Financieel gedoe

POLITICI LUSTEN ER SPEK VAN

 

Hoe word je Minister van Financiën?  Je zou kunnen denken, dat een goede Minister van Financiën vooral goed op de centjes past.  Geen tekorten op de begroting.  Geen te grote nationale schuld en de bestaande schuld inlossen. Een eerlijke verdeling van het nationale inkomen. Armoede bestrijden.. Eerlijke kansen in het onderwijs. Eerlijke kansen op werk. Daar moet een goede Minister van Financiën samen met bijvoorbeeld een Minister van Sociale Zaken voor zorgen

Waar kijkt men dan naar? Moet je bijvoorbeeld Algemene Economie gestudeerd hebben, liefst samen met sociologie? Moet je werkervaring hebben in de Financiële sector, bijvoorbeeld bij een bank of als accountant? Of moet je als kamerlid financiële zaken als portefeuille hebben gehad of moet je juist bij een vakbond gewerkt hebben?

In de financiële wereld bestaan tal van praktijken, die eigenlijk juist niet als een aanbeveling zouden moeten dienen. Werken met zwart geld. Witwassen van zwart geld. Belasting ontwijken of zelfs ontduiken. Speculeren met aandelen. De koersen van aandelen beïnvloeden. Het blijkt, dat Wopke H. daar flink wat ervaring mee heeft. En ook onze MP is op dit terrein niet brandschoon. Kennelijk worden zulke ervaren figuren binnen bepaalde politieke partijen naar voren geschoven.

Binnen de EU heeft Nederland een zeer slechte naam opgebouwd als belastingparadijs en stond dan ook op een zwarte lijst. Wat rijke figuren aan belasting weten te ontduiken moet door “gewone” mensen worden bijgepast. Een goede Minister van Financiën heeft als speciale taak juist die “gewone” mensen te beschermen. Houdt er maar rekening mee, dat daarvan weinig terecht komt.

Met verbijstering merk ik bij de verkiezingsuitslagen vaak, dat juist die  “gewone” mensen op zulke rechtse partijen stemmen en zo zichzelf benadelen. Wat dat betreft zouden de campagnes best wat agressiever kunnen zijn. Soms ben ik bang, dat er maar weinig politici brandschoon zijn. Het vak is erg leerzaam op financieel terrein en het is bijzonder verleidelijk daarvan geen gebruik te maken. Er zijn tegenwoordig veel journalisten, die er hun vak van maken allerlei kwalijke praktijken op te sporen. Nu maar hopen, dat het goed lukt. En mensen hun artikelen ook lezen en er consequenties aan verbinden.

14e Jaargang, Nr. 686.

Leave a Reply