Een betere referendumwet?

GEBREK AAN KENNIS EN INTERESSE

Doen referenda de democratie beter functioneren? Ik geloof er niets van. Daarvoor is het gebrek aan kennis veel te groot. Je ziet het bij verkiezingen. Zonder enige schaamte bekennen mensen, dat ze er geen verstand van hebben. Er zijn in mijn gemeente maar drie partijen, maar heel wat mensen hebben geen idee welke partijen dat zijn. Wat de verschillen tussen die partijen zijn is helemaal onbekend. Twee van die partijen hebben in het verleden veel te weinig sociale huurwoningen laten bouwen. Welke van de drie? Ze weten het niet. Ze hebben donders goed door, dat het een probleem is. Voor hun kinderen is er geen goedkope starterswoning. Maar dan de juiste partij vinden en er op stemmen; dat is te veel gevraagd.

Als 30 tot 40 procent van de kiezers niet in staat is bij gemeenteraadsverkiezingen hun stem te bepalen, dan is een standpunt bepalen over bijvoorbeeld het Oekraïneverdrag helemaal te veel gevraagd. Dan is het risico groot dat ze hun oren laten hangen naar volksmenners, die met angst en paniek zaaien hun aanhang weten te vergroten. Als dan anderen niet gaan stemmen in de hoop, dat de minimumopkomst niet wordt gehaald, dan mislukt zo’n referendum als democratisch experiment grandioos. Bij velen spelen ook verkeerde argumenten een rol. Het gaat dan niet om de referendumvraag, maar het standpunt wordt bepaald door de wens de zittende regering dwars te zitten.

Helaas waren onze referenda raadgevend. Regering en parlement waren en zijn niet aan de uitslag gebonden. We zien dus, dat er minimale aanpassingen zijn gekomen. Dat vergroot de motivatie om te gaan stemmen niet erg sterk. Raadgevende referenda zijn ondingen.

Een referendum gaat over een wet, die er al ligt. Over die wet is vaak jarenlang gediscussieerd. De wet is geamendeerd. Partijen hebben ervoor geknokt of zich er juist fel tegen verzet Dan pas komt er een referendum. Is er wel eens over gedacht een referendum vooraf aan het wetgevingsproces te houden en dan de principiële vraag te stellen over die wet? Een voorbeeld. Veel gescheiden mannen wordt contact met hun kinderen ondanks rechterlijke uitspraken onthouden. Zij lijden daar erg onder. Soms treft dit lot ook grootouders, die hun kleinkinderen nooit meer zien. De referendumvraag zou dan kunnen zijn: Er moet een sanctie komen voor een ouder, die ten onrechte haar kinderen weghoudt van haar vroegere partner. Ja of neen. Wat die sanctie kan zijn moet de wetgever bepalen evenals de manier, waarop het contactrecht geregeld wordt. Het is een eenvoudige vraag, die iedereen met gevoel voor recht kan beantwoorden. Je kunt tegen een sanctie zijn, omdat je gelooft, dat die alleen maar voor verergering van de situatie zorgt. Mensen gaan erover nadenken en er samen over praten. Misschien is dat al genoeg om weigerachtige ex-partners van houding te doen veranderen.

Er kan nog één referendum komen over de wet, die orgaantransplantatie regelt. Tot nu toe was het zo, dat iemand enige moeite moest doen om zich als donor te laten registreren. Ondanks alle oproepen en Tv-programma’s waarin het tekort aan donoren aan de orde kwam, waren velen niet bereid de moeite te nemen zich als donor te laten registreren. De nieuwe wet draait de zaak om. Je moet enige moeite doen om te laten weten, dat je geen donor wilt zijn. Voor mij is het zo vanzelfsprekend, dat het op de nieuwe manier alleen maar gemakkelijker wordt. Je hoeft niets te doen en je kunt zelfs na je dood nog een ander helpen. Als er een referendum komt, dan roep ik iedereen op met mij vóór die wet te stemmen en zo meer mensenlevens te redden.

Ik leefde lang mee met een vrouw, die wachtte op een longtransplantatie. Ze heeft tevergeefs gewacht. Haar plotseling overlijden heeft mij erg geschokt. Mijn stem wordt vooral bepaald door mij het lot van al die wachtenden voor de geest te halen.

Jaargang 11, Nr. 506.

Leave a Reply