Een domme D66 motie

NARE ONVERDRAAGZAAMHEID

De privacy wetgeving maakt mensen onvindbaar. Dat is heel lastig als je een verloren gewaand familielid of klasgenoten voor een reünie wilt vinden. Terwijl het overlijdensregister openbaar is, willen medewerkers van een zorgcentrum niet zeggen, dat iemand overleden is. Mensen worden zo geanonimiseerd. Ze gaan als anoniem persoon op in de massa. Ik kan mij voorstellen, dat men medische gegevens niet openbaar maakt en dat men niet te koop wil lopen met een wat nare jeugdzonde van veertig jaar geleden. Midden vorige eeuw had je in Arnhem een dik adresboek, waarin van elk adres vermeld werd wie er woonde. Nog maar enkele jaren geleden kon je met een telefoon CD van elk adres nagaan wie er woonde en wat het telefoonnummer was mits het geen geheim nummer was. Dat kan tegenwoordig niet meer. Zo kunnen mensen zich verbergen.

Er wordt nogal eens geroepen, dat buitenlanders in Nederland moeten integreren. Ze moeten ook een toets doen om aan te tonen, dat ze bekend zijn met Nederlandse gebruiken en met wettelijke regelingen. Als iemand hier in Odijk komt wonen, dan verwachten wij, dat hij zich aan de gebruikelijke omgangsregels houdt. Wij groeten elkaar op straat. Bij de jaarwisseling tijdens het afsteken van het vuurwerk wensen we onze buren alle goeds voor het nieuwe jaar. We leven mee met het lief en leed: ziekte, overlijden van familie, werkloosheid, maar ook geboorten of het slagen voor een examen of een nieuwe baan. Eigenlijk hopen we ook, dat nieuwkomers actief worden bij de verenigingen. We zijn niet zo blij met mensen, die ons dorp alleen als slaapdorp beschouwen. Die komen gelukkig niet al te veel voor.

Nog tot in de negentiger jaren was het gebruikelijk, dat nieuwe inwoners met een bloemetje werden verwelkomd. Daarvoor bestond een klein comité. De dames kregen steeds een lijstje van de gemeente. Naar hen waren er geen signalen, dat dit welkomstbezoek niet op prijs werd gesteld. Zonder enig overleg met de dames werd de medewerking van de gemeente van de ene op de andere dag beëindigd. Een of andere ambtenaar, die geen flauw benul had van hoe het werkt in een dorp had dat besloten. Naar het schijnt had het te maken met de privacy wetgeving.

Voor de twee kerken was het onprettig, want de dames heetten de nieuwe bewoners ook welkom namens de kerken. Zo kon een eerste contact gelegd worden. Eenvoudige zaken zijn nu heel ingewikkeld geworden. Bij je persoonsgegevens staat nog steeds vermeld of iemand tot een kerkgenootschap behoort. Er is een stichting opgericht, SILA en die geeft automatisch verhuisgegevens door aan de betreffende kerken. Ik kan dat enigszins volgen. De nieuwe inwoners krijgen van onze lokale geloofsgemeenschap een verwelkomingsbrief en ons plaatselijke parochieblad. De keer daarop vragen de bezorgers of de mensen het op prijs stellen voortaan het parochieblad te ontvangen. Soms is het ja, maar er wordt vaak nee gezegd. Onlangs zei ik: “Eigenlijk weten die mensen helemaal niet waar ze nee tegen zeggen.” Ze weten vaak niet, dat ze als katholiek staan ingeschreven. Misschien is hun vader als kind gedoopt, maar heeft hij dat aan zijn eigen kinderen nooit laten merken. Ze hebben geen idee, wat kerk zijn inhoudt. Als ze al een krant lezen of naar een actualiteitenrubriek op de Tv kijken, krijgen ze vooral negatieve dingen over de kerk te horen of te lezen. Goed nieuws is geen nieuws. Op een blijde boodschap – dat betekent het woord evangelie – zitten we niet te wachten. Dat wij hier een warme gemeenschap vormen met zorg voor elkaar en zonder menselijk opzicht, dat beseffen deze buitenstaanders niet.

Onze vrijwilligers reageren keurig en melden, dat ze het aan de administratie zullen doorgeven. Zo nodig leggen ze ook nog uit, hoe ze er voor kunnen zorgen, dat de vermelding als kerklid in de gemeentelijke basisadministratie wordt geschrapt.

Dan komt D66 deze week met een motie, dat ook deze medewerking van gemeenten aan de ledenadministratie van de kerken moet worden beëindigd. Het zoveelste teken van godsdiensthaat bij deze partij. Ze draaien er altijd een smoes aan. Deze keer zou het geen taak van een gemeente zijn. Een andere keer maakt men er een bezuinigingsmaatregel van. Toen ik in Turkije van een Erdogan aanhanger hoorde, dat zij hun religie met democratie willen combineren, merkte ik op, dat het ook inhoudt minderheidsgroepen te beschermen. In Turkije is dat een probleem. Voor D66 kennelijk ook. Deze partij is zijn naam onwaardig. Kerkmensen behoren voor D66 niet tot het demos, het volk.

Ik schaamde mij toen ik hoorde, dat ook mijn eigen partij voor de motie had gestemd. Nu neem ik wel vaker een zekere onkunde weer op godsdienstig gebied. Onlangs vertelde ik in de Europawerkgroep, dat ik nog van plan was een blog te schrijven over het standpunt van de bisschoppen van de Europese Unie, vereend in COMECE, over het referendum over het associatieverdrag van de EU met Oekraïne. In eerste instantie wekte dat hilariteit. Rustig wees ik het jonge volkje er op, dat COMECE zich altijd een groot voorstander van Europese integratie heeft getoond. De Roomse Kerk is daarmee een bondgenoot van het eurofiele GroenLinks. Dat zie je ook heel sterk in de encycliek Laudato si van Paus Franciscus. Daarin laat hij indringend het verband zien tussen Groen en Links. Het milieu en de armen in de wereld zijn beiden slachtoffer van de werking van ons technologisch en economisch systeem. Zoals gebruikelijk wordt aan dit buitengewoon belangwekkende document nauwelijks aandacht besteed. Goed nieuws is immers geen nieuws. En we moeten tenslotte op onze portemonnee passen. Zorg voor het milieu en voor de armen, het kost geld. Maar als je werkelijk Groen en Links wil zijn snap je, dat ook hier de paus onze bondgenoot is.

Beste lezer, u hoeft me niet te vertellen, dat er in die roomse kerk ook dingen erg fout zijn. We werken er hard aan, dat te verbeteren en vooral paus Franciscus doet het.Hij verdient dat domme D66 gedoe niet. Hij verdient onze steun.

Jaargang 9, Nr. 401.

Leave a Reply