevoel van verbondenheid met Christus en met die anderen, die ook in Hem geloven. 

Waar het mij om ging is de vraag of Kruispunt ooit aandacht schenkt aan zaken als moderne bijbeluitleg, aan het Godsbeeld van de hedendaagse mens of aan het samen vorm geven aan het pastorale beleid in een parochie, daarbij profiterend van alle deskundigheid die daar aanwezig is, ook op theologisch gebied. Hoe vaak hoor je een gewijde priester preken over de bescherming van Gods Schepping en hoe je dat concreet kunt aanpakken?  Doe het samen en trek samen op, wetend wat de mensen aanspreekt. Jezus was iemand, die ons Zijn leven voorleefde, die ons uitnodigde Hem te volgen. Hij was geen autoritair leider. Hij bevrijdde ons en bracht een blijde boodschap. In de kerk van vandaag en in mijn parochie wil ik dat beeld van onze Verlosser terugzien.

Betancourt en Mugabe

zondag, juli 6th, 2008

Goed nieuws uit Colombia en slecht nieuws uit Zimbabwe 

“Ingrid Betancourt vrij”. Dat was de grote kop in de dagbladen van deze week. Ik keek naar de foto en later naar de TV hoe ze haar moeder omhelsde en later haar kinderen en hoe ze vertelde hoe blij de gijzelaars waren toen ze hoorden, dat de zogenaamde bewakers in werkelijkheid militairen van het regeringsleger waren, die de twee FARC-leiders hadden ontwapend en geboeid. Later de beelden van de ontmoeting met de kinderen en van persconferenties. Het was af en toe knap ontroerend. 

In Colombia is een jarenlange burgeroorlog aan de gang. Het is een van die vergeten oorlogen in de wereld, die maar af en toe in het nieuws komen. Er zij allerlei partijen bij betrokken. Op de eerste plaats de regering en het leger, dat veel steun krijgt van de Verenigde Staten en dat vooral vanwege de cocaïne, die uit het land komt. Vanzelfsprekend dus ook de criminele handelaren in die drugs, die over kapitalen beschikken, zodat corruptie welig tiert. Ingrid Betancourt werd vastgehouden door de FARC een van oorsprong linkse verzetsorganisatie tegen de overheersende klasse van grootgrondbezitters, industriëlen en bankiers. De FARC ontvoerde vaak jonge mensen en dwingt ze om zich bij hen aan te sluiten. Om de kosten van de gewapende strijd te dekken ontvoeren ze rijke mensen en eisen dan losgeld en daarnaast handelen ze in cocaïne. Hoewel ze in eerste instantie zich verzette tegen de onrechtvaardige economische structuur is de FARC in de loop van de tijd een criminele organisatie geworden. Een kleine groep rijken heeft alle macht. Een middenstand is er nauwelijks en de massa van kleine boeren, plantagearbeiders, mijnwerkers en industriearbeiders is arm, onwetend en machteloos. De rijken oefenen extra veel macht uit door de paramilitairen, benden van gewapende mannen, die terreur uitoefenen over de armen en de rijken en hun eigendommen beschermen. 

Deze situatie is maar moeilijk te veranderen. Jarenlang is gepoogd de FARC en de paramilitairen te ontwapenen en het land weer veilige te maken. Medewerkers van Pax Christi waren daarbij betrokken en ook sommige bisschoppen. Maar omdat het Vaticaan zeer vijandig reageerde op de bevrijdingstheologie en overal conservatieve bisschoppen benoemde komt er van echte steun aan een rechtvaardiger samenleving weinig terecht. DE FARC is door verlies van de oude leiders en door de toegenomen kracht van het leger ernstig verzwakt. De paramilitairen treden minder op de voorgrond en wellicht dat de bevrijding van Ingrid Betancourt uiteindelijk zal leiden tot nationale verzoening. Er is nog een lange weg te gaan naar een rechtvaardige samenleving en echte democratie. Gelukkig zijn er nu voorbeelden in Latijns Amerika van landen waar een linkse regering aan de macht is en de democratie een beetje op gang komt, maar in Bolivia is er veel verzet tegen de Indiaanse president, die de arme Indianen wil laten delen in de rijkdom van het land: tin en olie. 

In Zimbabwe is de weg naar democratie afgesneden en is dictator Mugabe als president aan de macht gebleven. Het land is economisch een puinhoop, politiek een warboel en moreel failliet. Wat is dat toch in Afrika? Op dorpsniveau was en vaak een directe democratie; de dorpsoudsten vergaderden urenlang onder een grote schaduwrijke boom en namen de beslissing. In koninkrijken wist de koning, dat hij niet al te autoritair kon optreden, want dan liep hij de kans via een complot onttroond te worden. Het kolonialisme heeft gezorgd voor zeer kunstmatige staten, waarin meerdere stammen samen leven. Vaak spelen oude tegenstellingen een rol, nu ook in Zimbabwe. 

Er wordt in Nederland nogal gemopperd op de politiek. Maar wat er nu in Colombia gebeurt, hebben wij in de Middeleeuwen meegemaakt. Door de strijd tussen Hoeken en Kabeljauwen in Holland, Schieringers en Vetkopers in Friesland en tussen Heeckerens en Bronkhorsten in Gelderland kwam er een einde aan het feodalisme, de macht van de edelen over boeren en burgers. De steden kregen zelfbestuur. De macht lag weliswaar bij de regenten, maar in die kleine stedelijke samenleving moesten ze rekening houden met iedereen. De vorst steunde overigens de boeren en de burgers in hun strijd tegen de edelen en voorstanders van de Republiek vergeten vaak (of juist niet), dat de Oranjes die traditie voortgezet hebben en vaak het gewone volk steunde wanneer de macht van de regenten te absoluut werd. In ieder geval kennen we hier al een eeuwenlange democratische traditie. Soms merk ik nog wel iets van die oude onderdanigheid, wanneer mensen zeggen: “je doet er toch niets aan! Die hoge heren gaan gewoon hun gang.” Veel mensen zijn zich dat maar al te goed bewust. Het succes van populistische partijen valt er door te verklaren. Het wordt tijd, dat regenten zich daarvan bewust worden, want op Colombiaanse of Zimbabwaanse toestanden zitten we hier niet te wachten. Zo’n vaart zal het niet lopen, maar de democratie is te kostbaar om slordig mee om te springen.

Weer eens het Rijsbruggerweg tracé

zaterdag, juni 28th, 2008

Tracékeuzes maken vraagt ruimtelijk inzicht 

Deze week waren we weer in het nieuws met onze actie tegen het Rijsbruggerweg tracé. Wij dat zijn in dit geval een aantal GroenLinksers uit de gemeente Bunnik. Langs de Achterdijk op de plek, waar straks – hopelijk niet – de verbindingsweg Houten – A12 zal gaan lopen legden ‘guerrilla gardeners’ een bloemperk aan in de vorm van een verbodsbord “Verboden in te rijden”, een rond rood bord met witte balk. Het Bunniks Nieuws en de Nieuwsbode plaatsten een foto met uitleg en AD Utrechts Nieuwsblad had een kort bericht. 

Het Bunniks Nieuws plaatste ook een artikeltje over mijn idee om probleemloos een aansluiting bij Mereveld te realiseren. Het kaartje erbij maakte het erg duidelijk en de volgende dag kreeg ik waarderende opmerkingen van mensen, die mee waren op de fietstocht voor 55-plussers. Dat het zo simpel kan, zei iemand. Waarom kiezen ze daar niet voor? Dat is dan ook de grote vraag. Laten we het eens vanuit verschillende gezichtspunten bekijken. 

Als je in Houten over de geluidswal wandelt ter hoogte van de Binnenweg-Rijsbruggerweg zie je in de verte de kantoorgebouwen langs de A12 bij Bunnik. Erg ver is het niet. Dat het bij De Haag even ver is naar de A12 zie je niet want het bos Nieuw Wulven zit er voor. Kies je voor het Mereveldseweg tracé, dan krijgt het deel van Houten langs het Noordelijk deel van de Rondweg meer geluidsoverlast. Dus in Houten zijn ze die auto’s liefst zo vlug mogelijk kwijt. Daar mag Bunnik van genieten. De A12 geeft nu al zoveel lawaai, dat je die twee maal dertig duizend auto’s extra nauwelijks merkt. In Houten zien ze ook, dat als die weg er eenmaal ligt het niet moeilijk is ook een oprit in de richting Arnhem te maken en eventueel ook een afrit uit de richting Arnhem naar Houten. Er is weliswaar niet zoveel verkeer van en naar het Oosten, maar het is lekker makkelijk. Door de geweldige uitbreidingen van Houten is er al zoveel van het fraaie landschap vernield, dat die ene weg er nog gemakkelijk bij kan. 

Objectief gezien geeft het Mereveldseweg tracé een aantal voordelen ten opzichte van het Rijsbruggerweg tracé. De A12 wordt veel minder belast met verkeer uit Houten. Dus zal de filevorming niet met 60% verergeren zoals bij het Rijsbruggerweg tracé. Het eigenlijke tracé geeft minder mensen stank- en geluidsoverlast. Het tracé vormt geen nieuwe doorsnijding van het landschap omdat het langs de bestaande spoorlijn loopt. Het vormt dus minder dan het Rijsbruggerweg tracé een barrière voor mens, dier en plant. Het doorsnijdt ook veel minder archeologisch interessante gebieden. In Utrecht wekte het weerstand omdat ten onrechte werd aangenomen, dat fietsers niet langer gebruik zouden kunnen maken van de Mereveldseweg. Onder het bestaande viaduct is 12 meter ruimte! Utrecht heeft altijd ontkend, dat de aantasting van de golfbaan een rol speelt. En als ik tegen onze wethouder zeg, dat de voorzitter van de stuurgroep wethouder is in Utrecht, dan zegt die Bunnikse wethouder, dat ik in complotten denk. Als Utrecht weigert mee te werken, wordt het moeilijk het Mereveldseweg tracé te realiseren. 

Onder luide aanmoediging van de Houtense VVD toont VVD gedeputeerde Ekkers zich een fanatiek voorstander van het Rijsbruggerweg tracé. De oorspronkelijk reden geldt eigenlijk niet meer. De Houtense VVD wilde de kopers van 5000 woningen in de driehoek Bunnik – Houten – Werkhoven laten opdraaien voor de kosten van de aanleg van de weg. Maar willen ze stiekem tegen het provinciaal beleid in die 5000 huizen toch bouwen? Of wil Ekkers in een goed blaadje komen bij de Kamer van Koophandel en straks bedrijven ruimte bieden langs de A12? Och onze wethouder zal wel weer zeggen, dat ik niet in complotten moet denken. Maar politiek is nu eenmaal een spel van belangen, die vaak tegenstrijdig zijn en dan moet er gekozen worden. Het is overigens bekend, dat een vorige wethouder wel degelijk dacht aan een kantorenpark zuidelijk van de A12 ter hoogte van Bunnik. Dat maakte zijn partij tot de grote verliezer bij de laatste verkiezingen. 

We komen er niet uit. Maar als onverhoopt het Rijsbruggerweg tracé toch gerealiseerd wordt en de files op de A12 nemen fors toe, dan moet er op de reclamezuil bij het Bunnikse motel maar met grote letters komen te staan: “Uw file is de schuld van VVD gedeputeerde Ekkers!”. Dat is dan leuk voor Rita, die immers in haar eentje met haar Trots op Nederland de files gaat oplossen. Zegt ze.

Ierland en het referendum

zondag, juni 22nd, 2008

Het Ierse referendum over het hervormingsverdrag voor de EU  

De Ieren hebben met een flinke meerderheid het hervormingsverdrag afgewezen. Sommige tegenstanders van de EU in de huidige vorm juichen dat toe, ook in Nederland. Er zijn veel redenen te noemen om bezwaar te hebben tegen de EU, zoals die nu draait. Het hervormingsverdrag probeert daar iets aan te doen. Zo krijgt het Europees Parlement, dat door ons rechtstreeks wordt gekozen, over meer onderwerpen zeggenschap. Maar het Europees Parlement heeft het niet alleen voor het zeggen. Daar zijn ook de ministers van de lidstaten verenigd in de Europese Raad. Toch wordt er nog  te veel in de ogen van sommigen op Europese schaal geregeld. In het hervormingsverdrag krijgen de nationale parlementen de mogelijkheid om ”Ho!” te zeggen. Je zou zeggen; Europa wordt democratischer, maar nee. Sommigen eisen dat één enkele staat door een veto de besluitvorming kan tegenhouden. Dat noemen ze dan democratisch. Je krijgt ook zo’n “vlotte” besluitvorming. En dan straks weer mopperen, dat het allemaal zo lang duurt. 

Een andere reden voor de afwijzing zou zijn, dat de Ieren vrezen voor hun identiteit. Nu zijn er weinig volken in Europa, die zo’n duidelijke identiteit hebben als de Ieren. Denk maar aan die prachtige Ierse songs en ballads, de eigen Keltische taal of de Ierse onafhankelijkheidsstrijd. Niet de EU is schuldig aan steeds sterkere invloeden van buitenaf, het is een proces, dat samenhangt met de steeds intensievere contacten over grenzen heen. Het is een aspect van de globalisering.
Neem het internationale voetbal. Het zou mij niet verbazen als in de komende tijd supporters van andere landen het opvallende gedrag van de Oranje supporters op hun eigen wijze gaan overnemen. Is daar iets tegen?
Vergelijk het nu eens met de provinciale identiteiten in Nederland, misschien nog beter de regionale identiteiten. Een duidelijke identiteit vind je mijns inziens bij de Friezen, de Twentenaren of Tukkers, een beetje bij de Achterhoekers en dan bij de Brabanders, de Limburgers en de Zeeuwen. Het Koninkrijk der Nederlanden is al bijna twee eeuwen een eenheidsstaat en toch handhaven die regionale identiteiten zich. Ieren, waar ben je bang voor? 

Dan is er de angst, dat de EU zich zal gaan bemoeien met zaken als abortus, euthanasie en homohuwelijk. In het Rooms-katholieke Ierland liggen deze zaken gevoelig, al verandert de houding van de bevolking ook daar. Maar nergens in het hervormingsverdrag staat, dat de EU over zulke zaken zeggenschap heeft of zal krijgen. Mocht de EU dat willen, dan moeten alle staten ermee instemmen, Ierland kan dit dus altijd tegenhouden. Bovendien hebben de Europese bisschoppen zich een warm voorstander van het verdrag getoond. Maar ja, wie weet dat? 

Ierland heeft ontzaglijk geprofiteerd van het lidmaatschap van de EU. De goed geschoolde, Engels sprekende bevolking, de tolvrije toegang tot de EU en een aantrekkelijk belastingklimaat trokken zeer veel ondernemingen, die een vestigingsplaats in de EU zochten. Daarnaast kreeg Ierland veel Europese subsidies om de infrastructuur te verbeteren en de landbouw te ondersteunen. Zo werd Ierland van de armste de op een na rijkste lidstaat van de EU. Die subsidies zijn dus niet meer nodig. Sommigen schijnen te hebben tegengestemd uit protest tegen het verlies van die subsidies. Je zou mogen verwachten, dat de Ieren vanwege de enorm toegenomen welvaart tot de trouwste Europeanen zouden behoren. Vergeet het maar. 

Tenslotte heeft wel 20% tegen gestemd omdat ze van het verdrag niets begrepen. Dat kan ik mij goed voorstellen. Zo’n uitgebreid verdrag, honderden pagina’s tekst, valt alleen door enkele deskundigen te behappen. Zo iets kun je niet en mag je niet en hoor je niet te laten beoordelen door leken. Dat moet een volksvertegenwoordiging doen of een speciale rechtstreeks door het volk gekozen conventie. Je zou het alleen kunnen doen met een klein deel, bijvoorbeeld de structuur van de EU met de belangrijkste bevoegdheden. Maar ja, de Ierse grondwet schrijft zo’n referendum voor. Dan zou je eerst enkele tienduizenden voorlichters moeten trainen en de burgers moeten verplichten naar voorlichtingsbijeenkomsten te komen. Dan pas zijn ze tot oordelen in staat. Maar nu grijpen populisten hun kans om valse voorlichting te geven. 

Wellicht is een gebaar mogelijk, dat de Ierse bevolking tot inkeer brengt en kan de EU verder, want stilstand is achteruitgang. Onze veranderende wereld heeft een krachtige EU nodig.

Beelden in Gees

zaterdag, juni 14th, 2008

Genieten van Beelden in Gees 

Het werd geen pechdag, daar in Gees, ondanks dat het vrijdag de dertiende was. Maar je hoort ook niet bijgelovig te zijn. Gees is een klassiek Drents brinkdorp omgeven door essen, oude akkerbouw gebieden, die eeuwenlang met een mengsel van heideplaggen en schapenmest bemest zijn. Daardoor hebben die akkers, nu vaak grasland een typisch bolle vorm. Veel boerderijen in het dorp hebben niet langer een agrarische bestemming. Maar geheel buiten het dorp aan de rand van de Geeser Es had de familie de Hullu een weekendhuis. Rond dat huis gingen ze een tuin aanleggen met een sterke afwisseling van grote gazons, bosschages en ronde vijvers. De telkens terugkerende cirkelvorm is kenmerkend en deed mij denken aan de cirkelvormige maren in de Eifel, die wij vorige week zagen en dan met name het maar bij Schalkenmehren, dat eigenlijk bestaat uit vier kraters, waarvan er twee elkaar overlappend met water gevuld zijn en twee droog staan, waarvan een moerassig.

 

Het gebied in Drente is geomorfologisch evenzeer interessant. Wij kregen een inleiding en daarbij kwam naar voren, dat leem in de ondergrond de afwatering bemoeilijkte. Voor de grote vijver was geen plastic bodem nodig. Het water zakte toch niet weg. De ondergrond van het Drents plateau bestaat grotendeel uit keileem, daar door het Noordelijke landijs neergelegd. Hier en daar lagen in de tuin ook hoopjes keien. De bovenste laag van de es is hier afgegraven en het gazon loopt langzaam af naar de ronde vijver, zodat het regenwater er naar kan afstromen.

 

De tuin kent een enorme rijkdom aan bloemen, planten, heesters en bomen, die dan ook nog op een bijzondere manier geplant zijn. Zo ervaar je niet alleen de schoonheid van de planten op zich, maar ook nog de geometrische vormen, de afwisseling en de combinaties van kleuren.

 

Tussen al die pracht staan dan soms op heel verrassende momenten beelden in de tuin. Een klein deel daarvan staat er permanent, maar de meeste beelden worden jaarlijks gewisseld. De heer en mevrouw de Hullu zijn dan ook vaak op pad om kunstenaars te bezoeken om afspraken te maken voor een expositie in de galerie of in de tuin. Inmiddels heeft de tuin een zekere faam, wordt veel bezocht door kunstliefhebbers en in de loop van het seizoen, 13 mei tot en met 30 september wordt een groot deel van de beelden, schilderijen en sieraden ook werkelijk verkocht.

 Welk beeld heeft mij het meest getroffen? Dat was helemaal op het eind toen ik nog een hoekje bezocht, dat ik eerder had overgeslagen. Het staat op een verroest vierkante stalen zuil en bestaat uit in elkaar gevlochten betonijzer. Een menselijke figuur met gestrekte armen, een gezicht van beton met een ijzeren doornenkroon. Het heet “De Mens” naar het schriftwoord “Ziet de Mens”, “Ecce Homo”. Afgetekend tegen de lucht laat het prachtig de verscheurdheid van de lijdende Christus zien voor wie het wil zien. Daar sta je dan minuten lang te mediteren temidden van vele bezoekers in een tuin, die je rustig maakt en gevoelig voor de boodschap van de kunstenaar. Het stemde me dankbaar.

Megaparochies

maandag, juni 9th, 2008

Op weg naar 2010: een reactie 

Je kunt er bij alle plannen in de Nederlandse Kerkprovincie niet onderuit steeds weer de vraag te stellen: “Is er een verborgen agenda?” Willen de conservatieve bisschoppen meer greep krijgen op de lokale geloofsgemeenschappen? In deze reactie zal die vraag steeds doorklinken. 

Het belangrijkste effect van de samenvoeging van de parochies van de parochieverbanden tot een parochie zal zijn, dat de lokale geloofsgemeenschappen de zeggenschap over hun eigen kerkgebouw verliezen.

Het nieuwe parochiebestuur zal sterk het karakter krijgen van een zakelijke groep managers, die zich vooral door financiële overwegingen zal laten leiden. Zijn er financiële tekorten in de megaparochie? Wat zijn dan de opbrengsten van de verkoop van een kerkgebouw? En welke verliezen aan inkomsten staan daar tegenover? De getroffen parochianen zullen immers veel minder dan voorheen bereid zijn financiële offers te brengen voor hun kerk, want die is er niet meer.Hier in Odijk is het kerkgebouw eigenlijk een fraai aangeklede fabriekshal. Daar kun je wat mee als je die verkoopt. Als je hem afbreekt krijg je een schitterende locatie voor wat je maar wilt. Dus vrezen de mensen, dat onze kerk het eerst zal sneuvelen. Ik zeg dan, dat een gebouw als het onze veel goedkoper in onderhoud is, dan de neogotische kerkgebouwen in Werkhoven, Houten, Schalkwijk, Cothen en Wijk bij Duurstede. Die dure gebouwen kun je beter verkopen.
Weliswaar ontkent het bisdom, dat kerken gesloten zullen worden, maar eerder zijn ze op beloften teruggekomen. De door het bisdom goedgekeurde overeenkomst tussen de acht parochies van de Krommerijnstreek voorzag in een evaluatie in 2011, waarbij de vraag over een fusie eventueel  ter sprake zou kunnen komen. Het bisdom antwoordt dan, dat er sprake is van voortschrijdend inzicht en zegt dus, dat voortschrijdend inzicht zal kunnen leiden tot andere maatregelen.
Het gaat er dus om in de komende jaren een neerwaartse spiraal te voorkomen. Zo zou in de fusieovereenkomst een passage kunnen/moeten worden opgenomen, waarin bepaald wordt, dat sluiting van een kerk de goedkeuring behoeft van tweederde van de ingeschreven leden van die lokale geloofsgemeenschap.
 

Samenvoeging tot een parochie leidt niet tot meer pastores. Het is onzin een verband te leggen met het personeelstekort. De pastoresteams zullen niet anders gaan werken dan nu.
Evenmin is de samenvoeging een oplossing voor de financiële problemen van het bisdom. Of je een digitale nieuwsbrief nu naar 300 parochies stuurt of naar 45 megaparochies, de kosten zijn dezelfde. Het is zelfs wenselijk de post naar alle plaatselijke geloofsgemeenschappen te sturen, want anders moet het secretariaat van de megaparochie extra werk doen, door de post van het bisdom door te sturen. Juist die interne communicatie blijkt in de huidige parochies al een probleem en dat zal in die veel grotere parochies dus ook een groter probleem worden.

De vraag is of je voor de nieuwe parochiebesturen nog vrijwilligers krijgt. Het is zeer waarschijnlijk, dat dit semi-professionals worden en dat de kosten dus zullen toenemen en de financiële problemen dus zullen toenemen. Hallo, waar zijn we mee bezig? 

Er zijn echter parochieverbanden, waar de afzonderlijke parochies slecht samenwerken en de pastores met onwerkzame verschillen in de pastorale praktijk te maken krijgen. Uit deze parochieverbanden is de vraag gekomen naar de huidige plannen tot vorming van 45 megaparochies. Het betreft een derde van alle parochieverbanden, een derde staat neutraal en een derde is fel tegen. Zoals in de Krommerijnstreek, al weten we, dat we de plannen niet tegen zullen houden. 

Er zijn wel degelijk financiële problemen bij het bisdom. Als het totaal aantal gelovigen terugloopt, kan dat leiden tot lagere inkomsten, maar de inkomsten zijn stabiel. Minder mensen geven meer!!!! De problemen worden veroorzaakt door tegenvallende beleggingsresultaten. Er is zelfs geen poging gedaan, de gelovigen te vragen te helpen bij de oplossing van de financiële problemen van het bisdom. Zo zal de ontslaggolf bij de dekenaten en het bureau van het bisdom leiden tot enorme problemen bij de begeleiding van pastores en vrijwilligers. De bisschop zal er ongetwijfeld voor zorgen, dat de na alle afbraak nog op te zetten nieuwe organisatie bemenst wordt door hem welgevallige medewerkers. Of zou het daar vooral om gaan? 

De lokale geloofsgemeenschappen en dan vooral de locatieraden krijgen de niet geringe taak de leden te inspireren zowel financieel als  wat betreft de bemensing van de eigen organisatie de eigen broek op te houden en daarbij hebben zij het probleem, dat het voor de parochianen onduidelijk is of het eigen budget in een duidelijk verband staat met de eigen opbrengst. Er mag best geld vloeien naar lokale gemeenschappen, die het financieel niet redden als dat maar duidelijk is en qua omvang aanvaardbaar.Vooral mag het lokale pastorale beleid, waarbij de mensen zich goed voelen niet worden afgebroken door inhoudelijke eisen te stellen aan de financiering van dit pastorale beleid.
Het beleid moet van onderop vorm krijgen, want daar zitten de deskundige vrijwilligers, die de doelgroep kennen. De parochies hier verschillen zodanig, dat de megaparochie alleen een pastoraal beleid in hoofdlijnen kan vaststellen. De concrete invulling is alleen op plaatselijk niveau doelmatig. Geen eenheidsworst dus!

Dus moet er ook geen blad komen voor de megaparochie. Een goed redactie weet, hoe ze de eigen doelgroep het beste kan aanspreken. Wij krijgen voortdurend feedback van de eigen parochianen en zij zijn blij met Parochiekontakt. Andere parochies vinden de vaak kritische toon vreselijk. Dat hoort toch niet. Als zij gelukkig zijn met een parochieblad, dat voor de helft gevuld is met misintenties, het zij zo. Wel hoort elk parochieblad een rubriek te krijgen met nieuws van de megaparochie. Ik weet al van te voren, dat veel mensen dat nauwelijks zullen lezen.
Heel belangrijk is, dat elke redactie binnen een redactiestatuut en een in overleg met de locatieraad tot stand gekomen redactieformule onafhankelijk is. Een parochieblad moet iedereen en iedere redelijke mening ruimte bieden. Een parochieblad moet het visitekaartje van de lokale geloofsgemeenschap zijn. Een parochieblad moet zich in dienst stellen van de missionaire opdracht van de lokale geloofsgemeenschap. Dat vraagt een kritische houding en een open blik naar de kerk als geheel en naar de wereld, waarin wij leven. Maar een serieus parochieblad mag nooit alleen maar “His Masters Voice” zijn.
Of meer algemeen gezegd: Deze hele reorganisatie moet niet als doelstelling krijgen, dat onze nieuwe bisschop met zijn houding passend bij de tijd voor het Tweede Vaticaans Concilie een grotere greep krijgt op de lokale geloofsgemeenschappen, waar de mensen er voor elkaar zijn, zich gelukkig voelen en waar de mensen hun heil vinden.
 

John Jorna,  Odijk.

Een kwaliteitskeur voor de sector ruimtelijk onderzoek?

donderdag, mei 29th, 2008

De integriteit van ruimtelijk onderzoek moet bewaakt worden!

Vandaag was ik op de jaarvergadering van het Koninklijk Nederlands Aardrijkskundig Genootschap, kortweg het KNAG. De hoogleraar Sociale Geografie, Ton Dietz van de Universiteit van Amsterdam vertelde er na de pauze over het boek "Van Natuurlandschap tot Risicomaatschappij". Ik ga die lezing hier niet herhalen. Hij begon echter met een oproep aan alle geografen om zich duidelijker als geograaf te manifesteren en doelgericht aan imagebuilding te gaan doen, zoals de historici en de psychologen hebben gedaan. Onder veel geografen leeft de idee, dat hun vak niet serieus wordt genomen. Dat moge zo zijn in de universitaire wereld en bij de pers, die daar zo graag tegenaan schurkt, bij het grote publiek merk ik elke keer weer, dat men onder de indruk is, van de enorme algemene kennis, waar wij geografen over beschikken en dan vooral over het gemak waarmee wij allerlei zaken met elkaar in verband kunnen brengen. Daarnaast merk ik vaak hoe moeilijk het voor velen is zaken ruimtelijk te zien en oplossingen voor ruimtelijke problemen te vinden. En dan is men verbaasd als ik met gemak een aantal mogelijke oplossingen schets. Daarnaast merk ik, dat mensen vaak zeer geïnteresseerd zijn als ik een lezing houd over een geografisch onderwerp of onderweg met een groep iets vertel over wat er op een bepaald punt te zien is.

Zo gebruik ik mijn aardrijkskundig inzicht om ruimtelijke plannen te beoordelen. De kwaliteit is meestal heel behoorlijk en de foutjes betreffen meestal fysisch-geografische of historische details. Zo'n onderzoeker is meestal niet bekend met een gebied en moet alles maar uit bestaande literatuur opdiepen.

Veel ernstiger is het verschijnsel, dat onderzoekers in hun zogenaamd objectieve rapport soms naar de conclusie toe schrijven, die de opdrachtgever wenst. Als integer wetenschapper leen je je daar uiteraard niet voor, maar ja, … er moet brood op de plank komen.

Belanghebbenden laten zich meestal niet zo gemakkelijk om de tuin leiden en prikken het opzetje gemakkelijk door. De Gemeenteraad of de Provinciale Staten of de Tweede Kamer worden ingeseind en als het goed is, gaat het rapport de prullebak in. Maar het wantrouwen van het publiek in al dat gedoe van de politiek neemt opnieuw toe en de sector krijgt een slechte naam.Zo wordt de eigen positie ondergraven en schrikt men ervoor terug om dit soort rapporten nog te laten vervaardigen.

Reden genoeg om dit op die jaarvergadering van het KNAG aan de orde te stellen en het bestuur te vragen samen met andere organisaties op dit terrein te onderzoeken hoe de integriteit van dit vakgebied bewaakt kan worden. Moet er een kwaliteitskeur komen, een erkenning, die men ook weer kan verliezen? Of moet er een Raad voor Ruimtelijk Onderzoek komen, waarbij men klachten kan neerleggen, zoals de Raad voor de Journalistiek? Of moet de rijksoverheid ingrijpen en een Autoriteit voor Ruimtelijk Onderzoek tot stand brengen, die toezicht houdt op deze branche? De Voorzitter merkte op, dat dit een herkenbaar verschijnsel is. Iemand vertelde over geologen, die een charter moeten ondertekenen om erkenning te krijgen als onderzoeker. Het boek van A.J.F Köbben en Tromp: De Onwelkome Boodschap over dit onderwerp werd genoemd. Ik ben dus heel nieuwsgierig of dit onderwerp door het bestuur wordt opgepakt en of er iets van integriteitsbewaking tot stand zal komen. Afwachten maar.