Sociale markteconomie in de EU

Bisschoppen EU aan het woord

“Prikkels waarbij risico en sociale aansprakelijkheid ontkoppeld worden, beantwoorden niet aan de bedoeling van de sociale markteconomie. De Europese Unie zou daarom regels moeten maken, dat salarissen van managers sterker verbonden zijn met succes op lange termijn van beslissingen over investeringen en kredieten, en dat een bovengrens wordt aangehouden. Een markteconomie, die uitsluitend de belangen van het kapitaal dient, kan niet ‘sociaal’ genoemd worden. Het valt niet te betwisten, dat een sociale markteconomie in Europa zonder gewetensvol, betrouwbaar en verantwoordelijk handelen van alle deelnemers aan het economisch leven, in het bijzonder van de leidinggevenden, niet kan bestaan. Zowel binnen de EU als in het kader van de G20, hebben wij, niet op de laatste plaats met het oog op komende generaties, betere wetten en regels nodig voor de wereldwijde financiële markt.” Aldus de Commissie van de Bisschoppenconferenties van de Europese Unie COMECE in een beschouwing over de sociale markteconomie en de voorwaarden waaraan deze dient te voldoen. Het stuk werd in het najaar van 2011 gepubliceerd en is sinds kort in Nederlandse vertaling beschikbaar. (Kerkelijke Documentatie, 2013/1. Een Europese Gemeenschap in solidariteit en verantwoordelijkheid. bestel@rkk.nl)

“Het concept van de sociale markteconomie verbindt het principe van de vrije markt en het instrument van concurrentie met het principe van solidariteit en mechanismen van sociaal evenwicht.”  Solidariteit en gerechtigheid spruiten voort uit de bijbelse traditie, maar ook uit de klassieke Grieks-Romeinse cultuur. De menselijke persoon heeft een eigen waardigheid. Als sociaal wezen is hij gericht op relaties en geroepen tot medewerking aan gemeenschappelijk welzijn. Het klassieke begrip van de gerechtigheid leert, dat aan ieder het zijn geschonken moet worden. Het verhaal van de barmhartige Samaritaan leert, dat ieder mens recht heeft op hulp en iedere mens geroepen is tot solidair handelen. Deze waarden vindt men in alle lidstaten en de EU kan daar op aansluiten. De bisschoppen starten  niet voor niets zo nadrukkelijk hun beschouwing met deze uiteenzetting. Het is immers duidelijk dat juist deze waarden in de hedendaagse samenleving onder druk staan, hetgeen in de standpunten van sommige politieke partijen tot uiting komt.

De sociale markteconomie heeft in de jaren na de Tweede Wereldoorlog in de West-Europese staten vorm gekregen. De positie van het individu werd in meerdere sociale wetten beschermd. Maar naast de rol van de staat blijft spontane solidariteit nodig en vrijwillige hulp. De staatszorg moet niet leiden tot blijvende afhankelijkheid Eigen verantwoordelijkheid samen met naastenliefde zijn nodig. Soms kan de hulp ook van particuliere instellingen komen, maar de rol van de staat blijft en staten kunnen in Europees verband samenwerken om de armoede in alle lidstaten te verminderen.

Door de steeds scherpere concurrentie wordt onderlinge solidariteit onmogelijk, denkt men steeds meer. Concurrentie kan er ook toe leiden, dat hulpbronnen efficiënter gebruikt worden, dat producten steeds beter worden en dat door rationalisatie van de productie de productiekosten omlaag gaan, zodat de aanschaf voor meer mensen bereikbaar wordt. Maar dan moet er wel echt en eerlijk geconcurreerd worden. Dat lagere productiekosten niet mogen leiden tot extreem hoge beloningen van leidinggevenden zagen we al in het openingscitaat.

De sociale politiek is voorbehouden aan de lidstaten. De bisschoppen vragen zich wel af of dit zo moet blijven. Als de verschillen tussen de lidstaten te groot worden dreigt een conflict met eisen van solidariteit en sociale rechtvaardigheid. Het zijn belangrijke Europese waarden. In de EU moet het niet alleen draaien om produceren en consumeren, maar ook om deze waarden. De zwaksten mogen er in de ogen van de Europese bisschoppen niet onder door gaan. Het wordt boeiend om na te gaan, wat we hiervan in de programma’s voor de Europese verkiezingen in 2014 zullen terugzien. De bisschoppen willen ook aandacht voor het ecologisch en ethisch principe van de duurzaamheid.

Een boeiend document, waarin stevige standpunten worden ingenomen. Rijk van inhoud en de moeite waard om het op papier of op internet nader te bestuderen, zeker voor mensen, die gaan werken aan de verkiezingsprogramma’s, vooral omdat de motivering veel breder is dan alleen religieus geïnspireerde motieven.

Jaargang 6, Nr. 262.

Leave a Reply