Het Griekse referendum

BESTAAT EUROPESE SOLIDARITEIT?

Zelfs bij Nederlandse solidariteit kun je vraagtekens zetten. De dikke IK denkt vooral aan zich zelf en scheldt op uitkeringstrekkers, die van onze centen leven en dikke televisies in huis hebben. Kunt u zich voorstellen, dat in de armere randprovincies met veel werklozen er veel minder medische zorg zou zijn tenzij de mensen er zelf voor betalen? Kunt u zich voorstellen, dat uw werkloze kinderen en kleinkinderen maar heel kort een uitkering krijgen en vervolgens afhankelijk zijn van uw pensioen? De hele familie moet leven van het ook al gekorte pensioen van de grootouders. Er zijn binnen Nederland flinke regionale welvaartsverschillen. De grootste bijdrage aan het BNP komt uit de Randstadprovincies en daarnaast uit Noord-Brabant. Natuurlijk gaan er geldstromen vanuit de welvarende provincies met weinig werklozen naar de provincies met veel werklozen. Zelfs Geert heb ik daar nog niet over horen klagen. Toch is Nederland pas tweehonderd jaar een eenheidsstaat. Die staat zorgt ervoor, dat werkzoekenden in heel Nederland hetzelfde behandeld worden. Door de decentralisatie van een deel van de zorg bestaat overigens wel het risico, dat in de ene gemeente er ruimere toedeling van zorg gaat optreden dan in de andere. Als dit merkbaar wordt, zal het ongetwijfeld tot scherpe protesten leiden. Regionale ongelijkheid wordt binnen Nederland als onwenselijk beschouwd.

Na de invoering van de Euro merkten de Grieken en zij niet alleen, al snel, dat er binnen de Europese Unie de regionale ongelijkheden onaanvaardbaar groot zijn. Dat gaf sociale onrust en met geleend geld werd die bezworen. De lonen stegen en daarmee verspeelden de Grieken een van de weinige gunstige vestigingsplaatsfactoren. Arbeidsintensieve industrieën sloten de deuren. De werkloosheid nam toe. De Griekse crisis barstte los. Zie eerdere columns van30 april 2010, 2 en 9 juli 2011.

Heeft het zin de Grieken alsmaar geld te lenen? Het meeste daarvan verdwijnt weer even snel uit Griekenland om de eerdere leningen af te lossen en de rente te betalen. Maar heel weinig komt Griekenland zelf ten goede. De armoede wordt steeds erger. En intussen zijn wij de Griekse scheepsmagnaten ter wille, die de Griekse belastingen willen ontwijken. Voorzitter Jeroen Dijsselbloem is daar als Nederlands minister van financiën mede verantwoordelijk voor.

Natuurlijk moet er in Griekenland veel hervormd worden. Denk aan betere belastinginning, bestrijding van corruptie en vriendjespolitiek. Maar als de Grieken hun economie niet op poten kunnen zetten, dan blijft de narigheid. Dan moet het kapitaal niet uit het land verdwijnen naar andere EU-landen. Dan moeten multinationals volop investeren in Griekenland, zoals Philips eerder deed toen het productie overbracht naar Polen. Dan moeten handelaren in de gehele EU en daarbuiten Griekse producten gaan importeren en wij consumenten moeten vooral Griekse olijfolie of druiven kopen. Dan moeten we en masse in Griekenland op vakantie gaan. Dan helpen we de Grieken pas echt. Maar daarover hoor je ze in Brussel niet praten. Het zou een terechte aanval op het systeem van de vrije markteconomie zijn. Die ultralinkse Griekse regering moet een lesje geleerd worden. En zo laten we de gewone Grieken rustig creperen en de domsten onder ons roepen over die luie Grieken.Toch hoop ik dat de Grieken zondag JA stemmen, zodat ze bij europa blijven horen. Ik vermoed dat over honderd jaar de historici met verbazing zullen spreken over het gebrek aan Europese solidariteit in het begin van de eenentwintigste eeuw.

Jaargang 8, Nr. 367.

Leave a Reply