Het Watersnoodmuseum bij Ouwerkerk

EINDELIJK EENS GEEN POLITIEK? 

Gisteren schreef ik op een felicitatiekaart met de afbeelding van een schilderij “Carnaval” de volgende quote: “Het hele leven is één carnaval. Niets is wat het lijkt, maar je kunt er wel om lachen!”. Naderhand bedacht ik, dat het mooi van toepassing is op de kabinetsformatie. 

Op deze Vaderdag vroeg ik mij af, of ik eigenlijk ooit een doorwrochte feministische visie op dit fenomeen heb gezien. Dan bedoel ik niet de vanzelfsprekende uithalen naar het commerciële karakter van Vaderdag. Het klemt des te meer nu we waarschijnlijk een man zonder partner en geen vader als minister-president krijgen. Hij is een vertegenwoordiger van de groeiende groep singles in onze samenleving en zo mogen we dus van een nieuwe ontwikkeling spreken. Wat moeten we daar nu van vinden? Ik ben geen ervaringsdeskundige en ik laat het dus gaarne aan anderen over. 

Eigenlijk wilde ik al sinds ons verblijf in Zeeland schrijven over een bijzonder geheel vernieuwd en uitgebreid Watersnoodmuseum bij Ouwerkerk. Ik moet mij elke keer weer realiseren, dat de Deltaramp van 1953 voor een groot deel van de Nederlandse bevolking geschiedenis is, een gebeurtenis, die je zelf niet hebt meegemaakt. Als het goed is, wordt erover op school verteld, maar mijn ervaring leert, dat je er niet op moet rekenen, dat mensen er dan ook met inzicht over kunnen praten. Na een bezoek aan het museum bij Ouwerkerk iets Oostelijk van Zierikzee wordt dat anders, want het is een echt beleefmuseum. Het is alsof je de ramp meemaakt. 

Op Schouwen-Duiveland waren twee zeer grote gaten. Bij elke vloed stroomde er water naar binnen en bij eb er weer uit. Daarbij komt, dat in het Zuidwesten de getijverschillen groter zijn door de trechterwerking van de Noordzee en van de zeegaten. Bovendien was het overstroomde gebied erg groot en kon er meer water naar binnen. De stroomgaten bij Schelphoek en bij Ouwerkerk waren zeer moeilijk te dichten. Men heeft daar gebruik gemaakt van caissons, enorme betonnen dozen, die men in de overgebleven openingen bij dood tij tot zinken bracht. Over die caissons is de dijk gebouwd. Het museum is nu gevestigd in de vier caissons, die onderling door gangen verbonden zijn. Dat maakt het allemaal extra spectaculair. 

In de eerste caisson wordt de ramp verteld aan de hand van Polygoonbeelden (TV bestond nog nauwelijks), mappen met krantenknipsels uit de hele wereld, fotoboeken, geluidsopnamen van radiozendamateurs en een grote maquette met alle dijkdoorbraken. De ramp was wekenlang wereldnieuws. Vanuit de hele wereld werd hulp geboden. Dat was echte internationale solidariteit metterdaad. 

De tweede caisson begint met een ruimte, waar je via een brug over stromend water loopt. Op dat water schuiven namen van slachtoffers voorbij. Je kunt zo’n naam oproepen en dan vertelt een nabestaande iets over het slachtoffer. Eén van de 1835 + 1. Je ziet er foto’s van begraafplaatsen en van individuele slachtoffers. Duizenden vrijwilligers gingen dat jaar in Zeeland werken om de overgebleven huizen weer bewoonbaar te maken. En je maakt de sluiting van dit laatste dijkgat bij Ouwerkerk vlak voor het begin van het stormseizoen in het najaar van 1953 mee. Het land viel weer droog. De wederopbouw kon beginnen. Die wordt vooral in beeld gebracht in de derde caisson. In het dorp Ouwerkerk zagen we nog steeds de toen gebouwde houten Zweedse woningen bewoond. Er wordt ook aandacht besteed aan de Deltawerken, maar daarvoor kun je beter naar de Neeltje Jans op de Oosterscheldedam. 

De laatste caisson is gewijd aan de toekomst. Hoe zal het onze planeet vergaan? Zeer instructief. Altijd als ik de Deltaramp en alle waterstaatkundige werken in de klas besprak vertelde ik weer, dat de deskundigen van Rijkswaterstaat, de ambtenaren en de betrokken politici heel goed wisten, dat zo’n ramp door de te lage dijken goed mogelijk was, maar dat ze om financiële redenen andere zaken prioriteit gaven. De ramp had niet hoeven gebeuren als men tijdig maatregelen genomen had. De waakzaamheid is nu groter en men is ook open over een tiental zwakke plekken in onze zeewering. Maar er zijn nieuwe rampen, die ons bedreigen en nog steeds zijn er politici, die de mensen in slaap sussen. Ik hoop niet, dat we nog ooit in onze slaap verrast worden.

 

 

Jaargang 3, Nr. 16.

Leave a Reply