ZIN IN HET LEVEN
De laatste tijd verschijnen er op de Opinie- en Debatpagina’s van de Volkskrant regelmatig artikelen over het recht op een voortijdige beëindiging van het leven. Ze veroorzaken bij mij een wat wrevelig gevoel. Ik probeerde het gevoel te herkennen en ontdekte, dat het net zo’n gevoel is als vroeger leerlingen bij mij opwekten, die een totaal gebrek aan inzet vertoonden, niet vooruit te branden waren. Het geldt dan vooral mensen, die nog heel gezond naar lichaam en geest zijn en toch vinden, dat ze “klaar” zijn met het leven. Hoe weet je dat, denk ik dan. En zo ging ik nadenken over de zin van het leven.
Maar er is nog een andere reden om deze beschouwing op mijn weblog te plaatsen. De Partijraad van GroenLinks wijdde een discussie aan dit onderwerp. Daarbij vond de partijraad, dat het bij het liberale karakter van de partij paste, dat mensen hun eigen autonome beslissing zouden mogen nemen over het tijdstip van hun overlijden. Weliswaar werd naar voren gebracht, dat de maatschappij zich zeer moet inspannen om geen redenen te geven dit leven te willen verlaten, maar uitgangspunt was de vrijheid van het individu. Naar mijn smaak is daarbij te weinig nagedacht over de begrenzing van de vrijheid door de vrijheid van anderen. Bij iemands besluit om uit het leven te stappen zijn ook anderen betrokken. Zij kunnen nog jarenlang lijden onder het verlies, de waaromvraag en twijfel over een mogelijke schuld. De vrijheid van een mens is in mijn ogen nooit absoluut.
Op onze planeet komen allerlei vormen van leven voor. Wat is de zin van het leven van een grasspriet? Is het de wereld groener maken? Maar is een groene wereld dan beter of mooier of nuttiger dan een blauwe of rode wereld? De zin van het groeien van al die grassprieten is, dat ze het voedsel vormen van de koe. Die grassprieten weten het niet. Ze zijn zich niet bewust van de zin van hun bestaan. De koe weet evenmin, dat wij straks haar melk zullen drinken en dat de room van de melk ervoor gaat zorgen, dat we smullen van de verjaardagstaart. De koe is zich niet bewust van het genot, dat zij schenkt. Ze weet niet, dat haar leven zin heeft. Maar haar leven heeft wel degelijk zin voor ons mensen. Als we tenminste geen vegetariër zijn.
En hoe is dat nu bij mensen? Een vrouw wordt zwanger en vanaf het moment, dat zij zich daarvan bewust wordt, voelt zij zich – meestal – gelukkig. Er groeit een kind in haar buik. Soms geeft dat ongemak, maar dat heeft ze er graag voor over. De vader geniet mee. Wat is het bijzonder het kind te voelen bewegen in de buik van zijn vrouw. En hoe geweldig vinden de meeste mensen het om het kind na de geboorte in de armen te houden. Maar het kind is zich nog nergens van bewust. Het weet nog niet, dat het zin geeft aan het leven van de ouders.
Het kind groeit op, krijgt vriendjes en vriendinnetjes en in hun spel brengen de kinderen geluk naar elkaar. Een gewonnen wedstrijd, een geslaagde speurtocht een zang- of toneelavond met veel applaus, goede rapporten op school. Nu zijn de kinderen zich al meer bewust van het feit, dat het leven leuk kan zijn. Ze geven zin aan het leven van hun onderwijzers en dat voel ik nu nog, terwijl ik al zo lang met pensioen ben.
Weer later vinden mensen zin in hun werk. Ze helpen mensen of maken nuttige dingen of plezieren mensen met hun muziek of romans of beeldende kunst of werken in de handel of bij de overheid. Werk kan ook saai zijn en weinig voldoening schenken, maar dan zie je, dat mensen genieten van een hobby of van hun familie of door klusjes te doen voor anderen. Het mooiste is als je mensen, die geen plezier hebben in hun leven kunt helpen om door een andere baan of door lid te worden van een koor of een sportclub zover kunt krijgen, dat ze echt zin krijgen in het leven.
Als de kinderen dan de deur uit zijn en je te oud en te stram bent voor sport of tuinieren of andere hobby’s en je geen vrienden of vriendinnen meer hebt en de contacten met de familie steeds schaarser worden, als je gezondheid achteruit gaat en je hulpbehoevend wordt, wat is dan de zin van het leven? Er zijn van die mensen, die er dan voor zorgen, dat de medewerkster van de thuiszorg er elke keer weer met plezier komt, want er is altijd een waarderend woord of een kopje thee of een leuke mop en zo geef je als oud en nutteloos mens zin aan het leven van een verzorgster.
De zin van het leven zit in de ander. Als je de ander niet meer wilt zien en anderen jou niet meer willen zien, als het individualisme echt doorslaat, dan kan een mens gaan geloven, dat het leven geen zin meer heeft. Daarom wil ik zo graag zinzoeker blijven.
Zoals zo vaak had de Volkskrant geen ruimte over voor zo’n uitgebreid stuk.