Het biechtgeheim opheffen?

MOZES OP DE BERG SINAÏ

In de biecht wordt jouw relatie met God hersteld als deze door een overtreding van Zijn geboden beschadigd is. Je hebt gezondigd tegen Zijn geboden. Je moet dus eigenlijk terug gaan naar de Israëlieten, die door de woestijn op weg zijn naar het beloofde land. Het volk heeft het kamp opgeslagen aan de voet van de berg Sinaï. Mozes krijgt de opdracht de berg te beklimmen en ontvangt de twee stenen tafelen, waarin de geboden gegrift zijn. Later worden deze stenen tafelen bewaard in de Ark van het Verbond en in de tempel van Jeruzalem. Waar deze plaquettes gebleven zijn is een thema in de roman “De ontdekking van de hemel” van Harry Mulisch.

Voor christenen vormen de Tien Geboden een richtsnoer, een tiental wegwijzers. Als je deze weg volgt, dan houd je je relatie met God en met je medemensen goed. Mooi gezegd, maar in de praktijk komt er vaak weinig van terecht. Wie denkt, dat priesters, die toch elke keer weer zulke mooie preken houden, nooit in de fout gaan, is wel erg naïef. Maar als het dan gebeurd is, voel je je daar vaak niet goed bij. Daarom is het mooi, dat het sacrament van de biecht bestaat. Je kunt het weer goed maken met God. En de mensen, die je pijn hebt gedaan dan? Je krijgt niet zo maar vergeving van je zonden. Je moet je zonden opbiechten en er geen overslaan. Je moet berouw hebben, spijt hebben van wat je gedaan of nagelaten hebt. En je moet laten blijken, dat je niet opnieuw in de fout zult gaan. Dat houdt ook in, dat je het goed maakt met degene, die jij kwaad hebt gedaan. Anders krijg je geen absolutie, geen kwijtschelding van je zonden.

Als de biechtvader de indruk krijgt, dat de biechteling gewoon zal doorgaan, zal hij geen absolutie geven. De pedofiel kan dus niet elke keer weer even gaan biechten en dan weer doorgaan met het misbruiken van kinderen. Dat is de theorie. Wat de praktijk is geweest, wordt nu onderzocht. Daarover speculeren lijkt mij niet verstandig.

De persoonlijke biecht komt tegenwoordig veel minder voor. Het paste in een tijd van een sterk zondenbesef bij de mensen. Je dacht al vlug, dat je iets ergs gedaan had. Het paste ook bij een heel ander Godsbeeld. God was alwetend. God zag alles, ook het kleinste vergrijp. De straffen van God waren ook niet mis. Als je met een zeer zware zonde, een doodzonde stierf, dan kwam je in de hel, waar je eeuwig zou lijden in het helse vuur. Ons geloof was toen een angstig geloof in een gestrenge God. Soms strafte Hij je hier op aarde al met ziekte of het verlies van een dierbare. Deze manier van geloven komt bij zware protestanten nog wel voor. Bij Rooms-katholieken nog maar zelden. Het Godsbeeld van nu is, dat God in mij is en te midden van ons, dat Hij onze vriend is en ons helpt en ons laat helpen. God is een barmhartige God, vergevingsgezind naar ons. We kunnen ons niet voorstellen, dat hij een gewone mens straft met de hel.

Anderzijds weten we maar al te goed, dat er nog veel misdadigheid is. Die komt ook voor onder gelovige mensen. Stel, je bent fors in de fout gegaan; je hebt iemand aangereden en je bent doorgereden en je hebt het slachtoffer hulpeloos achter gelaten. Als je weer nuchter bent, besef je pas goed wat je gedaan hebt. Je bent bang voor een flinke gevangenisstraf. Wat te doen? Je kunt een advocaat raadplegen, maar je weet al wat hij zal zeggen. Je hoort je zelf aan te geven. Je kunt ook een priester om raad vragen of je kunt gaan biechten. Maar ook de priester zegt, dat je pas absolutie krijgt als je je zelf aangegeven hebt. Maar je durft niet. Die advocaat heeft een ambtsgeheim. Hij mag de man niet verraden. Zo heeft een priester ook een ambtsgeheim. Wat hij als priester te weten is gekomen, mag hij niet openbaar maken. Als hij het in de biecht heeft gehoord ook niet. De Kerk verbiedt onder zware (kerkelijke) straffen iets uit de biecht te openbaren. De staat erkent het biechtgeheim als een ambtsgeheim. Als de priester of de advocaat het ongeluk hebben zien gebeuren en weten wie er is doorgereden, dan zijn ze als iedere burger verplicht om aangifte te doen. Dan weten ze het niet vanuit hun positie als ambtsdrager.

Voor opsporingsambtenaren is dat wel eens irritant. Ze vermoeden, dat een pastor iets weet en toch houdt hij zijn mond. Waarom? Straks gaat die verkrachter opnieuw in de fout. Het speelde ook in de politieserie “Flikken Maastricht”, waar de oude pastoor donders goed wist, wie de schuldige was bij het verdwijnen van een kind. Rechercheur Eva nam hem dat zeer kwalijk. Toch kwam ze achter de waarheid, maar op een andere manier.

In Ierland  heeft zelfs de regering geopperd het biechtgeheim op te heffen. In België en Nederland gaan stemmen op. Wat op zijn hoogst kan, is, dat de staat het biechtgeheim niet langer erkent als een ambtsgeheim. De Kerk zal het biechtgeheim nooit opheffen en het is zeer onwaarschijnlijk,  dat een priester tegenover de recherche het biechtgeheim zal schenden. Hij zal er zelfs gevangenisstraf of een boete voor over hebben. Als er geen biechtgeheim meer zou zijn, zouden nog maar weinig mensen gaan biechten als ze daaraan ooit behoefte zouden hebben.

Jaargang 4, Nr. 171.

One Response to “Het biechtgeheim opheffen?”

  1. admin schreef:

    EEN AANVULLING:
    Johannes van Nepomuk (1350-1393) was de biechtvader van de koningin van Tsjechiƫ. Koining Wenceslaus IV wilde weten wat zijn vrouw gebiecht had. johannes weigerde het bekend te maken en werd daarop vanaf de Karelsbrug in de moldau gegooid en zo verdronken. De Katholieke Kerk beschouwt hem als martelaar van het biechtgeheim. Hij is in 1729 door Paus Benedictus XIII heilige verklaard.
    Bron: Wikipedia. Zie; johannes Nepomucenus.

Leave a Reply