Een referendum over het associatieverdrag met Oekraïne

EEN BELABBERD IDEE

Het is zo’n belabberd idee, dat we ons af kunnen vragen of het de bedoeling is de hele referendummogelijkheid om zeep te brengen. Dat ligt uiteraard ook aan de vraagstelling. Als je vraagt of iemand voor of tegen het associatieverdrag is, dan vraag je het verdrag inhoudelijk te beoordelen. Slechts een zeer klein deel van de bevolking is daartoe in staat. Ik ook niet.

Dat gold ook voor het Grondwetsreferendum. Mensen stemden niet of ze stemden tegen omdat ze er niets van begrepen. Mensen stemden tegen om het kabinet dwars te zitten. Sommigen waren gewoon tegen de Europese Unie als idee. Ze wilden geen Europese samenwerking in wat voor vorm dan ook. Ze zagen in de EU een neoliberaal complot. Ze begrepen niet dat alleen de EU voldoende macht heeft om de internationale neoliberale elite tot de orde te roepen.

Het kan ook zijn, dat de vraag gaat luiden of men voor of tegen een associatieverdrag met Oekraïne is. De mensen achter de referendumaanvraag beweren, dat het een stap is in de richting van een volledig lidmaatschap en ze noemen Kroatië als voorbeeld. Er zijn echter veel meer landen met een associatieverdrag en zijn geen tekenen, dat ze snel lid willen of kunnen worden. De Kopenhagen regels zijn zeer streng. Denk aan Turkije, dat al heel lang geassocieerd is. Het land maakt in de huidige binnenlandse politieke verhoudingen geen enkele kans op een lidmaatschap. Ook de Oekraïne voldoet in de verste verte niet aan de Kopenhagencriteria. Anderen willen geen enkele uitbreiding meer van de EU. De groei van de EU is echter een “natuurlijk” proces. De economieën van aangrenzende landen raken steeds meer met de EU verknoopt. Er is steeds meer onderlinge handel. Bedrijven vestigen zich over en weer. Jonge mensen komen hier studeren en andersom. Het wederzijds toerisme neemt toe. Het land heeft de wetgeving geheel aangepast aan de EU regels en wetten. Dit buurland voldoet ook voor 100% aan de Kopenhagen criteria. Formeel is er geen lidmaatschap, maar in de praktijk is de grens al weggevallen. Wat staat in zo een situatie een volledig lidmaatschap nog in de weg? Denk aan Noorwegen en Zwitserland. Ze zouden zo lid kunnen worden, maar moeten het wel zelf willen.

Rusland is de grootste tegenstander van het associatieverdrag. Door het uiteenvallen van de Sovjetunie zijn de oude economische banden minder sterk geworden. De Donbass leverde steenkool voor de ijzer- en staalindustrie. De vruchtbare lössgrond maakte van het land de korenschuur van de Sovjetunie. Nu gaat dit land zich op het Wersten richten en dat is economisch slecht verteerbaar, maar nog veel meer militair-strategisch. Dat het de wens is van de meeste inwoners is voor Rusland geen argument. Men roept, dat het fascisten zijn, die los van Rusland willen. Daar zit wat in. In de 2e Wereldoorlog werkten nogal wat Oekraïners samen met de Nazi’s. Daarna was er nog jarenlang verzet van partizanen tegen het communistische bewind. Ook kerkelijk zijn er verschillen. Dit alles maakt het moeilijker om aan de Kopenhagen criteria te voldoen. Anderzijds maken intensieve contacten met het Westen de kans groter, dat het land zich ontwikkelt tot een fatsoenlijke democratische samenleving. Eigenlijk is er geen reden om tegen een associatieverdrag te zijn, tenzij men Poetin van dienst wil zijn.

Jaargang 8, Nr.378.

Leave a Reply