Archive for augustus, 2008

Rond de Oostzee nauwelijks Euro’s

zaterdag, augustus 30th, 2008

Heimwee naar de Euro 

In 19 dagen rond de Oostzee, dat was me het reisje wel! Met een bus reisden we van Groningen naar Wismar, een leuke stad in het Noorden van Duitsland en bekeken de volgende dag Rostock, waar nog veel sporen zijn van de Hanze, het thema van de reis. Via Szczechin ging het naar Gdansk, dat met zijn gevels er erg Hollands uitziet. Maar helaas is het niet echt oud, maar na de verwoestingen van de Tweede Wereldoorlog in de oude stijl weer opgebouwd. Vrij dicht bij Gdansk ligt het kasteel Malbork. Het Russische gebied rond Kaliningrad binnen komen vergt veel geduld en of dat nu eigenlijk de moeite waard is, valt te betwijfelen, want de stad is na alle vreselijke verwoestingen niet echt veel bijzonders. Zo ging het verder via Vilnius, Riga, Tallinn, Helsinki, Stockholm, Kalmar, Malmö, Kopenhagen en Hamburg terug naar Groningen.

Het was een vermoeiende reis met een overvloed aan indrukken, die wij allemaal nog moeten verwerken. Wat echter vooral opviel, was, dat we elke keer weer een ander soort geld moesten gebruiken, want alleen in Duitsland en Finland wordt de Euro gebruikt. En elke munt heeft weer een andere waarde ten opzichte van de Euro. Dus moet je elke keer weer bepalen hoeveel geld je voor een drankje, de lunch, souvenirs, ansichtkaarten en postzegels nodig denkt te hebben. Dan blijkt echter, dat de prijzen in Euro’s in de Baltische staten laag liggen, maar in Finland, Zweden en Denemarken is dat niet het geval en daar had je dus weer veel meer nodig. Het was elke keer een hele uitzoekerij en enkele keren kochten we in een supermarkt maar allerlei nuttige dingen als limonade of fruit of koekjes om het geld op te maken. Kunt u zich voorstellen, dat we heimwee naar de euro kregen? Ik zei tegen mijn medereizigers, dat al die mopperaars over de Euro verplicht deze reis zouden moeten maken, zodat ze eindelijk zouden begrijpen hoe nuttig een gemeenschappelijke munt is en hoe lastig al dat wisselen is evenals het elke keer weer ander geld te moeten pinnen. Maar je kon ook goed merken, dat met name de Baltische staten economisch achter lopen en dus nog niet rijp zijn voor de Euro. 

De rel rond Wijnand Duyvendak: een commentaar

vrijdag, augustus 8th, 2008

Is Wijnand Duyvendak opeens geen integer kamerlid meer? 

GroenLinks Tweede Kamerlid Wijnand Duyvendak heeft nogal wat commotie veroorzaakt met zijn bekendmaking, dat hij dertig jaar geleden betrokken was bij een inbraak in het Ministerie van Economische Zaken. Rechtse partijen smullen bij dit buitenkansje. Een kamerlid maakt wetten en dus hoort hij zich aan die wetten te houden. En dan nog wel een inbraak en ook nog in een ministerie. Wat zou het opwindend zijn als alle kamerleden nu eens hun grote en kleine wetsovertredingen zouden opbiechten. Dat zou wekenlang de dagbladen kunnen vullen. Wie zonder zonde is werpe de eerste steen. 

Waar ging het eigenlijk om? Het ministerie werkte in het geheim aan plannen voor kerncentrales, waar een democratisch gekozen meerderheid tegen was. Dat wist van Aardenne, de toenmalige minister. Geen wonder, dat hij in de problemen kwam, toen door het openbaar maken van de gestolen geheime stukken zijn stiekeme plannen bekend werden. De minister zat dus helemaal fout. Een onwettig middel werd gebruikt om de onjuiste handelwijze van de minister aan de kaak te stellen. Maar was er toen al een wettelijk middel zoals de huidige Wet Openbaarheid Bestuur? Daarvan maken actiegroepen nu veelvuldig gebruik van. 

De sfeer was toen geheel anders. Het leek of er een soort oorlog aan de gang was tegen een anoniem verbond van de industrie, de energieondernemingen, de politiek en de technische wetenschappers en misschien ook nog bepaalde militairen, die vorstander waren van kernwapens. Zoiets als het Militair Industrieel Complex, zoals het door polemologen genoemd werd. Tegen die anonieme macht moest gestreden worden. Het werd een beetje geromantiseerd. Zo werd het vergelijkbaar met het werk van de ondergrondse tijdens de Tweede Wereldoorlog. Die handelden ook voortdurend in strijd met de toenmalige wetten. Ze worden nu als helden gezien. Ik kan mij dus best voorstellen, dat Wijnand nog steeds een beetje trots is op het resultaat van dat onwettig handelen. 

De atoomlobby is opnieuw actief en nog steeds gelden dezelfde bezwaren. Er zijn nog geen intrinsiek veilige kernreactoren. Het afvalprobleem is niet structureel opgelost. De winning van uraniumerts brengt nog steeds risico’s met zich mee voor de mijnwerkers en het mijnafval is nog steeds een probleem voor de omwonenden en de hoeveelheid uranium in de wereld is nog steeds beperkt. Al deze problemen het hoofd bieden maakt kernenergie erg kostbaar. Maar de discussie wordt nu wel meer in de openbaarheid gevoerd en er zijn meer juridische instrumenten om de strijd te voeren dan dertig jaar geleden. De inzichten zijn nu meer gemeengoed geworden. Men heeft geleerd naar elkaar te luisteren. De techniek heeft inmiddels zoveel schade veroorzaakt, dat beleidsmakers voorzichtiger worden. Een echt structurele oplossing lijkt nog niet in zicht. We nemen ons internationaal veel voor, maar van alle plannen komt weinig terecht. 

Misschien dat het daarom erg goed is, dat dit boek verschijnt. Misschien stemt het tot nadenken. Beleidsmakers realiseren zich, dat ze zo integer moeten opereren, dat zij geen onwettige praktijken uitlokken. Overigens zal men dan eerder proberen in de computers in te breken. 

Wat mij vooral verbaast is, dat die inbraak dertig jaar geleden zo gemakkelijk was en dat de betreffende documenten ook zo gemakkelijk gevonden werden. Voorlopig genoeg onthullingen van Wijnand Duyvendak.

Aspecten van de A12 Salto problematiek

zondag, augustus 3rd, 2008

ASPECTEN VAN EEN VERBINDING VOOR HOUTEN MET DE A12

1.    In het Streekplan van de provincie wordt indicatief een verbinding aangegeven, die Houten moet ontsluiten in Oostelijke richting. Maar Houten krijgt uit oostelijke richting nauwelijks verkeer. Wat kleine aanpassingen van de bestaande N410 kunnen volstaan. De verkeerstromen van en naar Houten zijn vooral gericht op de stad Utrecht en op Nieuwegein en daardoor zijn de Staart en de Utrechtseweg/Houtenseweg/Laagraven overbelast. Dat werkt inmiddels door tot op de Rondweg van Houten. Uit het MER blijkt de beste oplossing voor dit probleem NIET het Rijsbruggerweg tracé, maar de Meerpaalvariant. Die geeft een snelle verbinding met de A27 Zuid en met Nieuwegein. Daardoor worden de Staart en de Houtenseweg ontlast. Het verkeer naar Utrecht kan vlotter verlopen en Houten heeft twee aansluitingen op het rijkswegennet. In stukken over de verbetering van de A27 Zuid wordt ervan uitgegaan, dat deze verbinding er komt. Hoge kosten spelen kennelijk geen rol. Het is verbijsterend, dat de Stuurgroep daaraan voorbij gaat.

 

2.     Realisatie van het Rijsbruggerwegtracé betekent een enorme toename van de     problemen op de A12. De rapporten spreken over 60% meer vertraging voor het verkeer in de ochtendspits uit de richting Arnhem. Vrijdagmiddag, 6 juni 2008 kostte het traject De Meern – Odijk over de A12 een uur, normaal is dat een kwartier. Als het verkeer richting Houten dan ook nog van de hoofdrijbaan gebruik gaat maken, wordt dit alleen maar erger. Een goede doorstroming op de A12 is niet alleen een provinciaal belang, maar tevens een nationaal en internationaal belang.

 

3.      Iemand maakte gedeputeerde Ekkers onlangs in een persoonlijke brief attent op de mogelijkheid de A12 veel minder te belasten met verkeer van en naar Houten. Voor een aansluiting via het Mereveldseweg tracé is slechts één simpele oplossing door middel van lussen onderzocht. Daarbij zelfs een 800 meter lange lus, maar het verkeer zou snel vastlopen op de weefvakken. Er is een model ontwikkeld, waarbij het weven vermeden wordt, vergelijkbaar met wat je ziet bij de knooppunten Rijnsweerd en Oudenrijn.

 

4.        In het MER wordt ervan uitgegaan, dat de Achterdijk via een viaduct over de nieuwe weg zal gaan. Daarvoor is geen geld. Bovendien wil men Fort Vechten ontsluiten via de nieuwe weg en de Achterdijk. Dat zal dan enorm veel sluipverkeer geven via de Koningsweg en de Laan van Maarschalkerweerd. Het busvervoer op de N411 zal ernstig vertraagd raken. Het Mereveldseweg tracé biedt een eenvoudiger oplossing voor de ontsluiting van Fort Vechten.

 

5.    Het aansluitingspunt op de A12 via het Rijsbruggerweg tracé is uiterst problematisch door te weinig ruimte en de aanwezigheid van een te verbreden spoorlijn, de uitrit van het benzinestation, het waterwingebied en de afrit Bunnik. Ik heb sterk de indruk, dat de technici dat maar al te zeer beseffen, maar dat de politici blindelings de eenmaal ingeslagen weg blijven bewandelen.

 

6.      Het Rijsbruggerweg tracé betekent een nieuwe doorsnijding van een kwetsbaar landschap. Het geeft barrièrewerking en de weg tast een fraai fossiel Rijndal aan en loopt door een gebied van grote archeologische waarde.

 

7.      Niet alleen de gemeente Houten kent verkeersproblemen, de gemeente Bunnik evenzeer. Het nu voorgestane plan zorgt alleen maar voor verergering van de problemen en biedt geen enkele oplossing van het doorgaande verkeer Zeist-Bunnik-A12 v.v..

Kijk ook bij de Columns van de week

zaterdag, augustus 2nd, 2008

Gesprek met Wethouder Jan van Geest

Op woensdag, 30 juli 2008 had ik een gesprek met Wethouder Jan van Geest van de gemeente Bunnik, vooral over de A12 SALTO problematiek. Ik kreeg nogal wat nieuwe informatie. Jan heeft veel vertrouwen in de partners in het project, die van goede wil zijn bij het oplossen van de Bunnikse verkeersproblemen. Leest u maar!

Er zijn meer columns aan de A12 SALTO problematiek gewijd.

Op 9 maart 2008: Een Autoriteit Planning en Onderzoek.

Op 19 april 2008: Kunstwerk bedreigd.

Op 29 mei 2008: Een kwaliteitskeur voor de sector Ruimtelijke Onderzoek.

Op 28 juni 2008: Weer eens het Rijsbruggerweg tracé.

Gesprek met Wethouder Jan van Geest

vrijdag, augustus 1st, 2008

Nieuwtjes over A12 SALTO 

Na de publicaties in het Bunniks Nieuws, met name over het Mereveldseweg tracé, schreef ik een persoonlijke brief aan wethouder Jan van Geest. Ik vond het onaangenaam, dat het leek, dat aan mijn ideeën geen enkele aandacht werd geschonken door het gemeentebestuur. Ik kreeg immers geen enkele reactie, ook niet op de door mij ingezonden zienswijzen. Daarop nodigde de wethouder mij uit voor een gesprek.

De wethouder begon mij uit te leggen wat de strategie is van het college. Men wil een tracé, dat zo weinig mogelijk het landschap aantast en men wil er voor de eigen gemeente zoveel mogelijk uitslepen. Daarbij gaat het om de Bunnikse verkeersproblemen. Het vele doorgaande verkeer op de Julianalaan in Bunnik en het vele sluipverkeer in het buitengebied en de drukte op de N410 tussen Houten en Odijk. De wethouder meent, dat het Rijsbruggerweg tracé onafwendbaar is. Hij heeft de stellige indruk, dat de partners serieus bereid zijn mee te werken aan de oplossing van de Bunnikse problemen en zeker ook de voorzitter van de Stuurgroep, de Utrechtse wethouder de Weger.Op beide problemen wordt nu gestudeerd. Hij laat dat liever over aan deskundigen van buiten al kent hij de ideeën, die in Bunnik leven.

Ik informeerde naar de kruising met de Achterdijk. In de officiële stukken is een viaduct getekend in de Achterdijk over de nieuwe weg en alle berekeningen over de te verwachten verkeersstromen gaan uit van zo’n viaduct. Het college vindt, dat een dergelijk viaduct met opritten te veel zou detoneren en kiest voor een fietstunnel en een kruising voor landbouwverkeer. Het college wil niet dat Fort Vechten wordt ontsloten vanaf de nieuwe weg via de Achterdijk noch via een nieuwe weg parallel aan de A12. Zo zou een nieuwe sluiproute worden geschapen. De Achterdijk wordt dus voor automobilisten geknipt. Werkhovenaren kunnen straks niet meer via de Achterdijk naar Utrecht.

Ik legde de wethouder uit, dat het geplande tracé zeer onnatuurlijk ligt, namelijk op de bodem van de vroegere rivier in plaats van op de hogere oeverwal. De schade aan de aardkundige waarden is dus maximaal en ik overhandigde hem het manifest ter bescherming van aardkundige waarden, dat enkele jaren geleden door een groot aantal wetenschappelijke, landschapsbeschermende en toeristisch organisaties is uitgebracht. Ik wijs hem er op, dat dit ook gebruikt kan worden bij de besprekingen rond het bestemmingsplan buitengebied. Aardkundige waarden verdienen daarin bescherming en dat is nodig, zo is meerdere malen gebleken.

Samen bekijken we de Mereveldoplossing op de kaart. Ik merk, dat de wethouder het model nog niet echt bekeken heeft. Uiteindelijk geeft hij toe, dat het verkeerskundig kan en waarschijnlijk minder problemen op de A12 zal veroorzaken. De lus om de A12 op te draaien vraagt veel ruimte. Die is er, maar is er dan genoeg vervangende ruimte? Ik denk van wel, maar het moet worden nagegaan. Is het niet veel duurder? Ik denk van niet, want bij Bunnik komt een zeer gecompliceerd viaduct en hier zijn twee kleine viaductjes nodig. Het viaduct over het spoor zal toch verbreed moeten worden om de capaciteit van knooppunt Lunetten te verhogen. Maar de tunnel onder het spoor in de Noordelijke rondweg zou verdubbeld moeten worden. Dat werd in het zeer onbetrouwbare Grontmij rapport gezegd. Ik acht dat onwaarschijnlijk omdat een keuze voor de Utrechtseweg voor het verkeer uit Westelijk Houten waarschijnlijker is.

Maar ik houd er rekening mee, dat er bij Bunnik een dubbele aansluiting komt. Dan is bij Mereveld ook mogelijk. Dat geeft dan zoveel meer verkeer op de Noordelijke rondweg, dat deze tunnel wel degelijk verdubbeld moet worden. Eigenlijk zijn er geen zwaarwegende bezwaren tegen het Mereveldseweg tracé. Als het doorgerekend wordt en het levert minder filevorming op de A12 vormt het een ijzersterk argument het Rijsbruggerweg tracé af te wijzen als de Bunnikse problemen niet worden opgelost.

We spraken ook over her Raaphofse Bos, een Rijksnatuurmonument. Er zou een bewoonde dassenburcht zijn en in het Milieu Effect Rapport wordt dat aangenomen, terwijl de MERcommissie zelfs nadrukkelijk zegt, dat daarom een oplossing dichterbij het Raaphofse bos niet kan. Maar er zijn geen dassen! Toch is het bos zeer waardevol, want op de essenstobben komen 65 verschillende schimmels voor. De wethouder is verbaasd, dat dit bos en het Raaphofse pad niet opgenomen zijn in het Nationaal Landschap Rivierengebied.

Dat was een interessant gesprek op die woensdagochtend. Ik ben er zeker wijzer van geworden en ik hoop, de wethouder ook.