Een heel fijne collega

ONVERWACHT OVERLEDEN

 

Het zal rond 1970 zijn geweest, dat Francine Reinartz nog heel jong aan het Utrechtse Niels Stensen College werd benoemd. Ze was bijna klaar met haar studie voor de Middelbare Akte Aardrijkskunde, maar na enkele maanden was ze klaar en had ik er een eerstegraads collega bij. Ze woonde nog op haar studentenkamer aan de Willem Barentzstraat en verhuisde later naar de Zwaardemakerslaan in Tuindorp Oost. In die tijd zei ze nogal eens, dat ze niet van plan was om haar hele leven aan onze school te blijven. Ik vond dat niet leuk, want ik vind het niet prettig een vertrouwde collega te verliezen. We gingen samen van tijd tot tijd naar de nascholing aan de Universiteit van Amsterdam. Het was in de tijd van de Oliecrisis. De benzine was schaars, maar Francine vond het niet nodig zuinig te zijn. Inderdaad bleek al vlug, dat ze gelijk had. Met Francine in de auto reed ik later extra voorzichtig, want met haar vriend aan het stuur kregen ze een aanrijding bij het linksaf slaan. Francine zat aan de verkeerde kant. Ik ging op bezoek in het AZU aan de Catharijnesingel. Met haar vriend probeerde ik haar wat op te vrolijke. Dat lukte. Ze schudde van het lachen, maar met al die kneuzingen werd het wat pijnlijk

Met de derde klassen en veel later ook met eindexamengroepen gingen we jaarlijks op excursie. De voorbereidingen daarvan vroeg vaak een hele dag werk. De route plannen. Afspraken maken bij bezoekpunten en plekken voor de pauze. Dan zaten we lang in de auto en toen merkte ik, dat Francine goed kon luisteren. Ze was een goede gesprekspartner en ik had veel vertrouwen in haar. Daarom was ze ook zo geschikt als decaan, die de leerlingen moest adviseren bij hun schoolloopbaan mede in verband met hun beroepskeuze. Ik vermoed, dat veel oud-leerlingen er goede herinneringen aan hebben.

Veldwerk kwam in de mode en ik wilde meedoen. Een groepje A5-leerlingen zag er ook wel wat in. Dan hoefden zij geen scriptie te maken. Francine hielp me graag, want zo leerde zij ook hoe we veldwerk konden begeleiden. Wijlen Henk Vlaanderen had juist daarvoor midden in de Amerongse bossen een huis gekocht.

Als sectie wilden we graag vernieuwend bezig zijn. Een Malmberg-methode had als uitgangspunt, dat leerlingen met behulp van data tot conclusies moesten komen. Dat werd heel spannend toen de computer in het onderwijs verscheen. Daar had je zo een verzameling data bij elkaar. Denk aan een CD-Rom en later het Internet. Een oud collega was daar druk mee bij de Afdeling Onderwijs van het Geografisch Instituut van de Universiteit Utrecht. Zo werd ons NSC de Proefschool Nieuwe Media. Twee jaar lang werkten we al sectie heel intensief samen. Dat trok uiteraard landelijk de aandacht, mede door de publicaties. Mensen van vandaag kunnen zich waarschijnlijk nauwelijks voorstellen, hoe dat pionierswerk toen verliep. In Dordrecht is het Onderwijsmuseum en daar kun je nog een video over de Proef met Nieuwe Media zien.

Een paar jaar later mocht ik vervroegd met pensioen Ik had veertig dienstjaren en in het kader van de DOP = Doorstroming Onderwijs Personeel mocht ik andere dingen gaan doen. Mensen vroegen dan of ik de leerlingen niet miste. Die miste ik niet, maar wel de collega’s.  Wat waren de pauzes vaak gezellig. Ik hoorde wel de verhalen over de neergang van Kanaleneiland de narigheid, die sommige leerlingen veroorzaakten. Als ik Francine ontmoette, zei ze vaak tegen mij: John, je mag blij zijn, dat je van deze school weg bent. Voor haar en voor veel collega’s waren die laatste jaren met wisselingen van school bepaald geen pretje. Ook voor haar was er een pensioen.

Ik probeerde haar rond haar verjaardag toch altijd weer even te bellen. Afgelopen oktober probeerde ik het meerdere keren, maar er werd steeds niet opgenomen. Kort ervoor speelde het overlijden van onze schoonzoon. Daarover wilde ik haar vertellen, want net als onze dochter heeft ook Francine haar man Bert verloren. Daar was ze steeds erg bedroefd over. Gelukkig kreeg ze veel steun van familie. Het zal waarschijnlijk 19 oktober zijn geweest. Ik pakte mijn mobieltje en belde haar. Het was al vrij laat. Het duurde even voor het gesprek op gang kwam, maar gaandeweg kwam de oude Francine weer tevoorschijn, heel belangstellend naar mijn kinderen en kleinkinderen en een goede luisteraar. Van dat telefoontje blijft een warme herinnering. Toen ik de mail over haar overlijden las, dacht ik weer aan dat gesprek terug. Francine is in besloten kring begraven. Collega Henk van de sectie heeft er een woordje gesproken. Of ze mijn gedachten daar in het hiernamaals kan lezen? Ik weet het niet. Maar recht uit mijn hart, lieve Francine, laat ik je weten, bedankt, dat je voor mij zo’n fijne collega was.

16e Jaargang, Nr. 755.

Leave a Reply