DE SPIJKSE OVERLAAT IN WERKING
De Gelderse Poort is een prachtig natuurgebied, waar de Rijn Nederland binnenkomt. Tussen het Reichswald en het Rijk van Nijmegen in het Zuiden en de Elterberg met Montferland en Hettenheuvel in het Noorden ligt een brede riviervlakte. Het Pieterpad loopt er doorheen. Het daalt af van de Elterberg en via de Neutrale weg loopt het door Spijk naar de Rijndijk. Die volgt het pad tot het voetveer naar Millingen. De Rijn is tot Millingen grensrivier. Het Zuiden is nog Duits. De grens loopt van Spijk tot Millingen aan de Rijn midden door de rivier. Pas bij Millingen wordt de Rijn volledig Nederlands. En toch leren verouderde aardrijkskundeboekjes nog dat de Rijn bij Lobith in ons land komt. Vroeger was dat zo, maar de situatie is daar ingrijpend veranderd. Neem de Grote Bosatlas met de kaart van Midden Nederland erbij of nog liever een topografische kaart.
Vroeger lag de splitsing van Rijn en Waal bij het huidige Tolkamer. De Rijn stroomde tussen Spijk en Lobith door naar het Noordoosten en boog naar het Westen om bij Angeren in de huidige loop uit te komen. De Waal stroomde naar het Noordwesten westelijk langs Lobith en boog naar het Zuidwesten in de richting van Millingen aan de Waal. Dit gebied heet nu de Bijland. Die bocht was erg hinderlijk voor de sleepvaart naar en van Duitsland en dus werd de bocht hier recht getrokken door het graven van het Bijlands Kanaal tussen Tolkamer en Millingen. De Rijn stroomde nog steeds langs Lobith, Herwen en Aerdt in de Betuwe en Babberich, Oud Zevenaar en Ooy bij Zevenaar op de Noordelijke oever. Voor een kortere vaarweg en een snellere afvoer van het rivierwater werd het Pannerdens Kanaal gegraven en de Rijn tussen Tolkamer en Spijk afgesloten. Die afsluitdijk had een kruinhoogte van 15 meter boven NAP. Dat lage stuk dijk was de Spijkse overlaat. Bij hoogwater stroomde een deel van het Rijnwater door de Oude Rijn verder richting Arnhem. Bij de discussies over “meer ruimte voor de rivier” wordt herstel van die Spijkse overlaat als een mogelijkheid gezien.
De Rijn stroomt nu langs Spijk, Tolkamer, het watersportgebied de Bijland en langs Millingen verder. Daarom heet het dorp nu Millingen aan de Rijn. De splitsing van Rijn en Waal ligt nu bij Pannerden en werd door Fort Pannerden bewaakt. Vroeger werd de steenkool voor de stoomspinnerijen en -weverijen van Twente via Maas, Maas-Waalkanaal, Waal, Pannerdens Kanaal, IJssel en Twentekanaal vervoerd. Veel wandelaars van het Pieterpad zullen zich nauwelijks bewust zijn van de geschiedenis van dit gebied.
Van 1 juni 1954 tot en met 31 augustus 1956 werkte ik in Spijk (spreek uit Spiek) en maakte in 1956 een waterstand van 16 meter boven NAP mee. De Spijkse overlaat trad in werking. Spijk raakte geïsoleerd. De toeristenboot van Arnhem naar de Westerbouwing bij Oosterbeek kwam naar Tolkamer. Wij werden vanaf de Rijndijk bij Spijk opgehaald en naar Tolkamer gebracht. Daar wachtte de bus van de Lobithse Autobusdienst. De dijken bij Spijk en verderop langs Rijn en Waal zijn verhoogd en verzwaard en de Spijkse overlaat is opgehoogd tot dezelfde kruinhoogte als de rest van de dijk. Op veel plaatsen heeft de rivier meer ruimte gekregen. De Rijn-IJssel bij Westervoort heeft een nevengeul gekregen evenals de Waal bij Lent tegenover Nijmegen. Zo werken we aan de bescherming van ons land tegen overstromingen. Vroeger ontstonden die vaak bij kruinend ijs in de rivieren. Daarvoor hoeven we niet bang meer te zijn. Hoe het moet met een sterk stijgende zeespiegel in de toekomst? Tsja, dat maak ik niet meer mee.
Jaargang 12, Nr. 601.