TURKSE TOESTANDEN
Toen ik de coup en de nasleep ervan met enige spanning volgde moest ik denken aan het zogenaamde Tonkin incident. In de golf van Tonkin zouden Amerikaanse schepen door Noord Vietnamese schepen zijn aangevallen en die aanvalsdaad was voor Amerika reden om zich in de Vietnamoorlog te storten. Maar er was helemaal geen incident geweest.
In Turkije was er wel duidelijk sprake van een coup, maar uiteindelijk verliep het allemaal zo knullig, dat ik me begon af te vragen of het geen opzetje van de regering was. Want nu ziet de regering de coup als een Godsgeschenk, een prachtige reden om af te rekenen met alle critici. Die hadden ze al zo lang willen opsluiten. De lijsten lagen kennelijk al klaar. Nu konden al die “vijanden van de staat” prachtig achter slot en grendel. Alleen is het lastig om te bewijzen, dat de regering er zelf achter zit, tenzij er flink gelekt wordt. Zouden al die Erdogan aanhangers nu echt geloven, dat een grote groep Gülen getrouwen de macht wil overnemen? Of vinden ze dat helemaal niet belangrijk? Lang niet alle ontslagen militairen waren bij de coup betrokken. De rechters en ambtenaren en leraren en professoren zijn dan misschien wel kritisch en de rechters zijn wellicht bereid mensen dicht bij Erdogan te veroordelen wegens corruptie, maar een echte reden voor ontslag is er niet. Erdogan en zijn kliek willen gewoon de absolute macht en dulden geen kritiek.
In het Verenigd Koninkrijk spreken ze over “Heir’s Majesty most loyal opposition”. De oppositie heeft in een democratie een zeer wezenlijke taak, namelijk het beleid van de regering zo kritisch mogelijk volgen, zodat het desgewenst bijgesteld kan worden. Door goed oppositie voeren krijg je het beste beleid en als de regering geen gehoor geeft aan de wensen van de oppositie loopt ze de kans door de kiezers naar huis te worden gestuurd. Zo werkt democratie, als het goed is.
Een ander wezenlijk punt van democratie is, dat de rechten van minderheden gegarandeerd worden. Een goede regering beschermt de minderheden. Met de wensen van minderheden wordt rekening gehouden. Een eigen taal wordt erkend. Eigen culturele gebruiken zijn toegestaan. Ze mogen de eigen feesten vieren. De Turkse minderheid in Nederland mag eigen scholen stichten, mag eigen moskeeën bouwen, mag eigen verenigingen, zelfs eigen politieke partijen oprichten, mag zich naar eigen gebruiken kleden, zo zij dat wensen. De oprichters van de politieke partij DENK waren in net huidige Turkije al lang opgepakt. In Turkije hebben aanhangers van oppositionele partijen het moeilijk, maar hebben ook andere minderheden als Alevieten, Christenen en Koerden het moeilijk. Het verbaast mij zeer, dat al die Turkse Nederlanders, die al zo lang met onze democratie hebben kennis gemaakt, kennelijk niet zien, hoe gebrekkig de Turkse democratie functioneert. In plaats van enthousiast hun aanhankelijkheid aan Erdogan te betuigen, zouden ze via hun familie in het land het wezen van democratie moeten uitleggen. Het gaat om vrijheid, gelijkheid en broederschap, de leuzen van de Franse revolutie. Het gaat om gelijke rechten ongeacht je religie, je cultuur of je politieke gezindheid. Ik besef, dat dit een reusachtige omslag in het denken inhoudt. Juist het onderlinge respect en de grote verscheidenheid binnen een land vormen een enorme kracht naar vooruitgang, verbondenheid en veiligheid. Het wordt een lange weg om te gaan.
Jaargang 9, Nr. 420.