Archive for augustus, 2016

Vrede in Colombia?

vrijdag, augustus 26th, 2016

NA 50 JAAR OORLOG TOCH VREDE?

Goed nieuws in de krant is nogal uitzonderlijk, maar in deze dagen mochten we het weer eens beleven. Na 50 jaar oorlog hebben de FARC en de Colombiaanse regering een vredesovereenkomst getekend. Ze hebben er vier jaar over onderhandeld op neutraal terrein, de Cubaanse hoofdstad Havanna. De achterban van de Farc en de bevolking van Colombia moeten de overeenkomst nog goedkeuren. Dat vraagt wederzijds vertrouwen. Mensen, die een dierbare hebben verloren in de strijd moeten genoegen nemen met straffeloosheid en die geldt ook voor paramilitairen, die er enorm op los gemoord hebben.. Wat te doen als een deel van de rebellen de guerrilla oorlog voortzet? Eerder had een deel van de rebellen zich overgegeven, maar ze werden door paramilitairen gewetenloos vermoord. Dan wordt vertrouwen moeilijk. De beweging gaat verder als politieke partij. Hoeveel stemmen gaat ze trekken? Zullen andere partijen meewerken?

Colombia is een typisch Latijns-Amerikaans land. Een paar rijke families van grootgrondbezitters, bankiers of mijneigenaren, ook een kleine middengroep en een massa kleine boeren, landarbeiders en mijnwerkers. Die kleine boeren gebruiken hun grond al heel lang van generatie op generatie. Ze beschouwen de grond terecht als hun eigendom, maar ze hebben geen eigendomspapieren. Ze kunnen niet aantonen, dat de grond hun eigendom is. Zo werden en worden ze door plantagebedrijven of mijnbouwondernemingen geholpen door paramilitairen van hun grond verdreven. Ze mogen blij zijn als ze het er levend van afbrengen. Het is nog steeds een probleem en kleine boeren worden nu geholpen door organisaties op kerkelijke basis, die hen vooral juridisch bijstaan. Cordaid Mensen met een Missie heeft een jonge vrouw uitgezonden, die bij die organisatie werkt. De FARC is oorspronkelijk opgezet om kleine boeren tegen de grote ondernemingen en de paramilitairen te beschermen. Ik vind het een sympathiek doel, maar niet mijn methode. Zo’n guerrillaorganisatie heeft natuurlijk geld nodig voor eigen levensonderhoud en voor wapens en munitie. Helaas zijn ze in hun methoden de fout ingegaan: ontvoeringen om het losgeld. afpersing en drugshandel. De vredesovereenkomst wekte grote blijdschap, want die ellende is straks voorbij.

Al die jaren heeft Pax Christi een bemiddelende rol gespeeld. Of hun werk geleid heeft tot onderhandelingen is mij niet duidelijk. De organisatie werkt bij alle bemiddeling zonder veel ophef. Je moet niemand voor het hoofd stoten en gezichtsverlies voorkomen. Over een maand zitten we midden in de Vredesweek en 21 september vieren we de Internationale Dag voor de Vrede. Mooi voor Pax dat er nu iets te vieren valt.

Jaargang 9, Nr. 425.

We hebben Toon

zaterdag, augustus 20th, 2016

LEUK SPEELTJE EN OOK NUTTIG

Wij hadden altijd al een thermostaat, die automatisch de temperatuur regelde voor de dag en de nacht en eventueel de tijd, dat je op bepaalde dagen afwezig was. Maar we zijn gepensioneerd, dus niet regelmatig afwezig. Er zat ook een vakantiestand op en de mogelijkheid, de verwarming tijdelijk wat hoger te zetten bij rillerig weer. Bij de wisseling van zomer- en wintertijd, moest je wel de tijd veranderen. Eigenlijk was er geen reden om een andere thermostaat te nemen.

Maar toen kwam de man van Eneco. We zijn klant van Eneco gebleven. De onderneming is van de grote energiemaatschappijen het meest op de duurzame toer. Bovendien baal ik enorm van de privatiseringsgolf, die Nederland (en Europa) overspoeld heeft. Zo iets belangrijks als energievoorziening moet je bij voorkeur niet aan particuliere ondernemingen overlaten. Hoge salarissen voor de top en hoe ziet die top het bedrijfsbelang en het belang van de klanten en het belang van het personeel en het belang van het milieu? Volgens mij zit dat bij Eneco redelijk goed.

Die man van Eneco kwam Toon aanprijzen. Toon is op de eerste plaats een thermostaat. Maar Toon kan als je slimme meters voor gas en elektriciteit heeft ook inzicht verschaffen in je energieverbruik. Een grafiek laat het elektriciteitsverbruik in de loop van de dag zien op het schermpje. De pieken bij de was of de afwas of het stofzuigen zijn dan duidelijk zichtbaar. Toon vergelijkt ook dagen en weken en maanden en geeft dat aan in KWh of in Euro’s. Het effect is, dat je veel bewuster wordt van je energieverbruik en de kosten ervan en dan wat zuiniger aan gaat doen. Waarom moeten lampen branden in een kamer waar niemand is? Waarom radio aanlaten als niemand luistert? Ons gasverbruik bleek nogal hoog. We hebben een zijmuur op het Noorden, waarvan de spouwisolatie niet meer werkt en we lieten de verwarming al vroeg beginnen, terwijl we niet meer vroeg naar ons werk moeten. Ons voornemen is dat gasverbruik toch omlaag te krijgen.

Toon laat ook zien of het regent en hoe hoog de buitentemperatuur is. Die gegevens haalt Toon van internet net als de buienradar. Als je op de weertegel drukt verschijnt er een minibuienradar, die je met een keer drukken iets groter krijgt en ernaast staan dan andere weergegevens als de vochtigheid, de luchtdruk en de gevoelstemperatuur. Deze functie wordt dagelijks meerdere keren geraadpleegd.

Via je Wifi staat Toon in contact met Internet, maar de slimme meters geven automatisch en meterstanden door aan de energiemaatschappij. Ik hoef niet meer één keer per jaar de kelderkast in te duiken gewapend met een zaklamp om de meterstanden op te nemen.

Voor mij was de belangrijkste reden om Toon gratis te laten installeren de mogelijkheid om de productie van de zonnecellen te laten zien in de loop van de dag en per dag of week of maand. En dat in KWh of in Euro’s. Ik heb mijn acht zonnecellen al heel lang en de kwaliteit is niet zo goed als van de huidige zonnecellen. Toch is het leuk te zien wat je ermee verdient. Alleen mijn zonneboiler is niet aangesloten. Dat kan, denk ik ook niet, maar als ik warm tapwater gratis van de zon krijg, ben ik al lang tevreden.

Ik moet van de dokter veel wandelen of fietsen. Een van de leuke dingen is, dat je steeds meer zonnecellen op de daken ziet. Langzaam maar zeker worden we milieubewuster, maar onze bijdrage valt helaas in het niet bij war grote industrieën zouden kunnen doen. Toen er deze zomer weer vreselijke regen- en hagelbuien vielen en iedereen ontzet reageerde, zei ik tegen iemand: “Dit hebben we veertig jaar geleden al voorspeld”. Nu voelen we het aan den lijve en velen ook aan de portemonnee, maar de link met ons milieugedrag wordt niet gelegd. Welke groep gedragspsychologen gaat dit nu eens fundamenteel onderzoeken?

Jaargang 9, Nr. 424.

Tweedeling in Nederland

vrijdag, augustus 12th, 2016

TWEEDELING IN KENNIS ZAL BLIJVEN

Mijn medegeograaf Josephine Bersee schreef in Opinie en Debat van de Volkskrant vanuit Hongkong een interessant artikel, maar raakte daarbij niet het werkelijke probleem. Zij stelt, dat de elite eens moet stoppen met zich zelf te verwijten, dat een deel van de bevolking in schoolse kennis achterblijft bij de rest. Zo kan de elite zich zelf over de ruggen van de ongeschoolden verrijken. Ze legt de schuld ook wel bij die laagopgeleiden zelf. Beseffen ze wel, dat inspanning nodig is om iets te bereiken? Maar, geeft ze toe, er zullen altijd mensen zijn, die het echt niet kunnen en die verdienen volop onze steun. Ze gaat ook in op de komst van buitenlanders, die op de arbeidsmarkt serieuze concurrenten kunnen worden en hun kinderen, die vaak in het onderwijs zeer ambitieus zijn. Hier spreekt haar ervaring in Hongkong heel duidelijk Zo kan er onder de laagontwikkelde Nederlanders een afkeer tegenover buitenlanders ontstaan als ze denken daardoor werkloos te blijven.

Bersee wijst terecht op het enorme succes van het Nederlandse onderwijs. Toen ik in 1946 naar de HBS ging, was ik een van de 5% van de Nederlandse jeugd, die naar Gymnasium, HBS of MMS ging. Nu gaat ongeveer 50% naar Vwo en Havo en stroomt vervolgens door naar Universiteit en Hogeschool. In sommige sectoren treden tekorten op, maar die blijven beperkt door de veel grotere deelname van vrouwen aan het arbeidsproces. Maar vanaf 12 jaar hebben de Vwo- en Havoleerlingen nauwelijks contact met hun leeftijdsgenoten op het Vmbo. Vaak beoefenen ze ook andere sporten. Bersee wijst er op, dat ze vaak ook in andere wijken wonen. Zo kan er wel degelijk een tweedeling ontstaan. Men heeft geen benul van het leven van die anderen.

Enkele problemen stipt Bersee niet aan. Er gaat nog steeds talent verloren, doordat sommige kinderen opgroeien in een milieu, waar geen studiecultuur bestaat. Ik ben er trots op 30 jaar gewerkt te hebben op een school, waar we kinderen uit zulke milieus door intensieve begeleiding wel hielpen te slagen voor hun Vwo- of Havodiploma. Maar er waren collega scholen, die hun deuren voor zulke kinderen gesloten hielden. En de adviezen van de Basisschool voor kinderen uit ‘lagere’ milieus waren en zijn nogal eens te laag. In toenemende mate vormen de kosten van verder studeren juist voor die groep studenten met financieel zwakkere ouders een probleem. Er is dus wel een zekere verantwoordelijkheid van de elite.

Veel van die Vmboleerlingen hebben dan niet zulke studiehoofden, maar ze hebben wel gouden handjes of ze zijn juist sociaal zeer intelligent. Helaas levert werk in de techniek of in de eenvoudige zorg een niet zo hoge status op. Ouders willen voor hun kind een witte boorden baan, terwijl er in ambacht en techniek vaak tekorten optreden. Ik kijk vaak met grote bewondering naar het werk van een eerlijke ambachtsman en praat er met lof over. Dat zouden we allemaal veel meer moeten doen. De eerder geschetste tweedeling maakt dat wel moeilijker.

De kern van de onvrede onder laagopgeleiden is de vrees, dat er steeds minder werk voor hen zal zijn. Al sinds de Tweede Wereldoorlog verdwijnt er werk. Dat komt door automatisering en robotisering en ook door verplaatsen van werkgelegenheid naar lagelonenlanden. Trump maakt zich daar erg druk over. Hij wil die productie terughalen naar de Verenigde Staten. Kennelijk weet hij niet, dat het al gebeurt. Intussen is die productie zo geautomatiseerd, dat er nog nauwelijks mensen aan te pas komen. Aan de ene kant gaan de onderdelen er in en aan de andere kant komen de pallets met in dozen verpakte producten eruit. In een moderne autofabriek zie je nauwelijks nog mensen. Als er zo weinig arbeid nodig is, kunnen de fabrieken evengoed in de Verenigde Staten of in Europa staan.

Die sterke automatisering betekende ook een verhoging van de arbeidsproductiviteit en als het goed was hogere lonen. Dus kon men meer kopen en dat betekende weer nieuwe werkgelegenheid. We kochten auto’s, we gingen vaker uit eten, in ons huis vind je een wasmachine, een vaatwasser, een Tv, maar ook meer kunst en we gaan vaker uit en verder en vaker op vakantie. Ik doe het schilderwerk niet meer zelf en voor het onderhoud van de tuin schakelen we af en toe een hovenier in. Maar vinden we steeds weer nieuwe goederen of diensten, die we wel willen kopen? Vertalen de gestegen winsten van de ondernemingen zich ook in hogere lonen? Of geldt de inkomensstijging alleen voor de topmensen? Blijven de ondernemingen de nationale overheden pressen om de winstbelasting laag te houden of blijven ze die winstbelasting ontwijken? Want daardoor kan de overheid minder gemakkelijk werk scheppen. Is het de elite, die dit alles bepaalt? Ik vrees van wel. De top bepaalt en de mensen met de betere banen profiteren mee. Schamen ze zich daarvoor? Wel nee. Ze vinden, dat het zo hoort en dat ze anders niet meetellen tussen al die topmensen. Het is eerder de intellectuele elite, die er vraagtekens bij zet en zich ook afvraagt of er een structurele werkloosheid voor laaggeschoolden is ontstaan. Dat zie je ook in de encycliek Laudato si, waarin Paus Franciscus laat zien hoe ons economisch-technologisch systeem leidt tot armoede hier en in de Derde Wereld. Maar hij ging als aartsbisschop ook op bezoek in de krottenwijken van Buenos Aires. Hij heeft de armoede met eigen ogen gezien.

Jaargang 9, Nr. 423.

Dialoog tussen doven?

zaterdag, augustus 6th, 2016

De discussie over wel of geen religie leidde nog niet tot dialoog 

De stroom van brieven in de rubriek “Opinie en Debat” van de Volkskrant over het geluk dat religie je kan geven of juist de narigheid, die religie veroorzaakt was heel boeiend. Maar wat leverde het op? Beide kampen verdedigden hun eigen standpunt en gingen over tot de orde van de dag. Men verdiepte zich nauwelijks in het standpunt van de ander en men streefde niet naar herkenning van wat wij allen gemeen hebben. Dat is jammer. We leven immers samen in dit land en de meesten van ons proberen er het beste van te maken. De stroom van brieven heeft tot nu toe nauwelijks tot een dialoog tussen religieus ingestelde mensen en seculiere medemensen geleid.

Als ik om mij heen kijk zie ik veel mensen, die op allerlei manieren goed werk doen. Sommigen doen dat vanuit een religieuze overtuiging, maar hoe seculiere mensen er toe komen is voor mij moeilijk te achterhalen. Vinden ze het gewoon belangrijk, dat er zo min mogelijk narigheid is? Ik weet het niet. Worden ze geïnspireerd door bijzondere mensen of door bepaalde geschriften? Ik weet het niet. Zouden religieuze mensen en niet religieuze mensen elkaar nu eens kunnen vertellen hoe ze er toe komen aan een betere wereld te werken? Zou er zo meer begrip voor elkaar kunnen ontstaan en wat minder elkaar verketteren? Moge het zo zijn.

Waarom stuurde ik bovenstaande brief naar de Volkskrant? Natuurlijk op de eerste plaats omdat de manier van reageren op elkaar in alle negativiteit mij getroffen heeft. We schieten er helemaal niets mee op. Alleen medestanders worden bevestigt in hun mening. Daarnaast is er bij mij altijd de belangstelling voor wat mensen beweegt. Wat drijft mensen? Die kennis vormt voor mij een bron van inspiratie. Goed voorbeeld doet goed volgen. Als je weet, wat mensen drijft, kun je ook beter met hen samenwerken. Je kunt beter op elkaar inspelen. Als je iets nieuws wilt beginnen of binnen een organisatie iets wilt bereiken kun je aan die kennis argumenten ontlenen.

In een vorige column liet ik zien, dat je bij de verklaring van ruimtelijke diversiteit ook moet kijken naar de waarden van de bewoners van een gebied. Kennis van de motieven van mensen bij hun handelen heeft dus ook wetenschappelijke waarde. Bedrijven geven handenvol geld uit aan marktonderzoek. Wat drijft mensen om hun producten wel of niet te kopen? Hoe beter je je klanten kent, hoe beter je op hun verlangens kunt inspelen en hoe meer geld je verdient. Kennis van de motieven van mensen heeft daarom ook economische waarde. Ik heb genoeg politieke ervaring om te weten hoe belangrijk het is te weten met welke motieven een partij de kiezers kan overtuigen. Een krant doet regelmatig lezersonderzoek, want de redactie wil de wensen van de abonnees kennen. Als ik de achtergronden van het nieuws wil weten, dan krijg ik bij mijn krant achtergrondartikelen. Het is dus echt niet zo vreemd, dat ik als religieus geïnspireerd mens mijn seculiere medeburgers beter wil begrijpen.

Allemaal onzin, want wij moderne mensen streven heel pragmatisch naar de beste oplossing en daarbij spelen allerlei hogere motieven geen enkele rol. We onderzoeken wat de beste oplossing is voor een probleem en die oplossing kiezen we. Wat is het geniepigheidje? De keuze van je doelstelling is niet waardenvrij. Daarbij kan eigenbelang of partijbelang of economisch belang een rol spelen. Je ziet het bij bedrijven. Ze streven naar winstmaximalisatie. Ze zouden ook kunnen streven naar continuïteit of naar tevreden werknemers of naar duurzaamheid van het product en het productieproces. De doelstelling van het bedrijf kan heel verschillend zijn en die keuze wordt beïnvloed door de opvattingen van de beslissers over wat het begrip bedrijfsbelang inhoudt. Maar staat winstmaximalisatie en een hoge beurskoers voorop dan is de kans groot, dat het belang van de werknemers in de knel komt: lage lonen, slechte arbeidsvoorwaarden, massaontslagen.

Het is al een oude discussie. Moet je je leerlingen kritisch maken en ze goed laten zien wat er allemaal fout is in de wereld of moet je gewoon “objectief” de geografie van een land beschrijven? Nogal wat collega’s vonden het laatste. Ze beseften niet, dat je zo de bestaande situatie als “normaal” beschrijft. Zo hoort het en dat is allesbehalve objectief.

Dus beste seculiere medeburgers leg je innerlijke roerselen eens bloot. Verschuil je niet achter de objectiviteit van het pragmatisme of achter de opvatting, dat het gewoon onmogelijk is uit te maken wat het verschil is tussen goed en kwaad. Kruip uit je schulp. Misschien heb je echt geen idee. Kom daar dan eerlijk voor uit.

Jaargang 9, Nr. 422.