Archive for the ‘Parochiekontakt en seksualiteit’ Category

Over misbruik van kinderen

donderdag, april 29th, 2010

Onderstaand artikel werd eerder gepubliceerd in het aprilnummer van het parochieblad van de Paus Johannes XXIII parochie “Open Venster”, editie H. Nicolaasgeloofsgemeenschap Odijk. Het werd geschreven kort nadat de eerste berichten over misbruik waren gepubliceerd. Nadien wijdde ik twee keer mijn Column van de Week aan dit onderwerp. Zie de betreffende rubriek. Een van mijn lezers belde mij na een week aarzelen op. Zij vertelde over haar dochter, die gehuwd is met haar schoondochter en waardeerde het zeer, dat op deze wijze over dit onderwerp in een parochieblad wordt geschreven. 

Meten met twee maten

John Jorna 

De kranten staan er vol van. Onze kerk is in het nieuws, maar niet bepaald positief. Vroeger dacht je, dat er eigenlijk maar één zonde bestond, die van onkuisheid. Die blijkt er volop geweest te zijn, maar op een andere manier dan we toen dachten. Terwijl de media overstromen van berichten over seksueel misbruik van minderjarigen door priesters, fraters en nonnen, heeft de kerk een grote mond over homo’s en lesbiennes, die elkaar liefhebben en daar geen geheim (meer) van maken. Wat moeten we daar nu van vinden? 

Pedofilie
In situaties, waar veel kinderen bij elkaar zijn, moet je altijd attent zijn op de mogelijkheid, dat iemand van de leiding niet met zijn vingers van de kinderen kan afblijven. De laatste jaren is de publieke verontwaardiging over het verschijnsel sterk gegroeid. Pedofielen kunnen na het uitzitten van hun straf niet meer naar hun vroegere woonplaats terug. Op Internet verschijnen sites, waarop pedofielen met name genoemd worden en met een foto erbij. Soms vraag ik mij af of al die boosheid van mensen uit hun omgeving de gevolgen voor de slachtoffers niet verergert. Lang niet alle pedofielen zijn boosaardige wezens. Anders zouden ze niet zo gemakkelijk het vertrouwen van de kinderen kunnen winnen. Maar waar ligt de grens tussen onschuldige vriendschap en onaanvaardbare handelingen?

Het is inmiddels wel duidelijk, dat die grenzen in een aantal internaten ver overschreden zijn. Het is goed, dat dit onderzocht wordt, want dan kunnen de slachtoffers zo nodig en weliswaar laat toch nog hulp krijgen bij de verwerking van hun trauma. Het zou mij niet verwonderen als uit het onderzoek blijkt, dat sommige daders als kind zelf slachtoffer zijn geweest.

Wat mij echter zeer verbaast, is, dat oversten en bisschoppen vaak wel degelijk geweten hebben van dit misbruik, maar geen echte maatregelen hebben genomen om voort te gaan op het slechte pad te voorkomen. Zouden ze echt gedacht hebben, dat met een keer biechten alles voor elkaar is? De misbruikers werden elders gewoon weer benoemd en vaak konden ze daar opnieuw hun gang gaan. Als priester bleven ze voorgaan in de H. Eucharistie. Als dat geen ontwijding van het Lichaam en Bloed van Christus is, dan weet ik het niet. 

Protesterende homo’s
Volgens een Vlaamse pastoor in het Noord-Brabantse Reusel zou de openlijk homofiele carnavalsprins niet te communie mogen gaan. Hij zou een kruisje kunnen krijgen, maar niet de H. Hostie. De prins bleef dus maar zitten. Intussen werd hij er wel publiekelijk als zondaar neergezet. Wie is er nu begonnen met een publiek protest tijdens een Eucharistieviering?
Ik ga niet opnieuw uiteenzetten waarom ik vind, dat twee homo’s of twee lesbiennes, die elkaar liefhebben, alles voor elkaar over hebben, er voor elkaar zijn en elkaar trouw zijn Gods liefde en trouw waardig zijn en gerust te communie mogen gaan. Als zij dat zelf vinden, mogen ze dat van de kerk ook. Daarom is die openlijke weigering van die Reuselse pastoor ook zo wonderlijk.
Als bisschoppen of priesters zelf kinderen zouden hebben met de kans, dat een daarvan homo of lesbienne is, zouden ze misschien beter begrijpen, wat ze met hun hardvochtige oordeel aan leed veroorzaken. Die homo’s zijn onze homo’s, onze kinderen of familieleden of vrienden of collega’s of medeparochianen. Kom eindelijk eens bij de tijd en waardeer mensen om hoe ze zijn en niet om wat ze zijn.
P.S. Na voltooiing van dit artikel werd het mogelijk, dat homo’s zelf beslissen of zij te communie willen gaan. Hun  zal de communie niet geweigerd worden.

Ethische dilemma’s in je werk

donderdag, april 24th, 2008

Klokkenluiders; moedige mensen

John Jorna 

Volgens de Atlas van Europese Waarden voert slechts ruim een kwart van de Nederlandse werknemers orders van de baas klakkeloos uit ook al zijn ze het er niet mee eens. Kennelijk laten Nederlanders hun geweten niet thuis als ze naar hun werk gaan. Soms wil je baas je iets laten doen, dat strijdig is met de wet. Een dubbele boekhouding voeren om de belastingen te kunnen ontduiken. Chemisch afval illegaal dumpen in plaats van het naar een afvalverbranding te vervoeren. Je niet houden aan de voorschriften bij het werken in de laboratoria bij de kerncentrale in Petten.  Rommelen met de bouwvoorschriften. Ad Bos moest een dubbele boekhouding voeren om de aanbestedingen te kunnen manipuleren. Het kostte de gemeenschap miljoenen extra in de wegenbouw. Nu heeft hij zijn huis moeten verkopen om allerlei proceskosten te kunnen betalen. Een baan krijgt hij niet meer. Als je dat weet, vergt het veel moed om klokkenluider te zijn.Soms gaat het helemaal niet om handelingen die strijdig zijn met de wetten van de staat, misschien wel met Gods wetten. Hoe ga je als werknemer om met het IND-beleid? Werk je mee aan uitzetting van asielzoekers, als dat volgens de wet kan, maar strijdig is met jouw besef van rechtvaardigheid? Wat doe je als controleambtenaar van de sociale dienst als je twee tandenborstels telt bij een alleenstaande moeder met een bijstandsuitkering? Het zijn gewetensvragen.Vroeger kon je vrijstelling krijgen voor militaire dienst. Je kreeg dan vervangende dienst. Je kreeg niet zo maar vrijstelling. Je moest jouw motieven om dienst te weigeren toelichten voor een commissie. Die stelde jou soms strikvragen. Bijvoorbeeld: Een misdadiger dreigt jouw kind te vermoorden. Je hebt een pistool bij de hand. Schiet je hem neer? Als je dan ja antwoordde, dan verviel jouw argument, dat je als militair geen andere mensen zou willen doodschieten. Vanzelfsprekend waren er tussen de dienstweigeraars mensen, die liever gelijk veel wilden verdienen en carrière wilden maken in plaats van in dienst te gaan. Je mag dus nooit gewetensbezwaren aanvoeren om op die manier van een lastige klus af te komen, waar je dan bovendien een ander mee opzadelt.Met gewetensvragen kun je als kerkelijk bedienaar ook te maken krijgen. Spreek je de zegen uit over een levensverbintenis van twee homo’s of twee lesbiennes? Weiger je een gescheiden iemand de communie? Dat komt nog voor! Geef je iemand een kerkelijke begrafenis als je weet, dat de gestorvene is overleden na euthanasie?  Zoals altijd moet je een gewetensbeslissing nemen. Wat gaat voor, de kerkelijke regel of het gebod van liefde en barmhartigheid? Zulke beslissingen vergen een zorgvuldige afweging. Keihard de regels uitvoeren kan ernstige schade veroorzaken aan het levensgeluk van mensen. Sommige mensen hebben een ruim geweten. Voor hen kan alles of bijna alles. Anderen hebben juist een nauw geweten. Ze zijn vreselijk bang iets verkeerd te doen en houden zich aan een bepaalde interpretatie van bijbelse voorschriften. God zorgt voor jou en stelt jou soms op de proef door jouw kinderen ziek te maken. Maar ja, dat is Gods wil en daartegen mag je je niet verzetten door jouw kinderen te laten inenten tegen kinderverlamming. Vaak houdt de wetgever rekening met dergelijke opvattingen. Een arts is niet verplicht om mee te werken aan abortus of euthanasie. Soms zal hij verwijzen, maar ook daartoe is hij niet verplicht. Sommige protestanten vinden, dat je tegen Gods wil ingaat als je je verzekert tegen ziektekosten. Dat hoeft dan niet, maar ze moeten wettelijk wel eenzelfde bedrag als de premie sparen. De overheid dwingt mensen niet om tegen hun geweten in te gaan.Toen in Nederland het huwelijk werd opengesteld voor homo’s en lesbiennes, bleken er ambtenaren van de burgerlijke stand, die daaraan niet mee wilden werken. Weigerambtenaren worden ze genoemd. Veel voorstanders van het homohuwelijk reageerden verontwaardigd. Die ambtenaren moesten maar ander werk krijgen en in het geval van vacatures kwamen mensen met dergelijke opvattingen niet in aanmerking voor de functie van ambtenaar van de burgerlijke stand.Daar had ik moeite mee. Terecht eisen homo’s hun recht op een huwelijk op. Waarom gunnen ze dan een ander niet het recht op een andere opvatting? Waarom wil je die weigerambtenaren dwingen op straffe van ontslag of uitzetting uit hun functie om tegen hun geweten in te gaan? Is dat geen gewetensdwang? Moeten ambtenaren van de burgerlijke stand uit een conservatief christelijk milieu hun geweten maar thuis laten als er die dag een homohuwelijk op de rol staat? In het begin van dit artikel zagen we, dat het juist zo belangrijk is, dat mensen gewetensvol hun werk doen. Wie maakt eigenlijk uit wat jouw gewetensbeslissing moet zijn? Dat ben je zelf al moet je daarbij wel zorgvuldig te werk gaan en luisteren naar wat de kerk ons leert en wat de algemeen geldende opvattingen zijn in onze samenleving. Voltaire heeft eens gezegd: “Ik verafschuw wat u zegt, maar ik zal alles doen om uw recht het te zeggen te verdedigen.” Je zou ook kunnen zeggen: “Ik verafschuw uw opvattingen, maar ik zal alles doen om uw recht overeenkomstig die opvattingen te leven te verdedigen” Dat alles overigens binnen de grenzen van de wet. 

Dit artikel verscheen in Parochiekontakt van februari 2008.

Reactie op publicatie van de Congregatie voor de Geloofsleer

donderdag, maart 6th, 2008

Ondertekend door de huidige paus, toen nog Joseph Kardinaal Ratzinger, prefect van de Congregatie van de Geloofsleer werd in juni 2003 het stuk gepubliceerd, waaraan het Utrechts Nieuwsblad toen aandacht beteeedde. Zie hieronder. De vertaling van het Vaticaanse stuk verscheen in november 2003 in Kerkelijke Documentatie en in Parochiekontakt van februari 2004 publiceerde ik onderstaand commentaar.

Liefde

 

 

“Al spreek ik de taal van mensen en engelen – als ik de liefde niet heb, ben ik een galmend bekken of een schelle cimbaal. Al heb ik de gave van de profetie, al ken ik alle geheimen en alle wetenschap, al heb ik het volmaakte geloof, dat bergen zou kunnen verzetten – als ik de liefde niet heb, ben ik niets.” I Kor. 13, 1 – 2. 
 
Op 3 juni 2003 publiceerde de Congregatie voor de Geloofsleer in Rome met goedkeuring van Paus Johannes Paulus II een stuk met de titel “Beschou­wingen over voorstellen om verbintenissen tussen homoseksuele mensen voor de wet te erkennen”. Parochiekontakt schonk er eerder aandacht aan in september 2003.
Al in de inleiding vinden we de waarschuwing, dat de beschouwingen geen nieuwe leerstellige elementen bevatten. Dat maakt het stuk overduidelijk waar. Terwijl je zou mogen hopen, dat gelovige homoseksuelen en hun ouders, andere familieleden en vrienden nu eens met liefde en begrip herder­lijk tegemoet zouden worden getreden. Niets van dat al.

Positieve elementen

Het stuk roept op mensen met homoseksuele neigingen met respect, begrip en fijngevoeligheid te behandelen. Men moet iedere vorm van onrechtmatige discriminatie vermijden. Het lijkt of men vriendschap tussen homoseksuelen wil toestaan, mits zij kuis zijn en blijven.
Als de Schrift homoseksuele handelingen een ernstige verdorvenheid noemt mag men daaruit natuurlijk niet afleiden, dat allen, die aan deze afwijking lijden er persoonlijk verantwoordelijk voor zijn.

Hard en veroordelend van toon

De eerste zin luidt: “Homoseksualiteit is een verontrustend verschijnsel, ook in landen waar het in het rechtssysteem geen duidelijke rol speelt.”  In het stuk wordt de homoseksuele neiging “objectief ongeordend” genoemd. Ver­bintenissen hebben een immoreel karakter. De openbare zedelijkheid mag niet in gevaar worden gebracht. Het is een ernstige verdorvenheid en homo­seksuele handelingen zijn in wezen ongeordend. Het stuk richt zich vooral tegen de openstelling van het burgerlijk huwelijk voor mensen van hetzelfde geslacht. Het leidt tot devaluatie van het instituut van het huwelijk,

Verouderde inzichten

Over het wezenlijk karakter van homoseksualiteit bestaat geen echte duide­lijkheid. Is het een erfelijke eigenschap of krijgt iemand het vanaf zijn ge­boorte mee? Het Vaticaanse document hinkt op twee gedachten. Mensen hebben die eigenschap nu eenmaal, maar jonge mensen kunnen er ook toe overgehaald worden. In mijn denken ga ik ervan uit, dat de homoseksuele man of vrouw een variëteit van de menselijke soort is, zoals er zwarte en witte mensen, blonde en donkerharige mensen zijn.
Het huwelijk wordt gezien als een instituut gericht op de voortplanting van de menselijke soort. Inderdaad geen nieuw leerstellig element. Nog in mijn verlovingstijd, dus jaren geleden raakten we in onze Ecclesiagroep in een heftige discussie. Volgens vrijwel iedereen was het wezen van het huwelijk de onderlinge liefdesband. Ik verwoordde het standpunt van de Kerk. Het huwelijk is in wezen gericht op het krijgen en opvoeden van kinderen. Onze nakomelingen behoeven nu eenmaal langdurige zorg van hun ouders voordat ze zelfstandig door het leven kunnen gaan. Dat vraagt een langdurige vaste verbintenis tussen de ouders. We werden het erover eens, dat de onderlinge liefdesband daarvoor een voorwaarde is.
Het standpunt van het Vaticaan wordt vaak bepaald door de situatie in Italië.Italië heeft in Europa de laagste vruchtbaarheid. Er sterven in Italië jaarlijks meer mensen dan er kinderen geboren worden. Dat ligt natuurlijk niet aan het percentage homoseksuelen. Echtparen krijgen veel minder kinderen dan nodig is voor een constant inwonertal. Gehuwde vrouwen moeten werken om een voldoende hoog gezinsinkomen te kunnen bereiken en er zijn te weinig opvangmogelijkheden voor de kinderen van die moeders. Het Vaticaan maakt zich ongerust over die situatie. Daarnaast zijn er ook in Italië steeds meer echtparen, die kiezen voor een vrijwillige kinderloos huwelijk. De vrouw en de man willen op andere wijze hun leven zin geven, zoals ook kloosterlingen binnen de Rooms-Katholieke Kerk dat altijd al deden.

De liefde centraal

In dit Vaticaanse document komt het woord ‘Liefde’ niet voor. Toch is het voor mij overduidelijk, dat in de Boodschap van Jezus van Nazareth de liefde centraal staat als het gaat over de relaties tussen mensen. Paulus verwoordt dat schitterend in het openingscitaat.In elke beschouwing over relaties tussen mensen zou de vraag centraal moe­ten staan: “Hebben zij elkaar werkelijk lief? Hebben ze alles voor elkaar over? Zijn zij van zorg voor elkaar vervuld? Zijn ze elkaar trouw? Schenken zij elkaar belangeloos hun liefde? Willen ze alleen maar dat de ander geluk­kig en veilig en gezond is?” Als zulke vragen gesteld worden, maakt het niet uit of de partners van hetzelfde geslacht zijn of van verschillend, zoals in de meeste gevallen. Als hun lichamelijke omgang met elkaar maar een uiting is van die werkelijke liefde voor elkaar. Dan maakt het niet uit of ze al onmid­dellijk kinderen krijgen of daarmee wachten of dat ze kiezen voor een kinder­loze relatie. Dan maakt het ook niet uit hoe ze hun maatschappelijke verant­woordelijkheid waar maken om hun kindertal te beperken en zo een voort­gaande bevolkingsexplosie voorkomen.Ik vraag mij af of wij als parochiegemeenschap onze bisschop moeten laten weten, dat wij van onze kerk een liefdevolle en inspirerende boodschap verwachten, geen harde liefdeloze veroordelingen van onze kinderen, broers en zusters, vrienden, medechristenen, die met een andere seksuele geaardheid geboren zijn. 

John Jorna

Depolarisatie in de Nederlandse kerk verstoord

donderdag, maart 6th, 2008

In het septembernummer van Parochiekontakt 2003 schreef ik een artikel over allerlei berichten, die ervoor zorgen, dat het beeld van de kerk als zeer behoudend wordt bevestigd, waardoor de polarisatie weer versterkt wordt. Laat ons nu eindelijk eens met rust, zodat we opbouwend kunnen werken aan een nieuwe stijl van samen kerk zijn.

Buitenlandse stoorzenders

 

In de Nederlandse kerkprovincie wordt al enkele jaren een anti-polarisatiebe­leid gevoerd. Meningsverschillen binnen onze kerkgemeenschap zijn er vanzelfsprekend zoals in elke gemeenschap. Als we nu iedereen het zijne gunnen en toch op een fijne manier samenleven zonder elkaar te verketteren, maar juist met zorg voor elkaar kunnen we toch samen kerk, samen geloofs­gemeenschap zijn, samen proberen Christus na te volgen, ieder op eigen wijze. Ik vermoed, dat er goede adviseurs achter zitten, die proberen allerlei negatieve beeldvorming weg te nemen.

Niets geen Middeleeuws gedoe in de kerk, geen verketteren van elkaar, geen kerkverlaters, maar juist steeds meer mensen, die katholiek worden. We kunnen weer trots zijn op onze kerk en zelfbewust in de wereld staan, frank en vrij voor onze mening uitkomen. Het was ook heel duidelijk de toon van de viering van 150 jaar herstel van de bisschoppelijke hiërarchie. Mooi denk je dan en in het vorige nummer schrijven twee leden van het parochiebestuur een enthousiast verslag.

  

Maar dan……!

 

Maar dan ontzet een Duitse bisschop een priester uit zijn ambt omdat hij samen met Protestante volgelingen van Jezus Christus Zijn avondmaal ge­vierd heeft. Daarbij beroept de bisschop zich op de recente encycliek over de Eucharistie. Die lokte enthousiaste reacties uit en nauwelijks kritiek, ondanks het feit, dat nadrukkelijk samen met andere christenen het avondmaal vieren werd uitgesloten. Zou Christus nu alleen Rooms-katholieken hebben bedoeld, toen hij na het rond delen van het Brood en van de Wijn zei: “Doet dit ter mijner gedachtenis”? Ik schaam mij elke keer weer als ik kerkofficials hoor zeggen, dat het samen ingaan op de uitnodiging van Christus verboden is. Vervolgens zegt bisschop Bär, dat hij een schrijf- en spreekverbod heeft gekregen. Kerkelijke voorlichters haasten zich te zeggen, dat het slechts een broederlijke vermaning betreft zijn opvolger niet te veel voor de voeten te lopen met allerlei uitspraken. Dat hoort niet.Daar kan ik inkomen. Je hoort je niet meer met het beleid van het bisdom te bemoeien. Maar als bisschop Bär als deskundige geraadpleegd wordt over de aanstaande van kroonprins Willem Alexander, dan heeft dat toch niets met het beleid van het bisdom te maken. Ergens las ik, dat hij niet kritisch genoeg was geweest over de demonstranten tegen het pausbezoek. Dat schijnt hem te worden kwalijk genomen.  Maar als iemand nog steeds op zijn teentjes ge­trapt is, dan ga je een bisschop toch geen spreekverbod opleggen. Had hij de demonstranten, die kwamen én die juist wegbleven, wel veroordeeld, dan was bisschop Bär polariserend geweest. En polariseren is nu juist strijdig met het beleid van de Nederlandse bisschoppen. Rome snapt er nog weinig van. En het hield niet op, want midden in de komkommertijd kwam het bericht, dat Rome met instemming van de paus een document had gepubliceerd met een scherpe aanval op het homo-huwelijk en een oproep aan Rooms-Katho­lieke politici zich daartegen te verzetten. Elders heb ik al uitgebreid commen­taar geleverd *) met als teneur, dat wanneer twee homo’s of lesbo’s elkaar liefdevol trouw beloven God daar Zijn liefdevolle zegen aan zal willen ver­binden. Opnieuw ging Rome dwars tegen de opvattingen van velen binnen de Rooms-Katholieke Kerk in. De pers haakte er uiteraard vlijtig op in en op­nieuw kon onze kerk als een achterlijke groepering met verwerpelijke opvat­tingen worden neergezet. Wie wordt of blijft daar nu lid van?Natuurlijk zijn er mensen, die homofiel gedrag verwerpen of die er net zo als de paus over denken. Dat mag. De narigheid is, dat zulke opvattingen niet zelden leiden tot discriminatie of tot het mishandelen van medemensen en dan handel je in strijd met de Nederlandse wet. Het wordt tijd, dat Rome gaat beseffen, dat het polariserend gedrag tot niets leidt, integendeel. Men zou daar iets beter moeten beseffen, wat het betekent in een heterogene samenleving als de Nederlandse te leven en hoe je daar op een liefdevolle wijze de Boodschap van Jezus Christus inspirerend en succes­vol kunt verkondigen. 

John Jorna

 

 

*) Zie opiniepagina van het Utrecht Nieuwsblad van zaterdag, 9 augustus 2003. 

Uit het Utrechts Nieuwsblad van zaterdag 9 augustus 2003

woensdag, maart 5th, 2008

De barricaden op tegen de dwingelandij van de paus?

De aanval van het Vaticaan op het homo-huwelijk en de reactie van Jaap Lodewijks daarop op deze pagina van de afgelopen dinsdag blijven de lezerspennen in beweging zetten.

John Jorna betreurt het dat zoveel veranderingssgezinden de kerk de rug toekeren. ‘moeten we we de barricaden op tegen de dwingelandij van de paus?”, vraagt hij zich  af. En ook andere briefschrijvers nemen stelling.

Het hoofdredactionele commentaar “Rome discrimineert en katholiek Nederland heeft slappe knieën” vraagt om een weerwoord, nodigt daartoe ook uit.
 Alle Nederlandse katholieken weten intussen wel, dat deze paus het moeilijk vindt af te wijken van de traditionele leer. Vanuit die traditie is het niet zo verwonderlijk, dat allerlei culturen afwijzend stonden tegenover homoseksualiteit als levenswijze. In de kleine gemeenschappen met hoge sterftecijfers door oorlogen en natuurrampen was het belangrijk, dat het geboortecijfer zo hoog mogelijk bleef. Dus moest iedere man zorgen, dat kindertjes verwekt werden. Daarvan afwijkend gedrag bedreigde het voortbestaan van de groep en daarbij pasten strenge religieuze sancties. Nu steeds meer Europese staten een sterfteo­verschot hebben of krijgen en vergrijzing de nodige problemen met zich meebrengt, wordt de vraag naar het belang van een hogere vruchtbaarheid weer actueel.
 Maar de paus en zijn adviseurs ontkennen enkele belangrijke zaken. Zij gaan ervan uit, dat homoseksua­liteit een zaak is van vrijwillige keuze. Inmiddels is het inzicht gegroeid, dat men de homoseksuele aanleg mee krijgt bij de geboorte. Je wordt geen homo of lesbo, je bent het. Als je door Gods scheppende kracht zo bent, dan kan dat niet zondig zijn. Ik weet niet wat het document van Rome daarover verkondigt. Maar is dan het tot uiting brengen van je seksualiteit zondig. Is de uitdrukking van jouw liefde voor een medemens zondig? Daarover zullen Rome en veel gelovigen in Nederland van mening verschillen. Dat nog eens schrijven is eigenlijk een open deur intrappen. De meeste homo’s en lesbo’s ervaren dagelijks de acceptatie van hun leefwijze in hun geloofsgemeenschap. 
Rome verzet zich tegen het homo-huwelijk. Wat bedoelt het kerkelijk document hier met huwelijk? Gaat het om het huwelijk als sacrament, een teken, dat de bijzondere hulp (genade) geeft, die het betekent of gaat het om het burgerlijk huwelijk? Gezien de oproep aan katholieke politici het af te wijzen gaat het waarschijnlijk om het laatste. Zelf heb ik dat burgerlijk huwelijk altijd beschouwd als de registratie van ons huwelijk door de burgerlijke overheid. Het huwelijk sloten mijn vrouw en ik en de kerk sprak daar zijn zegen over uit. Wij dienden elkaar het sacrament toe. Maar bij niet-kerkelijken komt die huwelijks­sluiting tot stand als voor de ambtenaar van de burgerlijke stand de huwelijksbelofte wordt uitgesproken.  
Hoe nu te denken over het homo-huwelijk? Dat twee homo’s of lesbo’s elkaar trouw beloven kan ik alleen maar toejuichen. Wisselende seksuele contacten wijs ik èn bij hetero’s èn bij homo’s af. Er is dan niet echt spraken van een uitdrukking van wederzijdse liefde. Het genot staat vooropen meestal gaat het alleen daarom. Maar voor een monogame verbintenis tussen twee homo’s of twee lesbo’s is veel te zeggen. Het risico van SOA’s wordt sterk verminderd. De twee vinden in elkaar levensgeluk en zin in hun bestaan. Rome zou het zelfs moeten toejuichen. Vroeger werd vaak aangeraden maar te trouwen. Dan ging het vanzelf over. Zo werd de erfelijke (?) geaardheid doorgegeven.  
Kun je het homo-huwelijk een huwelijk noemen? Zeker wel in zijn juridische consequenties. Niet in zijn doelstelling, want cultureel-antropologisch gezien is het huwelijk een verbintenis tussen en man en een vrouw gericht op het krijgen en opvoeden van kinderen. Voor mij hoeft deze verbintenis geen huwelijk te heten. Is het een sacrament? Niet in die zin, want het huwelijk als sacrament heeft niet alleen wederzijdse liefde als doel, maar ook het krijgen en opvoeden van kinderen. Overigens acht ik een homo- of lesbo-stel zeer wel in staat kinderen op te voeden. Kan over een homo-verbintenis Gods zegen worden afgeroepen? Sommigen zeggen, dat het alleen kan als die verbintenis celibatair blijft, anderen en ik ook geloven, dat God Zijn zegen daaraan niet zal onthouden ook al wordt aan die wederzijdse liefde ook metterdaad uiting gegeven. Ik vermoed, dat 95 % van de Nederlandse katholieken het hiermee eens zal zijn. De Wegener Pers kan er een opiniepeiling over laten houden! 
Waarom reageert de Nederlandse kerk niet? Het is vakantietijd. Het eerstvolgende parochieblad, waarvan ik hoofdredacteur ben, zal een commentaar bevatten op deze zaak en nog enkele andere incidenten. Het blad bevat keer op keer commentaren op zaken, waarover Nederlandse kranten zelden of nooit schrijven. De officiële kerk zal niet reageren. Men wil leren leven met meningsverschillen en toch samen kerk zijn. Saai, helemaal geen ruzie en helemaal niet interessant voor de pers. Het zij zo. 
Mag een kerkelijk leider een oproep doen aan katholieke politici? Of aan politici in het algemeen? Hoe haalt juist een journalist het in zijn hoofd om de vrijheid van meningsuiting niet te laten gelden voor een kerkelijk leider? Natuurlijk mag de paus een oproep doen het homo-huwelijk af te wijzen. Elke verstandi­ge politicus luistert naar wat er in de samenleving speelt. Uit die veelheid van meningen komt hij samen met zijn partij en zijn fractie tot een mening en tot een stem voor of tegen. Zo hoort het in een democra­tie. 
Moeten we op de barricaden tegen de dwingelandij van de paus? Moeten we als de protestanten vanouds doen – de naam zegt het – protesteren? Het moge aantrekkelijk zijn vanuit de idee de pers te halen, zelfs de Acht Mei Beweging weet, dat het geen zin heeft. Logge structuren laten zich niet veranderen door van buitenaf te protesteren. Alleen van binnenuit en stapje voor stapje kun je verwachten, dat er iets veran­dert. Daarom is het jammer, dat zo veel veranderingsgezinden de kerk hebben verlaten. Ze maken het voor de overgeblevenen extra zwaar al die prachtige nieuwe inzichten te verbreiden onder het kerkvolk.  
John Jorna is redacteur van Parochiekontakt van de katholieke Heilige Niscolaasparochie in Odijk.

Vaticaan keurt discriminatie van homosexuelen goed

woensdag, maart 5th, 2008

In Parochiekontakt van september 1992 verscheen dit artikel. Ik vermoed, dat de bekritiseerde uitspraken in Nederland niet meer gemakkelijk zullen voorkomen. Ze zijn immers in strijd met de wet. Niemand mag worden gediscrimineerd op grond van zijn seksuele geaardheid. De hoofdredacteur Ruud Sonnen S.J. z.g.  schreef de inleiding. Eind juli verschenen in de dagbladen berichten over richtlijnen, die door de Vaticaanse Congregatie van de Geloofsleer waren uitevaardigd. Daarin wordt homosexualiteit gezien als een voor de maatschappij risicovolle afwijking. Daarom zouden homosexuelen geen leraar, sporttrainer of militair mogen worden en geen kinderen mogen adopteren. Zo zouden homosexuelen ook geen goedkope huurwoningen mogen krijgen, want die zijn voor gezinnen met kinderen bedoeld. De overheid mag de rechten van homosexuelen beperken net als die van krankzinnigen en van mensen met gevaarlijke besmettelijke ziekten beperkt worden. Deze berichten brachten John Jorna ertoe het volgende bericht te schrijven.

Wat staat er geschreven in de wet?

Soms als ik de krant lees en zie wat er allemaal om mij heen gebeurt, denk ik wel eens: "Wat zou Jezus daar nu over gezegd hebben als hij nu zou leven?" Mensen zorgen niet goed voor elkaar. Er is te weinig personeel in verpleeghuizen. Mensen vermoorden elkaar in Noord-Ierland en Bosnië. Maar zelfs onze kerk gedraagt zich soms zeer onbarmhartig. En zo bedacht ik een moderne versie van het verhaal van de Barmhartige Samaritaan. In die tijd trad een wetgeleerde naar voren om Jezus op de proef te stellen. Hij zeide: "Meester wat moet ik doen om het eeuwig leven te verwerven?" Jezus sprak tot hem: "Wat staat er geschreven in de Wet?" Hij gaf ten antwoord: "Gij zult de Heer uw God beminnen met geheel uw hart en met geheel uw ziel, met al uw krachten en met geheel uw verstand; en uw naaste gelijk uzelf." Jezus zei: "Uw antwoord is juist, doe dat en gij zult leven." Maar omdat hij zijn vraag wilde verantwoorden, sprak hij tot Jezus: "En wie is dan mijn naaste?" Nu nam Jezus het woord en zei: "Eens viel iemand, die op weg was naar vriendschap, in handen van potenrammers. Zij sloegen hem in elkaar en beroofden hem van zijn geld en papieren en toen zij aftrokken lieten ze hem half dood liggen. Bij toeval reed daar juist een Romeinse kardinaal voorbij, hij zag hem wel maar stuurde de wagen er in een boog omheen. Hoe moest hij anders op tijd op de vergadering komen? Zo deed ook een medewerker van de plaatselijke Caritas. Behoorde dat wel tot zijn takenpakket? Toen kwam er een Turk voorbij op zijn fiets op weg naar een schoonmaakklus. Hij zag hem en kreeg medelijden. Hij knielde bij hem neer, deed mercurochroom op zijn wonden en verbond ze. Toen zette hij hem voorzichtig op de bagagedrager van zijn fiets en reed voorzichtig naar de eerstehulppost. Daar liet hij een paar wonden hechten en hem verbinden en gaf het geld omdat het slachtoffer ook van zijn zorgpas beroofd was. En bij de opname verklaarde hij zich garant voor de verdere verpleegkosten. Wie van de drie lijkt u de naaste van de man, die in handen van criminelen gevallen is? " Hij antwoordde: "Die hem barmhartigheid betoond heeft." En Jezus sprak: "Ga dan en doe gij evenzo." september 1992

Conflict tussen leer en praktijk

woensdag, maart 5th, 2008

Elke keer weer komen kerkleiders tot uitspraken, die breeduit geciteerd worden in de media en erg controversieel zijn. De gewone mensen trekken zich er meestal weinig van aan. Helaas leidt het er ook toe, dat mensen zich steeds minder in die kerk thuis voelen. Paus en bisschoppen blijven maar denken op een manier, die tijdens het primitief demografisch regime terecht was. Als er heel veel kinderen al jong sterven, moeten er wel veel kinderen geboren worden om de groep in stand te kunnen houden en dus moeten alle mannen en vrouwen zorgen dat ze kinderen krijgen. Maar die hoge kindersterfte is hier al lang voorbij en ook in de Derde Wereld daalt de kindersterfte snel. Dan hoeven er ook niet meer zoveel kinderen geboren te worden en is het gebruik van voorbehoedmiddelen normaal. En het is ook niet erg als homoseksuele mannen en vrouwen leven overeenkomstig hun eigenheid. Wanneer zouden kerkleiders dat nu eens inzien en er naar handelen?

In Parochiekontakt heb ik hier meerdere malen over geschreven en ik heb ook een keer in het Utrechts Nieuwsbled een artikel, eigenlijk een ingezonden brief gepubliccerd. Hieronder treft u een aantal artikelen aan. In de rubriek Parochiekontakt en Hiërarchie vindt u een bespreking van de encycliek van paus Benedictus XVI over de Liefde daarin treft u ook het een en ander over dit thema.