WERKWEKEN EN SCHOOLKAMPEN
Mijn Cor werd dit jaar tachtig en in het najaar zijn we 55 jaar getrouwd. Dan valt het niet mee nog een origineel cadeautje te verzinnen. Maar ze houdt van de zee en op een na hadden we alle Waddeneilanden al eens bezocht. Zo werd het een arrangement voor twee personen voor vijf dagen op Schiermonnikoog. Gisteren kwamen we terug.
Het was geen weer om lui op het strand te liggen bakken in de zon. Daarom hebben we veel gefietst en gewandeld. En overal kwamen we groepen kinderen tegen. Soms waren ze duidelijk met veldwerk bezig en we hoorden van een lerares uit Emmen, dat allerlei vakken daarbij samenwerkten: Biologie, scheikunde en natuurkunde. Ik miste aardrijkskunde, want het eiland laat je van alles zien op fysisch-geografisch gebied en ook sociaalgeografisch zijn er interessante verschijnselen. Dat was voor mij dus voortdurend genieten. Wel jammer was, dat we het grote kweldergebied niet ver in konden gaan, want het was nog broedseizoen. In dat kwelderlandschap zag ik zandruggen met duintjes evenwijdig aan de kustduinen. Het eiland verplaatst zich naar het Oosten. Zijn het strandwallen uit een vroeger stadium? Inmiddels is het eiland over de Gronings-Friese grens gegroeid.
Het Westen van het eiland heeft oudere duinen met duindoorn begroeid. Ik heb weinig helmgras gezien en gelukkig ook weinig hekken. Veel van het duingebied is vrij toegankelijk. Het natte strand is hier heel breed en vlak en het droge strand is begroeid. Het is overal net anders dan in de rest van Nederland. Dat natte strand werd gebruikt voor zeilkarting. Een imposant gezicht en wat een snelheden.
Er is een opvallende verscheidenheid aan toeristische accommodaties. Je kunt er kamperen. Er zijn ook kampeerboerderijen vooral voor de schooljeugd. Er is een bungalowpark en er zijn appartementen en vakantiewoningen en er is een verscheidenheid aan hotels. En toch is het ons jaren geleden overkomen, dat we niet naar het eiland konden, want het zat vol. Toen zijn we met de Oostenwind in de rug maar naar Holwerd gefietst en hebben we ons heil gezocht op Ameland. Vroeger waren er op het eiland ook vakantiekolonies. Stadskinderen kwamen daar om aan te sterken en de gezonde zeelucht op te snuiven. Langs de Badweg zie je nog “ It Aude Kolonyhûs” voor katholieke kindertjes met de Egbertkapel er naast. In die kapel zijn op zondag vieringen en op dinsdag, woensdag en donderdag zijn er vespervieringen van de Cisterciënzers, die sinds kort weer op het eiland wonen. Ze zijn druk bezig met de voorbereidingen van de bouw van een klooster en zo draagt het eiland weer terecht de naam: oog = eiland van de schiere = grauwe monniken. Nu dragen ze een wit habijt met een zwarte band voor en achter. Ik heb één keer het laatste stukje van de completen meegemaakt, heel bijzonder op een eiland waar je in de natuur de werkende hand van de Schepper ervaart en dan in de kapel de monniken, die Gods lof zingen. Wat missen mijn seculiere landgenoten toch veel. Toch nieuwsgierig? De monniken hebben een uitstekende website met gedegen en uitvoerige informatie: http://kloosterschiermonnikoog.nl/
En wij? Wij hadden vijf heerlijke dagen op een eiland van rust en schone lucht en prachtige vergezichten en geurende rozen en goed eten. Wat wil je nog meer? En toch wordt al dat moois in de ogen van de Eilanders bedreigd. Er zijn plannen om bij het eiland proefboringen te gaan doen en vervolgens gas te gaan winnen. Die boortorens dragen niet bepaald bij aan de schoonheid van het eiland. Maar gaswinning kan ook leiden tot bodemdaling en aardbevingen zoals in Groningen. En daarom zie je op Schiermonnikoog bijna huis aan huis affiches hangen tegen de boortorens, die het landschap gaan ontsieren. Nog meer gas betekent ook meer CO2 in de atmosfeer, dus een warmer klimaat, dus zeespiegelstijging en dat is evenmin iets om als Eilander blij mee te zijn. Dus geen boortorens op Schiermonnikoog.
Dan maar liever mee met een huifkartocht getrokken door twee PK, twee oude dames/merries zoals de stuurvrouw ze noemde. Het was een dag met buien, maar in een huifkar zit je hoog en droog. Dachten we! Want tijdens zo’n bui reden we recht tegen de wind in en de regen blies van voor naar achter door de huifkar heen. Dan heb je thuis wat te vertellen, zei ik tegen een Duitse familie. En zo is het maar net.
Jaargang 9, Nr. 418.